Wetenschappen en techniek: didactiek
1. Checklist inhoud levende natuur
o Systematiek
o Dieren
o Zintuigen
o Zenuwstelsel
o Het skelet en beweging
o Voeding en spijsvertering
o Ademhaling
o Bloedsomloop
o Uitscheidingsstelsel
o Voorplanting
o Afweersystemen
o Ecologie
2. Checklist inhoud niet-levende natuur
o Geluid
o Magnetisme
o Elektriciteit
o Krachten
o Overbrengingen
o Biochemie
3. Inhoud niet-levende natuur ‘aardrijkskunde’: weer en klimaat
3.1. Inleiding
Mondiale problemen: verslechtering van het milieu en steeds groeiende wereldbevolking
DAAROM moet landbouwmethoden efficiënter worden
3.2. Verschijnselen in de atmosfeer
Rond de aarde de dampkring en atmosfeer die leven op aarde mogelijk maken
Verschillende lagen atmosfeer die door pauzes worden gescheiden van elkaar
o Tropopauze, stratopauze en mesopauze
Weer en klimaat in troposfeer; dunste laag met ong. 80% van de lucht
Motor atmosfeer is zon; slechts deel van zonnestraling bereikt het aardoppervlak
Aarde kaatst zonnestraling terug, troposfeer neemt die energie op
3.3. Weer en klimaat
1
, Weer: werkelijke toestand van troposfeer voor een klein gebied voor korte duur, wordt bepaald door
metingen en weerelementen
o Eén-enkele dagen
o Voor dagelijkse leven: kledij, landbouw, sport, verkeer, …
Klimaat: gemiddelde weertoestand van troposfeer voor een uitgestrekt gebied over meerdere jaren, door
gem. eigenschappen van troposfeer over lange termijn
o Seizoen of langer
o Toerisme, voedselvoorziening op aarde, …
3.4. Weerelementen
Temperatuur
Temperatuur: isotherm verbindt gebieden met dezelfde temperatuur voor bepaalde periode
o Verschillen temp. op aarde
Warmtebudget Aarde; waarbij men kijkt naar weerkaatsing van de zon en daarbij is het
begrip albedo belangrijk
Albedo = ongeveer 30% van de zonnestraling dat niet opgenomen wordt door
wolken, maar ongebruikt wordt teruggekaatst; hoeveelheid energie dat verloren
gaat
Beweging van de aarde
o Aardrotatie: aarde heeft 1 dag nodig om rond de aardas te draaien (W -> O)
o Aardrevolutie: aarde heeft 1 jaar nodig om rond de zon te draaien (ellipsvormige baan)
Ongeveer 365 dagen en 6 uur voor nodig -> daarom om de 4 jaar een schrikkeljaar
Luchttemperatuurverschillen door variaties van invallende lichtintensiteit
Prent aarde als vierkant en aarde als bol die beschenen worden door de zon
o Wat als aarde een vierkant was : deel aarde in 2 -> de lichtbundels van de aarde zouden identiek
dezelfde oppervlaktes verwarmen van de 2 delen aarde
o Maar de aarde is een bol : het ene deel aarde (1) zou meer beschenen worden dan het andere deel
(2)
o Stel dat een lichtbundel een grotere afstand aflegt dan andere, dan gaat er meer energie verstrooid
in atmosfeer (kouder op aarde)
Invloed van het moment in het jaar
o 21 juni: zonnestralen vallen loodrecht op Kreeftskeerkring
o 21 december: zonnestrallen vallen loodrecht op Steenbokskeerkring (langere afstand lichtbundel
waardoor energie verloren gaat, verklaart waarom het kouder is dan op 21juni)
Invloed van het moment van de dag
o Warmste moment van de dag: 1u nadat zon hoogste punt heeft bereikt
Beschenen oppervlak is ’s middags kleiner dan ’s morgens en ’s avonds
Afstand die lichtstraal aflegt door atmosfeer is ’s middags korter dan ’s morgens en ’s avonds
o Verklaring sneeuw op helling in noorden; gedeelte ligt hele tijd in schaduw
Zonnestralen die invallen op helling, verwarmen een groter oppervlak (reden waarom
druiven geteeld worden op hellingen)
2
1. Checklist inhoud levende natuur
o Systematiek
o Dieren
o Zintuigen
o Zenuwstelsel
o Het skelet en beweging
o Voeding en spijsvertering
o Ademhaling
o Bloedsomloop
o Uitscheidingsstelsel
o Voorplanting
o Afweersystemen
o Ecologie
2. Checklist inhoud niet-levende natuur
o Geluid
o Magnetisme
o Elektriciteit
o Krachten
o Overbrengingen
o Biochemie
3. Inhoud niet-levende natuur ‘aardrijkskunde’: weer en klimaat
3.1. Inleiding
Mondiale problemen: verslechtering van het milieu en steeds groeiende wereldbevolking
DAAROM moet landbouwmethoden efficiënter worden
3.2. Verschijnselen in de atmosfeer
Rond de aarde de dampkring en atmosfeer die leven op aarde mogelijk maken
Verschillende lagen atmosfeer die door pauzes worden gescheiden van elkaar
o Tropopauze, stratopauze en mesopauze
Weer en klimaat in troposfeer; dunste laag met ong. 80% van de lucht
Motor atmosfeer is zon; slechts deel van zonnestraling bereikt het aardoppervlak
Aarde kaatst zonnestraling terug, troposfeer neemt die energie op
3.3. Weer en klimaat
1
, Weer: werkelijke toestand van troposfeer voor een klein gebied voor korte duur, wordt bepaald door
metingen en weerelementen
o Eén-enkele dagen
o Voor dagelijkse leven: kledij, landbouw, sport, verkeer, …
Klimaat: gemiddelde weertoestand van troposfeer voor een uitgestrekt gebied over meerdere jaren, door
gem. eigenschappen van troposfeer over lange termijn
o Seizoen of langer
o Toerisme, voedselvoorziening op aarde, …
3.4. Weerelementen
Temperatuur
Temperatuur: isotherm verbindt gebieden met dezelfde temperatuur voor bepaalde periode
o Verschillen temp. op aarde
Warmtebudget Aarde; waarbij men kijkt naar weerkaatsing van de zon en daarbij is het
begrip albedo belangrijk
Albedo = ongeveer 30% van de zonnestraling dat niet opgenomen wordt door
wolken, maar ongebruikt wordt teruggekaatst; hoeveelheid energie dat verloren
gaat
Beweging van de aarde
o Aardrotatie: aarde heeft 1 dag nodig om rond de aardas te draaien (W -> O)
o Aardrevolutie: aarde heeft 1 jaar nodig om rond de zon te draaien (ellipsvormige baan)
Ongeveer 365 dagen en 6 uur voor nodig -> daarom om de 4 jaar een schrikkeljaar
Luchttemperatuurverschillen door variaties van invallende lichtintensiteit
Prent aarde als vierkant en aarde als bol die beschenen worden door de zon
o Wat als aarde een vierkant was : deel aarde in 2 -> de lichtbundels van de aarde zouden identiek
dezelfde oppervlaktes verwarmen van de 2 delen aarde
o Maar de aarde is een bol : het ene deel aarde (1) zou meer beschenen worden dan het andere deel
(2)
o Stel dat een lichtbundel een grotere afstand aflegt dan andere, dan gaat er meer energie verstrooid
in atmosfeer (kouder op aarde)
Invloed van het moment in het jaar
o 21 juni: zonnestralen vallen loodrecht op Kreeftskeerkring
o 21 december: zonnestrallen vallen loodrecht op Steenbokskeerkring (langere afstand lichtbundel
waardoor energie verloren gaat, verklaart waarom het kouder is dan op 21juni)
Invloed van het moment van de dag
o Warmste moment van de dag: 1u nadat zon hoogste punt heeft bereikt
Beschenen oppervlak is ’s middags kleiner dan ’s morgens en ’s avonds
Afstand die lichtstraal aflegt door atmosfeer is ’s middags korter dan ’s morgens en ’s avonds
o Verklaring sneeuw op helling in noorden; gedeelte ligt hele tijd in schaduw
Zonnestralen die invallen op helling, verwarmen een groter oppervlak (reden waarom
druiven geteeld worden op hellingen)
2