Samenvatting Bestuurlijke Informatievoorziening Semester 2.1
Hoofdstuk 1 Organisaties werken dankzij informatie
Organisatie:
Een samenwerkingsverband van mensen met hulpmiddelen om een gemeenschappelijk(e) doel(en)
te bereiken.
Een organisatie die voor eigen rekening en risico, met winst als doelstelling, producten en/of
diensten levert.
Soorten organisaties:
Profit-organisaties: B2B (Albert Heijn) en B2C (Campina)
Non profit- organisaties: Niet-gouvernementele organisaties (NGO) (vereniging natuurmonumenten)
en Overheid
Bestuurlijke informatievoorziening:
Informatievoorziening:
Informatievoorziening is het verzamelen, vastleggen, bewaren en verwerken van gegevens, gericht
op het verstrekken van verwerkte gegevens aan diegenen voor wie het bestemd is en voor wie het
bruikbare informatie is. Geautomatiseerde informatievoorziening is informatievoorziening waarbij
computerprogramma’s en ICT worden ingezet.
Dit geeft verbetering op het vlak van:
Efficiëntie: gegevensverwerking sneller en accurater, minder menselijke handelingen.
Effectiviteit: inspelen op de behoefte aan informatie op uitvoerend en managementniveau.
Kwaliteit: vergroten van de betrouwbaarheid en presentatie van verstrekte informatie, hogere
service.
Informatiekunde:
De kennis, inzicht in en vaardigheden op het terrein van de informatie voorziening en het daarbij
aanwenden van moderne informatie- en communicatie technologie.
Informatie:
Informatie moet juist, tijdig en compleet zijn om betrouwbaar te zijn.
Er zijn verschillende soorten informatie:
Operationele informatie
Management-informatie: beslisinformatie, stuurinformatie, verantwoordingsinformatie
Managementinformatie:
De informatie die nodig is voor het besturen van de uitvoerende activiteit en het nemen van
strategische en tactische beslissingen.
Informatie voor het nemen van beslissingen:
De informatie die in diverse situaties nodig is als basis om een beslissing te nemen.
Bedrijfsprocessen:
Bedrijfsproces:
, Een bedrijfsproces is een aaneenschakeling van activiteiten die in een organisatie worden uitgevoerd
gericht op het realiseren van een specifiek doel: het verrichten van een dienst of de productie en
levering van goederen aan een klant (ook interne klanten). Voorbeelden: verkoopproces,
inkoopproces, productieproces, financieel proces, marketing.
Een bedrijfsproces heeft een begin en eind. Bestaat uit activiteiten, die vormen een samenhangend
geheel. Activiteiten worden na elkaar in de tijd uitgevoerd (zoals goederen worden verkocht,
ingepakt en verzonden). Het proces start met een impuls; andere activiteiten hebben een trigger.
Heeft een helder gedefinieerd eindresultaat: het leveren van een product of dienst voor een klant,
de behoefte van de klant staat centraal.
Activiteit:
Een activiteit is de werkzaamheden en handelingen die een persoon, machine of computersysteem
aaneengesloten in de tijd uitvoert. Elke activiteit in een bedrijfsproces voegt iets toe aan het
realiseren van de dienst/product; de efficiëntie wordt bepaald door de samenhang van activiteiten,
waar de afdelingen een bijdrage aan leveren. De behoefte van de klant staat centraal.
Bedrijfsproces-benadering:
De bedrijfsprocesbenadering is beter voor de klant omdat hierbij het belang van de afdelingen niet
meer voorop staat, maar de behoefte van de klant. En wat de klant nodig heeft komt tot stand door
verschillende bijdragen van verschillende afdelingen. Het clusteren van activiteiten naar
bedrijfsfuncties (afdelingen, de verticale indeling) leidt tot eilandvorming en het nastreven van
eigenbelang. Bovendien wordt de logische samenhang van de activiteiten uit het oog verloren.
Relatie tussen primaire, secundaire en bestuurlijke processen:
Operationele processen:
De uitvoerende activiteiten in binnen de organisatie. Deze worden onderverdeeld in primaire en
secundaire processen.
Primaire processen:
Alle handelingen die direct bijdragen aan het tot stand komen van het product of dienst.
Secundaire processen:
De secundaire processen ondersteunen de primaire processen.
Bestuurlijke processen:
De processen die de operationele processen aansturen, zodat ook werkelijk de gewenste resultaten
worden bereikt. Soorten bestuurlijke processen:
Strategievorming: creëren van toekomstbeeld en bepalen van de doelen.
Afstemming: afstemming primaire en secundaire processen om de gestelde doelen te realiseren.
Structurering: beschikbaar stellen van benodigde mensen en middelen verdeeld over de
verschillende bedrijfsprocessen.
Procesbeheersing: het doelgericht en doelmatig laten verlopen van de operationele
Hoofdstuk 1 Organisaties werken dankzij informatie
Organisatie:
Een samenwerkingsverband van mensen met hulpmiddelen om een gemeenschappelijk(e) doel(en)
te bereiken.
Een organisatie die voor eigen rekening en risico, met winst als doelstelling, producten en/of
diensten levert.
Soorten organisaties:
Profit-organisaties: B2B (Albert Heijn) en B2C (Campina)
Non profit- organisaties: Niet-gouvernementele organisaties (NGO) (vereniging natuurmonumenten)
en Overheid
Bestuurlijke informatievoorziening:
Informatievoorziening:
Informatievoorziening is het verzamelen, vastleggen, bewaren en verwerken van gegevens, gericht
op het verstrekken van verwerkte gegevens aan diegenen voor wie het bestemd is en voor wie het
bruikbare informatie is. Geautomatiseerde informatievoorziening is informatievoorziening waarbij
computerprogramma’s en ICT worden ingezet.
Dit geeft verbetering op het vlak van:
Efficiëntie: gegevensverwerking sneller en accurater, minder menselijke handelingen.
Effectiviteit: inspelen op de behoefte aan informatie op uitvoerend en managementniveau.
Kwaliteit: vergroten van de betrouwbaarheid en presentatie van verstrekte informatie, hogere
service.
Informatiekunde:
De kennis, inzicht in en vaardigheden op het terrein van de informatie voorziening en het daarbij
aanwenden van moderne informatie- en communicatie technologie.
Informatie:
Informatie moet juist, tijdig en compleet zijn om betrouwbaar te zijn.
Er zijn verschillende soorten informatie:
Operationele informatie
Management-informatie: beslisinformatie, stuurinformatie, verantwoordingsinformatie
Managementinformatie:
De informatie die nodig is voor het besturen van de uitvoerende activiteit en het nemen van
strategische en tactische beslissingen.
Informatie voor het nemen van beslissingen:
De informatie die in diverse situaties nodig is als basis om een beslissing te nemen.
Bedrijfsprocessen:
Bedrijfsproces:
, Een bedrijfsproces is een aaneenschakeling van activiteiten die in een organisatie worden uitgevoerd
gericht op het realiseren van een specifiek doel: het verrichten van een dienst of de productie en
levering van goederen aan een klant (ook interne klanten). Voorbeelden: verkoopproces,
inkoopproces, productieproces, financieel proces, marketing.
Een bedrijfsproces heeft een begin en eind. Bestaat uit activiteiten, die vormen een samenhangend
geheel. Activiteiten worden na elkaar in de tijd uitgevoerd (zoals goederen worden verkocht,
ingepakt en verzonden). Het proces start met een impuls; andere activiteiten hebben een trigger.
Heeft een helder gedefinieerd eindresultaat: het leveren van een product of dienst voor een klant,
de behoefte van de klant staat centraal.
Activiteit:
Een activiteit is de werkzaamheden en handelingen die een persoon, machine of computersysteem
aaneengesloten in de tijd uitvoert. Elke activiteit in een bedrijfsproces voegt iets toe aan het
realiseren van de dienst/product; de efficiëntie wordt bepaald door de samenhang van activiteiten,
waar de afdelingen een bijdrage aan leveren. De behoefte van de klant staat centraal.
Bedrijfsproces-benadering:
De bedrijfsprocesbenadering is beter voor de klant omdat hierbij het belang van de afdelingen niet
meer voorop staat, maar de behoefte van de klant. En wat de klant nodig heeft komt tot stand door
verschillende bijdragen van verschillende afdelingen. Het clusteren van activiteiten naar
bedrijfsfuncties (afdelingen, de verticale indeling) leidt tot eilandvorming en het nastreven van
eigenbelang. Bovendien wordt de logische samenhang van de activiteiten uit het oog verloren.
Relatie tussen primaire, secundaire en bestuurlijke processen:
Operationele processen:
De uitvoerende activiteiten in binnen de organisatie. Deze worden onderverdeeld in primaire en
secundaire processen.
Primaire processen:
Alle handelingen die direct bijdragen aan het tot stand komen van het product of dienst.
Secundaire processen:
De secundaire processen ondersteunen de primaire processen.
Bestuurlijke processen:
De processen die de operationele processen aansturen, zodat ook werkelijk de gewenste resultaten
worden bereikt. Soorten bestuurlijke processen:
Strategievorming: creëren van toekomstbeeld en bepalen van de doelen.
Afstemming: afstemming primaire en secundaire processen om de gestelde doelen te realiseren.
Structurering: beschikbaar stellen van benodigde mensen en middelen verdeeld over de
verschillende bedrijfsprocessen.
Procesbeheersing: het doelgericht en doelmatig laten verlopen van de operationele
