Probleem 1: A Keen Eye.
Boeken: Goldstein (hoofdstuk 3)
Hoe is het oog opgebouwd en hoe werkt het?
A. Vitreous body (glasachtig lichaam)
B. Optic nerve (oogzenuw)
C. Fovea
D. Retina (netvlies)
E. Choroid (vaatvlies)
F. Sclera (oogwit)
G. Cornea (hoornvlies)
H. Anterior chamber (voorste oogkamer)
I. Pupil
J. Iris
K. Lens
L. Blind spot (blinde vlek)
Er zijn drie onderdelen die we aan de buitenkant van het oog kunnen zien, namelijk
het oogwit wat ervoor dient om het oog te beschermen, het hoornvlies aan de voorkant van het
oog (wat doorzichtig is) en de oogspieren die aan de boven- en onderkant en aan de zijkanten
zitten zodat het oog alle kanten op kan bewegen. Een laag daaronder bevindt zich het
vaatvlies die vol met bloedvaatjes zit en het oog voorziet van voedingsstoffen en zuurstof.
Ook voeren ze afvalstoffen af zodat o.a. het oog zich kan herstellen wanneer er iets mis is.
Oog zitten er spieren in deze laag. Zo is de iris, aan het voorkant van het oog, een kringspier
die open en dicht kan. Officieel is de iris onderdeel van het vaatvlies. Wanneer we nog een
laag naar binnen gaan, komen we bij het netvlies. Deze vangt het licht op met licht-gevoelige
zintuigcellen genaamd rods (zijn vooral goed in het onderscheiden van licht en donker) en
cones (zijn vooral goed voor het onderscheiden van kleuren). Aan de achterkant van het oog
bevind zich de gele vlek. Dit is de plek waar beelden op worden geprojecteerd wanneer we
ons direct focussen op hetgeen we zien. De blinde vlek is de plek waar zich de oogzenuw
bevind en dus ook geen netvlies aanwezig is. Wanneer beelden op deze plek binnenkomen,
zien we ze niet omdat hier geen licht kan worden opgevangen. De binnenkant van het oog is
opgevuld met het geleiachtige en transparante glasachtige lichaam. Tot slot is er de lens die
ervoor zorgt dat het licht op een juiste manier op het netvlies wordt geprojecteerd. De lens kan
van vorm veranderen door middel van een kringspier die om de lens heen zit.
Verder bestaat er ook de voorste oogkamer die gevuld is met vloeistof die druk levert
op de lens waardoor deze goed kan werken. Het hoornvlies dient ter bescherming. Het zorgt
ervoor dat er geen viezigheid bij de lens en voorste oogkamer kunnen komen. De iris
selecteert hoeveel licht er het oog binnenkomt door zich kleiner of groter te maken. Tot slot
zorgen ciliary muscles ervoor dat het pupil kleiner wordt en radiale muscles dat het pupil
groter wordt.
1