MB college, blok 2.2
Week 1
Longfunctie, obstructie en restrictie
Anatomie van de longen
Linkerlong bestaat uit twee delen en de rechter uit drie delen. De linkerlong is ook kleiner, want daar
moet ruimte zijn voor het hart. Bronchiën bevatten soort hoefachtige kraakbeen ‘ringen, daar vlakbij
zit glad spierweefsel waardoor de bronchiën kunnen verwijden en weer samentrekken. Vanaf de 17e
generatie houden de bronchiën op en krijg je bronchiolen, ze zijn dan niet meer stevig. De
bronchiolen worden opengehouden door het bindweefsel in de long. Een acinus bevat trosjes avinus
(meerdere alveoli). Alle kleine bolletjes hebben een grotere oppervlakte met elkaar dan één grote
bol. Een acinus heeft geen lymfevaten. De bronchiaalboom hebben wel lymfevaten en – klieren.
ZIE BLOK 1
• Bovenste bronchiën bevatten kraakbeen
• Bevat glad spierweefsel voor het vernauwen en verwijden van de bronchiën
• Bronchiolen; luchtaanvoerende buisjes, niet stevig
• Open gehouden door bindweefsel in de longen
• Acinus; difussieopppervlak, functionele eenheid van individuele aviolen
• Aviolen; longblaasjes, geen lymfevaten, vocht moet dus via de bloedbaan
,Fysiologie van de longen
Verdeling in twee delen:
• Luchttransport
o Luchtpijp (trachea)
o Luchtpijnvertakkingen (bronchi)
o Bronchioli
• Gasuitwisseling
o Alveoli
• Aan- en afvoer van bloed
• Wanneer je een ontsteking in de luchtwegen hebt, heeft dit betrekking op de trachea, bronhi
en bronchioli bronchitis
• Een longontsteking of pneumonie is in de gasuitwisseling.
Facilitatie van luchttransport
• Ademhalingsspieren (diafragma) KENNEN VOOR TENTAMEN
o Drukveranderingen creëren (diafragma en hulpademhalingsspieren)
• Anatomie van de bronchi
o Nauwer maken en verwijden
• Slijmmembranen van de luchtwegen: bronchiën zijn hierdoor ‘beschermd’ trilharen, continue
stroom van vloeistof richting de keelholte. Stofdeeltjes, virussen, gaan op die manier uit je
lichaam richting je keelholte. Dat slijm neemt alle ongerechtigheden mee
, o Productie van IgA: bescherming tegen een invasie van micro-organismen (eiwit wat
antistoffen produceert tegen stofdeeltjes, virussen enzo)
o Sensorische innervatie: kuchreflex
▪ Zenuwprikkeldrempel van je slijmvlies is verlaagd droge hoest, er is dus
geen infectie aanwezig
o Slijmproductie: transport van debris
Cilia cellen trilharen
Stapis roulant?
Goblet cellen vocht producerende cellen
Elektromicroscopische foto van ciliae
• Bewegen gecoördineerd, richting de neus-keelholte
• Bolletje is het allergeen; pollen
• Worden met de trilharen dus naar je keelholte afgevoerd
Normale bewegingen van de thorax en longen tijdens ademhalen
http://www.youtube.com/watch?v=5JrON_sm5gc&index=3&list=PL1lVFP-
k_im8UXhAPQnYxQ5591TLMYQdE
• Diafragma
• Ribben
• Sternum
Normale longgeluiden bij auscultatie
https://www.youtube.com/watch?v=xnubmmeDWrw&index=1&list=PLLKSXV1ibO86qgE2y9cMqNFm
h6LfOa8RM
bewegingen van de thorax
• Bucket handle: ribben gaan naar craniaal en lateraal
• Pump handle: sternum gaat naar craniaal en ventraal
Het diafragma gaat bij het inademen naar beneden en bij het uitademen
omhoog
Long functie testen
Zie plaatje
• Horizontaal: volume
• Verticaal: flow in l/min + richting van de flow
• Verplaatsing van een bepaalde hoeveelheid lucht in tijd. FEV1; in 1
seconde kan je een groot deel van de longinhoud uitblazen
• Je kunt de peakflow meten. De flow is de verplaatsing van een bepaalde hoeveelheid in tijd
OF
, • Horizontaal: tijd in seconden
• Verticaal: volume
Spirometrie
Gouden standaard is spirometrie. Dit is geen gemakkelijke test, omdat er een actieve handeling
wordt verwacht van de patiënt. Er gebeuren dan ook zeer veel fouten bij de uitvoering van de
spirometrie. Het is belangrijk om minstens twee testen te laten doen i.v.m. de reproduceerbaarheid.
De meest voorkomende pathologie die men met spirometrie zeer vroegtijdig kan opsporen is het
obstructief longlijden.
• Neus dicht
• Ding aan je mond en zo ‘onbelemmerd’ zo snel mogelijk uitademen
• Je laat iemand maximaal 6 seconden uitademen
• Fouten die je kunt maken
o Mondstuk niet goed afsluiten
o Vooroverbuigen bij het uitademen
Flow en volume lus
• Mogelijke uitkomst van flow-volume curves
• Obstructie zijn blokkades
•
Wat is FEV1 en de VC?
• Uitkomst van volume – tijd curves
• Maximaal inademen en 6 seconden uitademen met kracht
• Raciale verschillen. Over het algemeen wordt bij mensen van Afrikaans ras een 13% lagere
voorspelde waarde voor FEV1 en FVC dus de forced! Aangehouden dan bij blanken. Bij
Aziatische afkomst een 10% lagere waarde.
Week 1
Longfunctie, obstructie en restrictie
Anatomie van de longen
Linkerlong bestaat uit twee delen en de rechter uit drie delen. De linkerlong is ook kleiner, want daar
moet ruimte zijn voor het hart. Bronchiën bevatten soort hoefachtige kraakbeen ‘ringen, daar vlakbij
zit glad spierweefsel waardoor de bronchiën kunnen verwijden en weer samentrekken. Vanaf de 17e
generatie houden de bronchiën op en krijg je bronchiolen, ze zijn dan niet meer stevig. De
bronchiolen worden opengehouden door het bindweefsel in de long. Een acinus bevat trosjes avinus
(meerdere alveoli). Alle kleine bolletjes hebben een grotere oppervlakte met elkaar dan één grote
bol. Een acinus heeft geen lymfevaten. De bronchiaalboom hebben wel lymfevaten en – klieren.
ZIE BLOK 1
• Bovenste bronchiën bevatten kraakbeen
• Bevat glad spierweefsel voor het vernauwen en verwijden van de bronchiën
• Bronchiolen; luchtaanvoerende buisjes, niet stevig
• Open gehouden door bindweefsel in de longen
• Acinus; difussieopppervlak, functionele eenheid van individuele aviolen
• Aviolen; longblaasjes, geen lymfevaten, vocht moet dus via de bloedbaan
,Fysiologie van de longen
Verdeling in twee delen:
• Luchttransport
o Luchtpijp (trachea)
o Luchtpijnvertakkingen (bronchi)
o Bronchioli
• Gasuitwisseling
o Alveoli
• Aan- en afvoer van bloed
• Wanneer je een ontsteking in de luchtwegen hebt, heeft dit betrekking op de trachea, bronhi
en bronchioli bronchitis
• Een longontsteking of pneumonie is in de gasuitwisseling.
Facilitatie van luchttransport
• Ademhalingsspieren (diafragma) KENNEN VOOR TENTAMEN
o Drukveranderingen creëren (diafragma en hulpademhalingsspieren)
• Anatomie van de bronchi
o Nauwer maken en verwijden
• Slijmmembranen van de luchtwegen: bronchiën zijn hierdoor ‘beschermd’ trilharen, continue
stroom van vloeistof richting de keelholte. Stofdeeltjes, virussen, gaan op die manier uit je
lichaam richting je keelholte. Dat slijm neemt alle ongerechtigheden mee
, o Productie van IgA: bescherming tegen een invasie van micro-organismen (eiwit wat
antistoffen produceert tegen stofdeeltjes, virussen enzo)
o Sensorische innervatie: kuchreflex
▪ Zenuwprikkeldrempel van je slijmvlies is verlaagd droge hoest, er is dus
geen infectie aanwezig
o Slijmproductie: transport van debris
Cilia cellen trilharen
Stapis roulant?
Goblet cellen vocht producerende cellen
Elektromicroscopische foto van ciliae
• Bewegen gecoördineerd, richting de neus-keelholte
• Bolletje is het allergeen; pollen
• Worden met de trilharen dus naar je keelholte afgevoerd
Normale bewegingen van de thorax en longen tijdens ademhalen
http://www.youtube.com/watch?v=5JrON_sm5gc&index=3&list=PL1lVFP-
k_im8UXhAPQnYxQ5591TLMYQdE
• Diafragma
• Ribben
• Sternum
Normale longgeluiden bij auscultatie
https://www.youtube.com/watch?v=xnubmmeDWrw&index=1&list=PLLKSXV1ibO86qgE2y9cMqNFm
h6LfOa8RM
bewegingen van de thorax
• Bucket handle: ribben gaan naar craniaal en lateraal
• Pump handle: sternum gaat naar craniaal en ventraal
Het diafragma gaat bij het inademen naar beneden en bij het uitademen
omhoog
Long functie testen
Zie plaatje
• Horizontaal: volume
• Verticaal: flow in l/min + richting van de flow
• Verplaatsing van een bepaalde hoeveelheid lucht in tijd. FEV1; in 1
seconde kan je een groot deel van de longinhoud uitblazen
• Je kunt de peakflow meten. De flow is de verplaatsing van een bepaalde hoeveelheid in tijd
OF
, • Horizontaal: tijd in seconden
• Verticaal: volume
Spirometrie
Gouden standaard is spirometrie. Dit is geen gemakkelijke test, omdat er een actieve handeling
wordt verwacht van de patiënt. Er gebeuren dan ook zeer veel fouten bij de uitvoering van de
spirometrie. Het is belangrijk om minstens twee testen te laten doen i.v.m. de reproduceerbaarheid.
De meest voorkomende pathologie die men met spirometrie zeer vroegtijdig kan opsporen is het
obstructief longlijden.
• Neus dicht
• Ding aan je mond en zo ‘onbelemmerd’ zo snel mogelijk uitademen
• Je laat iemand maximaal 6 seconden uitademen
• Fouten die je kunt maken
o Mondstuk niet goed afsluiten
o Vooroverbuigen bij het uitademen
Flow en volume lus
• Mogelijke uitkomst van flow-volume curves
• Obstructie zijn blokkades
•
Wat is FEV1 en de VC?
• Uitkomst van volume – tijd curves
• Maximaal inademen en 6 seconden uitademen met kracht
• Raciale verschillen. Over het algemeen wordt bij mensen van Afrikaans ras een 13% lagere
voorspelde waarde voor FEV1 en FVC dus de forced! Aangehouden dan bij blanken. Bij
Aziatische afkomst een 10% lagere waarde.