Hoofdstuk 2: chemische reacties
Paragraaf 1 ➙verhitten van stoffen:
Wanneer een stof wordt verhit kun je verschillende verschijnselen waarnemen, zoals:
Gloeien
Faseverandering
Chemische reacties
Gloeien is geen chemische reactie. Want als je ijzer verhit gaat het gloeien en kan je de vorm
veranderen. Als het ijzer afgekoeld is, krijg je de oorspronkelijke ijzer weer terug alleen de
vorm is veranderd.
De zon verwarmt het water in oceanen, zeeën, rivieren, meren. Hierdoor wordt een gedeelte
van het water omgezet in waterdamp. Deze damp stijgt op en koelt af. De waterdamp
condenseert en er ontstaan wolken. En uit die wolken komt sneeuw, hagel of regen weer op
aarde terecht. Ook faseovergangen zijn geen chemische reacties.
Chemische reactie: er verdwijnen stoffen en ontstaan er nieuwe stoffen. Vb: bij het bakken
van brood zie je aan de buitenzijde een donkere stof ontstaan. De donkere stof bestaat uit
koolstof, deze koolstof is een nieuwe stof die tijdens het bakken is ontstaan.
Als je stoffen verhit veranderen die stoffen. De stof die je verhit zie je verdwijnen en je ziet
nieuwe stoffen ontstaan. Dit zijn nieuwe stoffen met een andere eigenschap.
Reactieproducten: stoffen die ontstaan bij een chemische reactie.
Beginstoffen: de stoffen waarmee je begint.
Een chemische reactie noteer je met behulp van een reactieschema:
Beginstof(fen) ➙Reactieproduct(en)
1