Samenvatting Radiotherapie longen

Radiotherapie semester 2 longen

Introductie college:
PDD curve:




Voordelen van het gebruik van een 6 mV bundel:
o Je hebt een snellere build-up, de dosis is sneller op 100% dan bij bijvoorbeeld een 15
mV bundel. Dit kan een voordeel zijn bij een ondiepe tumor.
o Minder dosis afgifte na het PTV, de lijn loopt steiler af dan bij een 15 mV bundel

Voordeel 15 mV bundel
o Je houdt meer dosis over in de diepte. Dit kan een voordeel zijn voor wat zwaardere
patiënten of als een tumor dieper in het oppervlakte ligt.

Door 2 bundels tegenover elkaar te zetten heb je overal een hoge dosisafgifte, dus niet
alleen in het PTV. Je krijgt dan 2 PDD curve 1 van de ene kant en 1 andere kant, hierdoor
heb je als je de 2 PDD-curve bij elkaar op telt overal evenveel dosis.

Serieel heeft een Dmax.
Parallel heeft een Dmean.

Bij de longen plan je links en rechts onafhankelijk en het evalueren doe je beide samen.

V2000< 30 betekend: 30% van het volume van de longen moet kleiner zijn dan 2000.

Bij overgang naar een ander soort weefsel begint de build-up opnieuw, dus gaat de lijn weer
omhoog.

,dRT S2b-001 Bestralen van tumoren in de thorax

leerdoelen:
o kan de vraagstelling/indicatie van de opdrachtgever/aanvrager analyseren
o kan een relatie leggen tussen basisanatomie, fysiologie en pathologie en
beeldherkenning
o kan systematisch, doelgericht en bewust handelen bij een eenvoudig onderzoek en
behandeling
o kan een presentatie geven voor een kleine groep.
o kan actief participeren in een groepsproces
o neemt actief deel aan besluitvorming en taakverdeling in groepen of teams, zet zich
in voor het gezamenlijke resultaat
o komt afspraken en verplichtingen na
o motiveert zichzelf tot leren en het leveren van leerprestaties

Aantekeningen bij de video’s:

Longkanker- symptomen en behandeling:

Longkanker is in Nederland de meest voorkomende vorm van kanker bij mannen. Bij
vrouwen neemt het aantal de afgelope jaren iets toe, terwijl het onder mannen daalt.

Longkanker wordt onderverdeeld in kleincellige type en het niet klein cellige type. Het
onderscheid wordt gemaakt op basis van de cellen waaruit de tumor is opgebouwd.

Het type longkanker bepaalt de snelheid waarmee en de manier waarop de tumor groeit en
de mate waarin uitzaaiingen kunnen optreden.

De belangrijkste oorzaak van longkanker is roken, van alle mensen die longkanker hebben
heeft 90% gerookt. In 3% van de gevallen is het te wijden aan passief roken. Daarnaast zijn
er aanwijzingen dat mensen die langdurig boot gestaan zijn aan kankerverwekkende stoffen,
zoals astbest een groter risico lopen.
Longkanker is niet erfelijk.

De verschijnselen van longkanker zijn afhankelijk van:
 plaats
 grootte
 type
 uitzaaiingen

,Eerste verschijnselen van longkanker:
 Dat iemand anders hoest dan gewoonlijk
 Hartnekkige prikkelhoest
 Longontsteking
 Bloed ophoestem
 Aanhoudende heesheid
 Fuitende ademhaling
 Zeurende pijn in de borststreek

Als iemand constant niet lekker is (moe is, afvalt en geen zin heeft in eten) kan het
veroorzaakt worden door longkanker.

Onderzoek:
 Rontgenonderzoek van de longen
 Verder onderzoek zal bestaan uit een CT scan, bloedonderzoek en er kan een
bronchoscopie gedaan worden.
- Bronchoscopie: het van binnen bekijken van de longen eventueel wordt er
een stukje weefsel weggenomen om onderzocht te kunnen worden

Behandeling van kanker: (vaak een combinatie ervan)
 Operatie
 Bestraling
 Chemo

Of een operatieve behandeling mogelijk is hangt af van:
 Type tumor
 Geen uitzaaiingen
 Lichamelijke toestand van de patient  een goede algemene conditie is belangrijk, want
het geheel of gedeeltelijk verwijderen van een long is een zware ingreep

Wanner is een operatie niet mogelijk:
 Als er elders in het lichaam uitzaaiingen zijn
 Bij kleincellig longkanker  een agressieve soort

, dRT S2-006 Bestralen van longtumoren


leerdoelen:
o De verschillende combinatiebehandelingen van tumoren in de thoraxholte te
benoemen en te beschrijven.
o De invloed van deze combinatie behandelingen op de RT behandeling te beschrijven.
o Bijwerkingen te kunnen noemen van de RT en chemoradiatie behandelingen bij
longtumoren.

Aantekeningen college:

Types longkanker:
 Non small cell lungcancer, NSCLC  meest voorkomende bij ongeveer 80% van de
patienten.
- Adenocarcinoom
- Plaveiselcarcinoom
- Grootcellig anaplastisch carcinoom
 Small cell lungcancer, SCLC  slechtere prognose dan NSCLS
 Thymoom
 Mesothelioom  longvlieskanker
 Carcinoïd
 Pleuritis carcinomatosa  vocht in de longen, in het vocht zitten kwaadaardige cellen.
 Longmeta’s

Incidentie:
 14.500 nieuwe gevallen per jaar
 80% NSCLC
 2015: 8000 mannen: 6500 vrouwen
 Toename 2000  2015: 9500  1450
 20% resecatabel  20% is operatief te verwijderen
 1 jaarsoverleving 47%
 5 jaarsoverleving 21%
 90% rokers