100% de satisfacción garantizada Inmediatamente disponible después del pago Tanto en línea como en PDF No estas atado a nada 4.2 TrustPilot
logo-home
Resumen

Samenvatting van psychometrie (cijfer 9.0)

Puntuación
-
Vendido
1
Páginas
46
Subido en
05-11-2023
Escrito en
2021/2022

Samenvatting van het vak psychometrie. Voor dit vak heb ik eenvoudig een 9.0 voor het tentamen gehaald.

Institución
Grado











Ups! No podemos cargar tu documento ahora. Inténtalo de nuevo o contacta con soporte.

Escuela, estudio y materia

Institución
Estudio
Grado

Información del documento

Subido en
5 de noviembre de 2023
Número de páginas
46
Escrito en
2021/2022
Tipo
Resumen

Temas

Vista previa del contenido

Psychometrie – Samenvatting
Michelle van Zwieten
S2549522
College 1 – meting, schaling en normen
Psychometrie =
= de wetenschap die zich bezighoudt met het meten van mentale eigenschappen en processen. Hierbij
zijn de volgende attributen belangrijk: het type data (scores), de betrouwbaarheid en de validiteit van
de psychologische testen.
= tak van de psychologie die zich bezighoudt met de ontwikkeling en het gebruik van psychologische
tests  iets meer de definitie van psychodiagnostiek
= toepassen van statistische technieken op het gebied van psychologische testen
 kernwoorden die horen bij psychometrie :
 kwaliteit van de meting
 theoretische uitgangspunten
 kwaliteit van het testmateriaal
 kwaliteit van de handleiding
 normen : wat betekent de testscore
 betrouwbaarheid : zijn metingen consistent, komt er altijd dezelfde uitkomst uit
 validiteit : meet de test wat ie moet meten, dus niet consistent het verkeerde
Probleem: veel psychologische constructen zijn latente variabelen, dat wil zeggen, dat ze niet direct
observeerbaar zijn. Deze latente variabelen kunnen wel indirect worden geobserveerd, dit komt door
de gedachte dat deze latente variabelen invloed hebben op observeerbaar gedrag = operationele
definities.
Dus: psychologische construct  observeerbaar gedrag
maar we willen dat het ook omgekeerd mogelijk wordt, dus observeerbaar gedrag (bijv. ik ben
verdrietig)  psychologisch construct (bijv. mate van depressie)
Wat hebben we hiervoor nodig? observeerbaar gedrag dat gevoelig is voor variaties in het
psychologische construct.
Hoe pak je dit aan? Hoe kom je aan deze benodigdheid? systematische verzameling maken (bijv.
antwoorden op vragen van een test)
Wat is het doel? vergelijkingen maken, 2 mogelijke vergelijkingen
 tussen verschillende personen = interindividuele verschillen  bijv. Rogier heeft meer
zelfvertrouwen dan Bas
 binnen personen = intra-individuele verschillen  bijv. Novak was minder depressief na
therapie dan voor de start van de therapie

Dus : psychologische test = systematische verzameling gedrag
Bijv. set van 10 zelfrapportage items (score 1 - 5)
Doel van psychologische test: vergelijkingen maken




Herhaling van inleiding methoden en technieken: vier verschillende meetniveaus

1

, Meetniveau Eigenschap
Nominaal Identiteit : uitputtend en wederzijds uitsluitend
Ordinaal + ordening/volgorde
Interval + kwantiteit : stapsgrootte is iedere keer even
groot
(Bijv. verschil tussen 4 en 3 is gelijk aan het
verschil tussen 6 en 5)
Ratio + absoluut nulpunt
(Bijv. je kunt 2x zo lang zijn als iemand anders,
maar je kunt niet 2x zo intelligent zijn als
iemand anders, omdat intelligentie geen vast
nulpunt heeft)

Schaling = het toekennen van numerieke waarden aan psychologische eigenschappen. In andere
woorden: het toekennen van kwantitatieve testscores
Bijv. som van de itemscores (10 - 50)
In de praktijk: hoe wordt een testscore of categorie bepaald aan de hand van de observaties?

Normen = interpretatie van die testscores
Bijv. james scoort 22. Wat betekent dat ..?
2 verschillende soorten normen:
 relatieve normen = vergelijking van de scores met scores van een representatieve normgroep
(achteraf vastgestelde normwaarde)
Bijv. Hoe verhoudt James’ score van 22 zich tot scores van relevante anderen
 absolute normen = vergelijking van de scores met een vaste / standaard grens
(vooraf vastgestelde normwaarde)
Bijv. Hoe verhoudt James’ score van 22 zich tot een vaste standaard

Interpretatie van testscores
x−M x
 Standaardscore ZX = =
S Dx
 Wat zegt het? Aantal standaarddeviaties dat ie afwijkt van het gemiddelde
 zowel positieve als negatieve waarden
 gemiddelde = 0 en SD = 1
 Getransformeerde standaard score TX = 10∗z x +50
 makkelijker te begrijpen / “vriendelijker” dan Z-scores
 alleen positieve waarden
 gemiddelde = 50 SD = 10
 Percentiele scores (= percentile ranks) : PX = percentages van scores dat lager of gelijk aan
een specifieke testscore is. (bijv. een percentiel van 46, dan betekent dit dat 46 % van de
mensen een zelfde score of een lagere score heeft. (denk aan entree- en citotoetsen)
Omzetten van X  PX
 Relatieve positie van score X
 Frequentietabel maken in volgorde van laagste score naar hoogste score.
 In SPSS kijk naar cumulatieve percentage van score X


 Kwaliteit van de testen : wordt gedaan door COTAN : commissie testaangelegenheden
Nederland : waar wordt naar gekeken? kwaliteit van de meting
 theoretische uitgangspunten

2

,  kwaliteit van het testmateriaal
 kwaliteit van de handleiding
 normen : wat betekent de testscore (meerderheid van de tests worden ‘onvoldoende’
beoordeeld op het kwaliteitsonderdeel normen)
 zijn de normen actueel? na 15 jaar ‘verouderd’, na 20 jaar ‘niet meer bruikbaar’
 zijn de normgroepen groot genoeg? N ten minste 200 of 300
 zijn de normgroepen representatief?
o leeftijd, geslacht, etniciteit, geloofsovertuiging etc.
o aselecte steekproef
o in de praktijk vaak gelegenheidssteekproeven
 betrouwbaarheid : zijn metingen consistent, komt er altijd dezelfde uitkomst uit
 validiteit : meet de test wat ie moet meten, dus niet consistent het verkeerde


Wat is de betekenis van de standaarddeviatie? Als er sprake is van een normaalverdeling, dan:
Bij 1 standaarddeviatie ligt ongeveer 34.1 % ligt tussen het gemiddelde en 1 standaarddeviatie
daarboven. En 68 % van de mensen ligt tussen -1 SD en +1 SD. etc.




Herhaling van Formules:




3

, College 2 – Betrouwbaarheid geobserveerde score = is direct te
Betrouwbaarheid = observeren ware score + random error :
ware score = niet direct observeerbaar :
= in hoeverre geven mijn metingen altijd dezelfde uitkomst? latente variabele, die geschat moet
worden
= hoe consistent meet een test wat hij meet?
= hoe precies is mijn meting?
= in hoeverre zijn individuele verschillen in testscores een functie van werkelijke individuele
verschillen (ware scores, niet direct observeerbare scores)?
= In welke mate zijn testscores een functie van ware scores?
= in welke mate is de test vrij van random meetfouten (error)?
validiteit =
= in hoeverre meet een test wat hij beoogt te meten?
= in welke mate is de test vrij van systematische meetfouten (bias)?
 Klassieke testtheorie (= KTT) = voor elke persoon is de geobserveerde score gelijk aan de som
van de ware score en de random error
 x O=x t + x e
 Xo = geobserveerde score
 Xt = ware score / true score (latente variabele)
 Xe = error = verschil tussen geobserveerde score en ware score ; kan positief of negatief
zijn (als Xo resp. te hoog of te laag is in vergelijking met Xt). (latente variabele)
 Doel van KTT = erachter komen wat de betrouwbaarheid / meetprecisie is van de testscore is

 geeft de standaardmeetfout : sem = s0 ( 1−R xx )
 Assumpties van KTT. Formule x O=x t + x e heeft op zichzelf geen praktisch nut, want zowel
Xt als Xe zijn ongeobserveerd (beide latente variabelen). Hierom zijn er aanvullende
assumpties nodig.
 3 Assumpties over errors:
 μe =0  gemiddelde error in populatie is 0
geen systematische over- of onderschatting van ware scores voor populatie als geheel
 r et =0  Errors zijn volledig ongecorreleerd met ware scores
geen systematische over- of onderschatting van ware scores in deelpopulaties (bijv.
mensen met lage ware scores)
 r e e =0  errors zijn volledig ongecorreleerd met elkaar
i j

error van persoon 1 zegt niets over error van persoon 2; error van test 1 zegt niets over
error van test 2; error op tijdstip 1 zegt niet over error op tijdstip 2; etc.
2 2 2
 Kwaliteit van test in termen van varianties: S0 =S t + S e
 ideale test : alle geobserveerde variantie is ware score variantie (S 02 = St2)
 absolute baggertest : alle geobserveerde variantie is errorvariantie (S 02 = Se2)
 echte test : ergens tussen deze twee extremen




4
$7.27
Accede al documento completo:

100% de satisfacción garantizada
Inmediatamente disponible después del pago
Tanto en línea como en PDF
No estas atado a nada

Conoce al vendedor

Seller avatar
Los indicadores de reputación están sujetos a la cantidad de artículos vendidos por una tarifa y las reseñas que ha recibido por esos documentos. Hay tres niveles: Bronce, Plata y Oro. Cuanto mayor reputación, más podrás confiar en la calidad del trabajo del vendedor.
michellevanzwieten Universiteit Leiden
Seguir Necesitas iniciar sesión para seguir a otros usuarios o asignaturas
Vendido
11
Miembro desde
2 año
Número de seguidores
7
Documentos
19
Última venta
2 semanas hace

4.5

2 reseñas

5
1
4
1
3
0
2
0
1
0

Recientemente visto por ti

Por qué los estudiantes eligen Stuvia

Creado por compañeros estudiantes, verificado por reseñas

Calidad en la que puedes confiar: escrito por estudiantes que aprobaron y evaluado por otros que han usado estos resúmenes.

¿No estás satisfecho? Elige otro documento

¡No te preocupes! Puedes elegir directamente otro documento que se ajuste mejor a lo que buscas.

Paga como quieras, empieza a estudiar al instante

Sin suscripción, sin compromisos. Paga como estés acostumbrado con tarjeta de crédito y descarga tu documento PDF inmediatamente.

Student with book image

“Comprado, descargado y aprobado. Así de fácil puede ser.”

Alisha Student

Preguntas frecuentes