Geschiedenis samenvatting PWW4
Het Britse Rijk (1585 - 1900)
In de 19e eeuw: Britse Rijk aan top van de wereldmacht:
- Overal waren Britse gebieden/koloniën
- India was een van de belangrijkste koloniën
- Veel grondstoffen
- Gewassen werden verbouwd
Daarom bijnaam van Britten: ‘juweel in de kroon’. Niks met juwelen te
maken, 5maar als handelskolonie belangrijkste onderdeel (het juweel)
van het Britse Rijk (de kroon).
Prins Albert, de echtgenoot van Britse koningin Victoria, wilde laten zien
wat Groot-Brittannië en haar koloniën op technologisch en industrieel
gebied konden leveren. in de eerste Wereldtentoonstelling
Voormalig koloniën en Europeanen mochten daar ook hun cultuur en
wetenschap tentoonstellen.
Crystal Palace (het kristallen paleis) glazen gebouw ontworpen door
Albert. Hier was de Koh-i-Noor:
- Werd favoriet sieraad van koningin Victoria
- Het groeide uit tot symbool voor het succesvolle Britse Rijk
Koh-i-Noor = mooiste en grootste diamant ter wereld (uit India). Degene
met de Koh-i-Noor mocht zich de belangrijkste machthebber van India
noemen.
,Hoofdstuk 1.1:
John White was een Engelse tekenaar: doel was om met zijn tekeningen
mensen over te halen om naar Amerika te komen.
Hij tekende indianen met een koperen ketting in Amerika waren
er kostbare grondstoffen
Hij tekende indianen die kookten met mais, vlees & vis maakte
duidelijk dat er genoeg voedsel was in Amerika
Indianen hadden vriendelijk & gastvrij uiterlijk
Spanje en Portugal verdienden veel geld aan hun koloniën in Midden- en
Zuid-Amerika.
Twee redenen om kust van Noord-Amerika te verkennen:
De oostkust van Noord-Amerika was nog niet gekoloniseerd.
Vanuit Noord-Amerika konden de Spaanse zilver- en goudvloten
makkelijk veroverd worden dan vanuit Europa.
De hoop op een nieuwe route naar Azië. (veel kostbare producten)
In Virginia (Engelse kolonie in zuidelijke van Noord-Amerika)
verbouwden indianen (inheemse bewoners van Amerika) tabak. Het
klimaat in Virginia was perfect voor het verbouwen van gewassen op
plantages. John Rolf begon met de plantage-economie in het zuiden
van Noord-Amerika. (economie die afhankelijk is van de opbrengstem
van grote landbouwgebieden, plantages)
Het verbouwen en exporteren van tabak groeide en groeide. Virginia
werd belangrijkste producent van tabak voor Europa. er kwamen
steeds meer kolonisten, wat indianen vervelend vonden, want kolonisten
gebruikten steeds meer grondgebied. Gevolg: conflicten en oorlogen
waarbij 1/3 van de inwoners van Virginia zijn vermoord tijdens de aanval
van indianen op kolonisten (Engelsen).
, November in 1620: Pilgrim Fathers (groep mensen) kwamen aan op
oostkust van Noord-Amerika. strenggelovige protestanten. Mochten
geloof in Engeland niet voortzetten, dus stichtten ze in Noord-Amerika
kolonie: New England.
- in november aangekomen: te laat om voedselvoorraden voor de
winter te verbouwen, maar werden geholpen door de inheemse
bevolking (oorspronkelijke bewoners van een gebied) (indianen)
Thanksgiving Day: gedenken dat Pilgrim Fathers indianen
hielpen
De Pilgrim Fathers stuurde positieve berichten naar Engeland.
Resultaat: +12 Engelse koloniën gesticht aan oostkust Noord-Amerika.
Waarom vertrokken ze naar Amerika?
o Meeste waren gelovigen die zich ook niet thuis voelde in Engeland
o Door de bevolkingsgroei in moederland (een staat die de macht
uitoefent in een ander land of gebied door koloniale overheersing).
men zocht geluk, werk en succes ergens anders
Indianen verdwenen uit Engelse koloniën door:
• Oorlogen tegen Engelsen, waarbij Engelsen ze versloegen met
betere wapens.
Indianen verdwenen uiteindelijk van de aarde door:
• Kolonisten en indianen woonde dichtbij elkaar. Ziekten verspreiden
makkelijk. Europeanen waren bestand, maar indianen hadden
geen natuurlijke afweerstoffen doden door ziekten
Bij het verbouwen van plantagegewassen zoals tabak, rijst, thee, waren
veel handen nodig. In 1619 bracht een Holland schip Afrikaanse slaven
naar Virginia, die moesten werken op de plantages. De afrikanen reisde
niet uit vrije wil naar Amerika, dus werkte ze onder dwang van kolonisten
slavernij (systeem waarbij iemand eigendom is van een ander). de
trans-Atlantische slavenhandel en de plantage-economie zijn
verbonden (afrikanen vervoeren naar Amerika om hen daar als slaven te
laten werken)
Het Britse Rijk (1585 - 1900)
In de 19e eeuw: Britse Rijk aan top van de wereldmacht:
- Overal waren Britse gebieden/koloniën
- India was een van de belangrijkste koloniën
- Veel grondstoffen
- Gewassen werden verbouwd
Daarom bijnaam van Britten: ‘juweel in de kroon’. Niks met juwelen te
maken, 5maar als handelskolonie belangrijkste onderdeel (het juweel)
van het Britse Rijk (de kroon).
Prins Albert, de echtgenoot van Britse koningin Victoria, wilde laten zien
wat Groot-Brittannië en haar koloniën op technologisch en industrieel
gebied konden leveren. in de eerste Wereldtentoonstelling
Voormalig koloniën en Europeanen mochten daar ook hun cultuur en
wetenschap tentoonstellen.
Crystal Palace (het kristallen paleis) glazen gebouw ontworpen door
Albert. Hier was de Koh-i-Noor:
- Werd favoriet sieraad van koningin Victoria
- Het groeide uit tot symbool voor het succesvolle Britse Rijk
Koh-i-Noor = mooiste en grootste diamant ter wereld (uit India). Degene
met de Koh-i-Noor mocht zich de belangrijkste machthebber van India
noemen.
,Hoofdstuk 1.1:
John White was een Engelse tekenaar: doel was om met zijn tekeningen
mensen over te halen om naar Amerika te komen.
Hij tekende indianen met een koperen ketting in Amerika waren
er kostbare grondstoffen
Hij tekende indianen die kookten met mais, vlees & vis maakte
duidelijk dat er genoeg voedsel was in Amerika
Indianen hadden vriendelijk & gastvrij uiterlijk
Spanje en Portugal verdienden veel geld aan hun koloniën in Midden- en
Zuid-Amerika.
Twee redenen om kust van Noord-Amerika te verkennen:
De oostkust van Noord-Amerika was nog niet gekoloniseerd.
Vanuit Noord-Amerika konden de Spaanse zilver- en goudvloten
makkelijk veroverd worden dan vanuit Europa.
De hoop op een nieuwe route naar Azië. (veel kostbare producten)
In Virginia (Engelse kolonie in zuidelijke van Noord-Amerika)
verbouwden indianen (inheemse bewoners van Amerika) tabak. Het
klimaat in Virginia was perfect voor het verbouwen van gewassen op
plantages. John Rolf begon met de plantage-economie in het zuiden
van Noord-Amerika. (economie die afhankelijk is van de opbrengstem
van grote landbouwgebieden, plantages)
Het verbouwen en exporteren van tabak groeide en groeide. Virginia
werd belangrijkste producent van tabak voor Europa. er kwamen
steeds meer kolonisten, wat indianen vervelend vonden, want kolonisten
gebruikten steeds meer grondgebied. Gevolg: conflicten en oorlogen
waarbij 1/3 van de inwoners van Virginia zijn vermoord tijdens de aanval
van indianen op kolonisten (Engelsen).
, November in 1620: Pilgrim Fathers (groep mensen) kwamen aan op
oostkust van Noord-Amerika. strenggelovige protestanten. Mochten
geloof in Engeland niet voortzetten, dus stichtten ze in Noord-Amerika
kolonie: New England.
- in november aangekomen: te laat om voedselvoorraden voor de
winter te verbouwen, maar werden geholpen door de inheemse
bevolking (oorspronkelijke bewoners van een gebied) (indianen)
Thanksgiving Day: gedenken dat Pilgrim Fathers indianen
hielpen
De Pilgrim Fathers stuurde positieve berichten naar Engeland.
Resultaat: +12 Engelse koloniën gesticht aan oostkust Noord-Amerika.
Waarom vertrokken ze naar Amerika?
o Meeste waren gelovigen die zich ook niet thuis voelde in Engeland
o Door de bevolkingsgroei in moederland (een staat die de macht
uitoefent in een ander land of gebied door koloniale overheersing).
men zocht geluk, werk en succes ergens anders
Indianen verdwenen uit Engelse koloniën door:
• Oorlogen tegen Engelsen, waarbij Engelsen ze versloegen met
betere wapens.
Indianen verdwenen uiteindelijk van de aarde door:
• Kolonisten en indianen woonde dichtbij elkaar. Ziekten verspreiden
makkelijk. Europeanen waren bestand, maar indianen hadden
geen natuurlijke afweerstoffen doden door ziekten
Bij het verbouwen van plantagegewassen zoals tabak, rijst, thee, waren
veel handen nodig. In 1619 bracht een Holland schip Afrikaanse slaven
naar Virginia, die moesten werken op de plantages. De afrikanen reisde
niet uit vrije wil naar Amerika, dus werkte ze onder dwang van kolonisten
slavernij (systeem waarbij iemand eigendom is van een ander). de
trans-Atlantische slavenhandel en de plantage-economie zijn
verbonden (afrikanen vervoeren naar Amerika om hen daar als slaven te
laten werken)
