100% de satisfacción garantizada Inmediatamente disponible después del pago Tanto en línea como en PDF No estas atado a nada 4.2 TrustPilot
logo-home
Resumen

Samenvatting leerdoelen recht 1.1 en 1.2

Puntuación
-
Vendido
2
Páginas
45
Subido en
19-10-2022
Escrito en
2022/2023

in deze samenvatting staan alle leerdoelen uitgewerkt van periode 1.1 en 1.2

Institución
Grado











Ups! No podemos cargar tu documento ahora. Inténtalo de nuevo o contacta con soporte.

Escuela, estudio y materia

Institución
Estudio
Grado

Información del documento

Subido en
19 de octubre de 2022
Número de páginas
45
Escrito en
2022/2023
Tipo
Resumen

Temas

Vista previa del contenido

Recht leerdoelen periode 1 en
periode 2

,Week 1:
Kan de verschillende indelingen van het recht benoemen en kan deze hanteren:
Het wordt onderverdeeld in publiekrecht en privaatrecht:
Publiekrecht: tussen de overheid en de burgers en tussen de overheidsorganen onderling,
- Staatsrecht: hoe de overheid georganiseerd is
- Bestuursrecht: regels waar de overheid zich aan moet houden bij nemen van besluiten
- Strafrecht: strafbare feiten
- Internationaal recht: EU, verdragen

Privaatrecht: tussen de burgers onderling.

Kan de verschillende rechtsbronnen benoemen:
- Wetgeving: wetboeken, AMvB, apv’s, etc
- Verdragen: EU of VN
- Jurisprudentie

Kan beschrijven hoe wetgeving in Nederland tot stand komt:
Voorbereiding wetsvoorstel op ministerie  wordt besproken in de ministerraad  Raad van
State komt met advies  voorstel wordt behandeld in Tweede Kamer  stemming in Tweede
Kamer en eventuele aanpassingen  stemming in de Eerste Kamer  koning en minister
ondertekenen voorstel  wet treedt in werking na publicatie

Staten-Generaal/parlement: eerste en tweede kamer samen
Regering: koning + ministers
Kabinet: ministers + staatsecretarissen

Kan uitleggen wat grondrechten zijn:
Grondrechten verzekeren de persoonlijke vrijheid en een menswaardig bestaan van burgers
en beperken het ingrijpen van de overheid.

Heeft kennis van de organisatie van de rechtspleging in Nederland:
11 rechtbanken, 4 gerechtshoven en 1 hoge raad.
Rechtbank: kantonrechters, strafrechters, politierechters, bestuursrechters en
kinderrechters. Meervoudige en enkelvoudige kamer en een economische kamer.
Gerechtshof: 3 rechters.
Hoge raad: 3 rechters. Cassatie: zaak niet meer opnieuw behandeld, maar gekeken of juiste
procedures in acht zijn genomen.




.

,Week 2:
Kan een omschrijving geven van het gezondheidsrecht.
Het gezondheidsrecht is het geheel van rechtsregels dat betrekking heeft op de zorg voor de
gezondheid en de toepassing van overig burgerlijk, bestuurs- en strafrecht in dat verband.

Kent de verschillende functies van het gezondheidsrecht.
Bescherming van personen: recht op privacy, onaantastbaarheid van het lichaam
Ordenen van de zorg: welke instellingen en beroepen staan we toe en wat mogen ze.

Kent de bronnen van het gezondheidsrecht.
Wetten, verdragen en jurisprudentie.

Kan het belang van grondrechten voor het gezondheidsrecht aangeven.
Grondrechten beschermen burgers tegen macht van de overheid, en zorgen voor de nodige
voorzieningen voor de burgers.

Voorbeelden
- Klassieke grondrechten: de burgerlijke en politieke rechten. Dit zijn onder andere het
kiesrecht, vrijheid van meningsuiting, recht op privacy, godsdienstvrijheid en het
discriminatieverbod.
- Sociale grondrechten: de economische, sociale en culturele rechten. Dit zijn onder
andere het recht op huisvesting, sociale zekerheid, gezondheidszorg en onderwijs.

Kent de rechtspleging in het gezondheidsrecht.
Regionale tuchtcolleges en een centraal tuchtcollege, geschillencommissie en
zorginstellingen, klachtencommissies, scheidsgerecht gezondheidszorg

Week 3:
Kent de drie soorten aansprakelijkheid.
Civielrechtelijke aansprakelijkheid: relatie tussen (rechts)personen (burgers)
Strafrechtelijke aansprakelijkheid: relatie tussen de gemeenschap en (rechts)personen
Tuchtrechtelijke aansprakelijkheid: relatie tussen professionals/beroepsgenoten

Weet wat civielrechtelijke aansprakelijkheid inhoudt.
Regelt de relatie tussen burgers onderling. Een persoon is civielrechtelijk aansprakelijk als
een ander door diens verwijtbare fout schade heeft geleden.

Er moet wel een relatie (causaal verband) zijn tussen de schade en de gebeurtenis
waardoor de schade ontstaan is.

Weet welke gronden er zijn voor materiële en immateriële schadevergoeding.
Materiële schade (vermogensschade  geld)
- Geleden schade reparatie
- Gemiste/gederfde inkomsten
- Onkosten huur berekenaar geleden schade
Immateriële schade (smartengeld)

, - Lichamelijk letsel
- Aantasting eer en goede naam
- In zijn persoon aangetast

Gronden voor schadevergoeding
- Het niet nakomen van een verbintenis uit een overeenkomst (wanprestatie)
o Geneeskundige behandelingsovereenkomst
o Inspanningsverbintenis: verwachting van voldoende inspanning in een bepaalde functie
o Resultaatsverbintenis: op een bepaald moment een bepaald resultaat opgeleverd hebben

- De onrechtmatige daad  wettelijke aansprakelijkheid
o Inbreuk op een recht
o Een doen of nalaten in strijd met een wettelijke plicht of met hetgeen volgens ongeschreven
recht in een maatschappelijk verkeer onbehoorlijk is
o Geen rechtvaardigheidsgrond

- Relativiteitseis De schade moet wel passen bij de norm die geschonden is
- Causaal verband verband tussen gebeurtenis, gedrag, de daad en de schade die is ontstaan

Weet hoe de aansprakelijkheid van ziekenhuizen geregeld is.
In de wet WBGO is bepaald dat als er aansprakelijkheid is ontstaan door een ingreep in een ziekenhuis,
dan is het voor de patiënt niet nodig om uit te zoeken wie nou de fout gemaakt heeft  het ziekenhuis
kan centraal aangesproken worden.

Weet wat strafrechtelijke aansprakelijkheid inhoudt.
Art 16 GW: Geen feit is strafbaar dan uit kracht van een daaraan voorafgegane wettelijke strafbepaling:
je kan niet achteraf iemand strafbaar stellen, het moet al in de wet staan, anders is het niet strafbaar:
tot voor kort appen op de fiets.

Er zijn twee soorten strafbare feiten: overtredingen en misdrijven.

Weet hoe het strafproces is georganiseerd.
- Gewone rechter: strafechter
- Proces van de staat tegenover de verdachte
- Het OM OvJ vervolgt de strafbare feiten
- Verdachte wordt bijgestaan door raadsman
- Plaats voor het slachtoffer  mag ook het woord voeren

Daarna volgt een vonnis (rechtbank) of een arrest (HR of Hof), dit kan zijn:
- Vrijspraak  niet wettig en overtuigend bewijs
- Ontslag van rechtsvervolging strafuitsluitingsgronden (overmacht, noodweer etc.)
- Veroordeling  wettelijk en overtuigend bewezen




.
$6.03
Accede al documento completo:

100% de satisfacción garantizada
Inmediatamente disponible después del pago
Tanto en línea como en PDF
No estas atado a nada

Conoce al vendedor
Seller avatar
sharondanique

Conoce al vendedor

Seller avatar
sharondanique Hogeschool Windesheim
Seguir Necesitas iniciar sesión para seguir a otros usuarios o asignaturas
Vendido
10
Miembro desde
3 año
Número de seguidores
8
Documentos
6
Última venta
3 semanas hace

0.0

0 reseñas

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Recientemente visto por ti

Por qué los estudiantes eligen Stuvia

Creado por compañeros estudiantes, verificado por reseñas

Calidad en la que puedes confiar: escrito por estudiantes que aprobaron y evaluado por otros que han usado estos resúmenes.

¿No estás satisfecho? Elige otro documento

¡No te preocupes! Puedes elegir directamente otro documento que se ajuste mejor a lo que buscas.

Paga como quieras, empieza a estudiar al instante

Sin suscripción, sin compromisos. Paga como estés acostumbrado con tarjeta de crédito y descarga tu documento PDF inmediatamente.

Student with book image

“Comprado, descargado y aprobado. Así de fácil puede ser.”

Alisha Student

Preguntas frecuentes