Hoofdstuk 1: Inleiding
Inbreuk op een subjectief recht verbod van eigenrichting
Oplossing? beroep doen op de openbare macht (om rechten te versterken)
Optie 1: Overheidsrechter
Overheid moet ervoor instaan dat wie rechtsbescherming zoekt daadwerkelijk
toegang heeft tot een rechter
De rechter beslecht in zijn uitspraak, a.d.h.v. rechtsregels, op bindende wijze
rechtsgeschillen tussen partijen
Rechtsgeschillen= geschillen die rijzen ingevolge de toepassing van het recht
Procespartijen= rechtssubjecten tussen wie een geding hangende is
Organieke betekenis rechterlijke macht
= de gewone hoven en rechtbanken
= judiciële of justitiële rechters
artikel 40, eerste lid Gw
3 staatsmachten die uitgaan van de natie: scheiding der machten
interactie:
- vonnissen en arresten worden in naam van de koning ten uitvoer gebracht
artikel 40, tweede lid Gw
- de koning benoemt de magistraten artikel 151, §4 - §5 Gw
Bron: Hoofdstuk VI van titel III Gw
Functionele betekenis rechterlijke macht
= de essentie van de opdracht van de rechter
beslechten van geschillen, recht spreken
artikel 142,144,145,146,160 en 161 Gw
Rechtsprekende functie:
- het grondwettelijk hof
- de gewone hoven en rechtbanken
- de administratieve rechtbanken
Het grondwettelijk hof
Vroeger: arbitragehof
Wanneer: 1984
Bron: artikel 142 Gw
Initiële bevoegdheid= de grenzen afbakenen van de wetgevende bevoegdheid
Huidige bevoegdheid= wetskrachtige akten toetsen aan een beperkt aantal
belangrijke bepalingen uit de grondwet ( artikel 10,11 en 24 Gw)
Manieren tot toetsing:
1
Basisbegrippen van recht
, 1) beroep tot vernietiging
- door elke overheid of elke persoon wiens belang in het geding komt
- schorsing
2) Prejudiciële vraag
- Door rechtscolleges
- Verplicht voor te leggen aan GwH
- In afwachting, zaak opschorten
- Arrest van het hof is bindend ten aanzien van alle gelijksoortige zaken
Administratieve rechtscolleges
= behoren organiek tot de uitvoerende macht
Bron: artikelen 145-146 Gw
Taak: ze hebben toegewezen bevoegdheden bij wet gekregen voor het
beslechten van specifieke geschillen die betrekking hebben op
bestuurshandelingen gesteld door bepaalde administratieve overheden
Recente voorbeelden:
- Raad voor vreemdelingenbetwistingen (tegen Dienst Vreemdelingenzaken en
alle individuele beslissingen die genomen zijn met toepassing op
Vreemdelingenwet)
- Raad voor verkiezingsbetwistingen
- Raad voor betwistingen inzake studievooruitgangsbeslissingen
Oude voorbeelden:
Tuchtrechtscolleges handhaven tuchtrecht (= stelt de gedragsregels vast die
binnen een bepaalde groep van mensen moeten worden gerespecteerd, met het oog op
de interne cohesie en de goede werking van die groep)
Raad van state
= een administratief rechtscollege dat een meer algemene onbepaalde
bevoegdheid toegekend kreeg tot nietigverklaring van bestuurshandelingen of
om ze te schorsen
Bestuurshandelingen= door administratieve overheden gestelde handelingen
die het bijzonder kenmerk vertonen dat ze eenzijdig verbindend en onmiddellijk
uitvoerbaar zijn
Internationalisering, globalisering, europeanisering
Weerslag op recht, organisatie van rechtscolleges en rechtsbescherming
Gevolgen:
- meerlagigheid van het Belgisch rechtssysteem
- invloed van internationale rechtscolleges op het Belgische recht
Belangrijke rechtspraak:
- EHRM
2
Basisbegrippen van recht
, - HvJ
- Benelux-gerechtshof
Optie 2: Alternatieve oplossingen
= ADR (= alternative dispute resolution): MARC (= modes alternatifs de
resolution/règlement des conflicts) = rechtzoekende krijgt medezeggenschap bij
oplossing conflict. Hij krijgt erkenning in de wetgeving.
Vormen:
Minnelijke schikking
= voorafgaand of tijdens de loop van een geding kan een einde worden gemaakt
aan het geschil door het optreden van een rechter die de partijen helpt bij het
zoeken naar een redelijke en voor hen aanvaardbare oplossing van hun geschil
zonder dat die rechter de macht heeft om een beslissing door te drukken of op te
leggen
Soms facultatief, soms verplicht:
- Arbeidszaken
- Woninghuur
Er bestaan recentelijk ook kamers voor minnelijke schikking in familiezaken
Bemiddeling (deel VII Ger. W)
bemiddeling kwam op gelijke voet te staan met geschillenbeslechting door de
overheidsrechter of via arbitrage
Bemiddeling= een proces van vrijwillig overleg tussen conflicterende partijen
dat wordt geleid door een onafhankelijke derde die de communicatie
vergemakkelijkt en poogt de partijen ertoe te brengen zelf tot een oplossing te
komen (die billijk is voor beiden)
1) Buitengerechtelijke bemiddeling
Partijen kiezen hiervoor aan eigen volstrekt vrijwillig initiatief en buiten rechter
(artikel 1730 – 1733 Ger. W)
2) Gerechtelijke bemiddeling
Rechter die gezamenlijk verzoek van procespartijen of op eigen initaitief maar
met hun instemming, de partijen naar bemiddelaar verwijst ( artikel 1734 – 1737 Ger.
W)
Collaboratieve onderhandlingsprocedures = vrijwillige en vertrouwelijke
procedure van geschillenoploossing door onderhandeling ( conflicterende partij en
hun advocaten zijn erbij betrokken) Als 1 van de partijen zich terugtrekt of
onderhandling beindigt, moeten advocaten tussenkomst beindigen en mogen zij
(of iedere advocaat van hun advocatenkantoor) niet meer optreden tussen zelfde
partij
Arbitrage (deel VI Ger. W)
Arbitrage= de mogelijkheid om vermogensrechtelijke en niet-
vermogensrechtelijke geschillen, buiten de overheidsrechter, te laten beslechten
door één of meer private rechters die arbiters worden genoemd
3
Basisbegrippen van recht