Hoofdstuk 8: Metalen
Paragraaf 1 ➙Edel en Onedel:
Gemeenschappelijke eigenschappen van metalen:
Ze hebben een glanzend oppervlak, vooral als ze gepolijst zijn.
Ze geleiden warmte goed.
Ze geleiden de elektrische stroom goed.
Ze zijn meestal gemakkelijk te vervormen. Je kunt ze gemakkelijk
buigen of in een bepaalde vorm persen, ook zijn ze gemakkelijk te
smeden en te walsen.
Ze zijn meestal grijs van kleur. Alleen goud is geel en koper is rood van
kleur.
Metalen kun je onderverdelen in edele en onedele metalen:
Edele metalen: reageren niet of nauwelijks met andere stoffen.
Alleen edelmetalen worden zuiver in de natuur aangetroffen.
Metaalverbindingen die voorkomen in de aardbodem, zijn
meestal metaaloxiden en metaalsulfiden.
Goud (Au), zilver (Ag), platina (Pt) zijn edelmetalen.
Onedele metalen: reageren gemakkelijk met andere stoffen.
Onedele metalen komen in de natuur altijd als verbinding voor.
Aluminium (Al), IJzer (Fe), Natrium (Na), Kalium (K), calcium (Ca)
zijn onedele metalen.
Er is een verschil tussen de reactiviteit: aluminium en ijzer
reageren wel met andere stoffen. Natrium, kalium, calcium
reageren zelfs met water.
alle onedele metalen reageren met water en lucht (zuurstof).
Kalium reageert met water als volgt:
2 K(s) + 2 H₂O (l) ➙ 2 K⁺ (aq) + 2 OH- (aq) + H₂ (g)
Natrium en kalium reageren zo heftig dat er vuurverschijnselen waar te
nemen zijn. Ze moeten daarom in olie bewaard worden.
Legeringen: metaalmengsels. Ze zijn veel harder dan zuivere metalen.
Brons, messing, soldeer, metaal met kwik.
Goud in sieraden is nooit zuiver goud maar een goudlegering. De
hoeveelheid goud in een goudlegering wordt uitgedrukt in karaat.
Zuiver goud is 24 karaat. En 14 karaats goud bevat dan 14/24e deel
goud. Zo bevat een 14 karaats gouden ring van 20 gram 14/24x20=
11,7 gram goud.
Amalgamen: legeringen
Legering van zilver met kwik word zilveramalgaam genoemd.
1
Paragraaf 1 ➙Edel en Onedel:
Gemeenschappelijke eigenschappen van metalen:
Ze hebben een glanzend oppervlak, vooral als ze gepolijst zijn.
Ze geleiden warmte goed.
Ze geleiden de elektrische stroom goed.
Ze zijn meestal gemakkelijk te vervormen. Je kunt ze gemakkelijk
buigen of in een bepaalde vorm persen, ook zijn ze gemakkelijk te
smeden en te walsen.
Ze zijn meestal grijs van kleur. Alleen goud is geel en koper is rood van
kleur.
Metalen kun je onderverdelen in edele en onedele metalen:
Edele metalen: reageren niet of nauwelijks met andere stoffen.
Alleen edelmetalen worden zuiver in de natuur aangetroffen.
Metaalverbindingen die voorkomen in de aardbodem, zijn
meestal metaaloxiden en metaalsulfiden.
Goud (Au), zilver (Ag), platina (Pt) zijn edelmetalen.
Onedele metalen: reageren gemakkelijk met andere stoffen.
Onedele metalen komen in de natuur altijd als verbinding voor.
Aluminium (Al), IJzer (Fe), Natrium (Na), Kalium (K), calcium (Ca)
zijn onedele metalen.
Er is een verschil tussen de reactiviteit: aluminium en ijzer
reageren wel met andere stoffen. Natrium, kalium, calcium
reageren zelfs met water.
alle onedele metalen reageren met water en lucht (zuurstof).
Kalium reageert met water als volgt:
2 K(s) + 2 H₂O (l) ➙ 2 K⁺ (aq) + 2 OH- (aq) + H₂ (g)
Natrium en kalium reageren zo heftig dat er vuurverschijnselen waar te
nemen zijn. Ze moeten daarom in olie bewaard worden.
Legeringen: metaalmengsels. Ze zijn veel harder dan zuivere metalen.
Brons, messing, soldeer, metaal met kwik.
Goud in sieraden is nooit zuiver goud maar een goudlegering. De
hoeveelheid goud in een goudlegering wordt uitgedrukt in karaat.
Zuiver goud is 24 karaat. En 14 karaats goud bevat dan 14/24e deel
goud. Zo bevat een 14 karaats gouden ring van 20 gram 14/24x20=
11,7 gram goud.
Amalgamen: legeringen
Legering van zilver met kwik word zilveramalgaam genoemd.
1