emotie en motivatie:
motivatie:
gebruiken we in de volksmond → doorzettingsvermogen, verlangen, drive,...
waarom ontbijten we, poetsen we onze tanden → geen vragen achter
enkel als er vreemd gedrag gesteld wordt denken we erover na
psychologische definitie:
alle processen die betrekking hebben tot:
- voelen van een behoefte/verlangen
- selecteren, sturen, volhouden van mentale/fysieke activiteiten ter bevrediging van een behoefte
- reductie van behoeften sensaties
veel in werksituaties, schoolomgeving,.. → veel onderzoek naar gedaan.
→ als we honger hebben/ drinken omdat we honger-dorst hebben (biologisch systeem in evenwicht)
→ drinken met mensen om sociale bonding te doen → psychologisch systeem
hetzelfde gedrag kan verschillende motieven hebben → biologisch psychologisch
= complexe combinatie van biologische en psychologische behoeften
extrinsieke motivatie:
= verlangen om activiteiten uit te voeren owv de externe consequenties.
→ een zware job maar het loon geeft me een goed gevoel
→ lopen omdat mijn conditie dan verbeterd en dit geeft me een fijn gevoel
→ ik drink omdat het me een goed gevoel geeft
kan iets positief toevoegen/negatief wegnemen
verwachtingstheorie:
→ gemotiveerd iets te doen wanneer ze verwachten succesvol in datgene te zijn en resultaten te
waarderen.
intrinsieke motivatie:
= verlangen om activiteiten uit te voeren owv de taak/activiteit zelf
we doen iets owv dat we het zelf leuk vinden (ongeacht de beloning)
→ lopen omdat we het leuk vinden om te lopen
, individuele verschillen in motivatie:
onderzoek effecten van beloning:
kinderen die tekenen → hoge niveaus van IM
→ groep in 2 gesplitst (zag in beide groepen even
hoog)
op einde van de 1e les kregen ze een diploma (=beloning), andere groep kregen dit niet.
dag erna, gevraagd hoe hard gemotiveerd ben je → de groep die beloning kreeg daalde de
IM, bij de andere groep steeg het!
= over rechtvaardiging→ goed uitkijken hoe je beloond, beloning vermindert intrinsieke
motivatie! (niet random doen (naar kwaliteit)!)
als personen die IM zijn en ze doen iets goed en beloont ze dan → stijgt het nog eens
prestatiedrang → need for achievement
= verlangen om moeilijkere en uitdagendere doelen te bereiken.
→ eerst 5 km lopen, dan 10 dan 20 → voortdurend de lat hoger leggen
correlatie met hard werken, meer doorzettingsvermogen, leiderschap en academisch succes.
culturele verschillen → individualisme (westers) vs collectivisme (oosters, in functie van de
gemeenschap)
motivatie:
gebruiken we in de volksmond → doorzettingsvermogen, verlangen, drive,...
waarom ontbijten we, poetsen we onze tanden → geen vragen achter
enkel als er vreemd gedrag gesteld wordt denken we erover na
psychologische definitie:
alle processen die betrekking hebben tot:
- voelen van een behoefte/verlangen
- selecteren, sturen, volhouden van mentale/fysieke activiteiten ter bevrediging van een behoefte
- reductie van behoeften sensaties
veel in werksituaties, schoolomgeving,.. → veel onderzoek naar gedaan.
→ als we honger hebben/ drinken omdat we honger-dorst hebben (biologisch systeem in evenwicht)
→ drinken met mensen om sociale bonding te doen → psychologisch systeem
hetzelfde gedrag kan verschillende motieven hebben → biologisch psychologisch
= complexe combinatie van biologische en psychologische behoeften
extrinsieke motivatie:
= verlangen om activiteiten uit te voeren owv de externe consequenties.
→ een zware job maar het loon geeft me een goed gevoel
→ lopen omdat mijn conditie dan verbeterd en dit geeft me een fijn gevoel
→ ik drink omdat het me een goed gevoel geeft
kan iets positief toevoegen/negatief wegnemen
verwachtingstheorie:
→ gemotiveerd iets te doen wanneer ze verwachten succesvol in datgene te zijn en resultaten te
waarderen.
intrinsieke motivatie:
= verlangen om activiteiten uit te voeren owv de taak/activiteit zelf
we doen iets owv dat we het zelf leuk vinden (ongeacht de beloning)
→ lopen omdat we het leuk vinden om te lopen
, individuele verschillen in motivatie:
onderzoek effecten van beloning:
kinderen die tekenen → hoge niveaus van IM
→ groep in 2 gesplitst (zag in beide groepen even
hoog)
op einde van de 1e les kregen ze een diploma (=beloning), andere groep kregen dit niet.
dag erna, gevraagd hoe hard gemotiveerd ben je → de groep die beloning kreeg daalde de
IM, bij de andere groep steeg het!
= over rechtvaardiging→ goed uitkijken hoe je beloond, beloning vermindert intrinsieke
motivatie! (niet random doen (naar kwaliteit)!)
als personen die IM zijn en ze doen iets goed en beloont ze dan → stijgt het nog eens
prestatiedrang → need for achievement
= verlangen om moeilijkere en uitdagendere doelen te bereiken.
→ eerst 5 km lopen, dan 10 dan 20 → voortdurend de lat hoger leggen
correlatie met hard werken, meer doorzettingsvermogen, leiderschap en academisch succes.
culturele verschillen → individualisme (westers) vs collectivisme (oosters, in functie van de
gemeenschap)