Bezwaarschrift
AANGETEKEND EN PER GEWONE POST
DAS Rechtsbijstand jurist
De Entree 222
1101 EE te Amsterdam
BSN: 240399079
Aan
UWV
Afdeling Bezwaar en beroep
Postbus 52010
3007 LA te Rotterdam
Onderwerp: Toekenning WW-uitkering
Rotterdam, 13 december
Geachte heer, mevrouw,
Namens mijn cliënt, de meneer Schrijver, teken ik middels deze brief bezwaar aan tegen de
beslissing van 1 december 2021. Het kenmerk van de beslissing is: 103802021/JWW. Ik zal
een kopie van de beslissing met dit bezwaarschrift meesturen. De kopie van de beslissing is
te vinden in de bijlage.
Mijn cliënt is het niet eens met de beslissing, omdat de duur van de WW-uitkering niet correct
berekend is. Deze beslissing is gebaseerd op aangeleverde gegevens van zijn voormalige
werkgever. Ik ben van mening dat het UWV bij deze beslissing in strijd heeft gehandeld met
een aantal beginselen van behoorlijk bestuur, namelijk het zorgvuldigheidsbeginsel en het
motiveringsbeginsel.
Algemene beginselen van behoorlijkbestuur
Allereerst is het zorgvuldigheidsbeginsel geschonden. Op grond van art. 3:2 Awb dienen
overheidsinstellingen de nodige kennis te vergaren omtrent de relevante feiten en de belangen
af te wegen. Het UWV heeft in dit geval in strijd gehandeld met het zorgvuldigheidsbeginsel.
Hoewel de Centrale Raad van Beroep juist hoge eisen stelt aan het te verrichten onderzoek
door het UWV.1 Ik ben van mening dat het UWV niet voldoende onderzoek heeft gedaan om
alle relevante feiten en omstandigheden vast te stellen. Uit de beschikking volgt dat het UWV
onder andere de duur van de WW-uitkering heeft berekend op aangeleverde gegevens van zijn
voormalige werkgever. De feiten en belangen van mijn cliënt zijn niet zorgvuldig onderzocht
waardoor er geen deugdelijk beslissing is genomen omtrent de duur van de WW-uitkering.
Ten tweede is het motiveringsbeginsel geschonden. Op grond van art. 3:46 Awb moeten
overheidsinstellingen haar besluiten begrijpelijk, deugdelijk en volledig motiveren. De Centrale
Raad van Beroep bevestigt dit in een uitspraak.2 Het UWV heeft in strijd gehandeld met het
motiveringsbeginsel. Ik ben van mening dat het UWV de beslissing niet deugdelijk en volledig
gemotiveerd heeft. Het UWV heeft namelijk in de brief aan mijn cliënt alleen het besluit vermeld
zonder een deugdelijke en volledige motivering te geven omtrent het besluit. Er is alleen
vermeld, dat de berekening is gemaakt door onder andere aangeleverde gegevens van zijn
voormalige werkgever.
Duur WW-uitkering
Op grond van art. 42 WW wordt de duur van de WW-uitkering berekend. Voordat een WW-
uitkering toegewezen wordt van drie maanden moet er voldaan zijn aan de weken-eis.
1
CRvB 24 juni 2015, ECLI:NL:CRVB:2015:2016.
2
RvS 22 december 2017, ECLI:NL:RVS:2017:355.
AANGETEKEND EN PER GEWONE POST
DAS Rechtsbijstand jurist
De Entree 222
1101 EE te Amsterdam
BSN: 240399079
Aan
UWV
Afdeling Bezwaar en beroep
Postbus 52010
3007 LA te Rotterdam
Onderwerp: Toekenning WW-uitkering
Rotterdam, 13 december
Geachte heer, mevrouw,
Namens mijn cliënt, de meneer Schrijver, teken ik middels deze brief bezwaar aan tegen de
beslissing van 1 december 2021. Het kenmerk van de beslissing is: 103802021/JWW. Ik zal
een kopie van de beslissing met dit bezwaarschrift meesturen. De kopie van de beslissing is
te vinden in de bijlage.
Mijn cliënt is het niet eens met de beslissing, omdat de duur van de WW-uitkering niet correct
berekend is. Deze beslissing is gebaseerd op aangeleverde gegevens van zijn voormalige
werkgever. Ik ben van mening dat het UWV bij deze beslissing in strijd heeft gehandeld met
een aantal beginselen van behoorlijk bestuur, namelijk het zorgvuldigheidsbeginsel en het
motiveringsbeginsel.
Algemene beginselen van behoorlijkbestuur
Allereerst is het zorgvuldigheidsbeginsel geschonden. Op grond van art. 3:2 Awb dienen
overheidsinstellingen de nodige kennis te vergaren omtrent de relevante feiten en de belangen
af te wegen. Het UWV heeft in dit geval in strijd gehandeld met het zorgvuldigheidsbeginsel.
Hoewel de Centrale Raad van Beroep juist hoge eisen stelt aan het te verrichten onderzoek
door het UWV.1 Ik ben van mening dat het UWV niet voldoende onderzoek heeft gedaan om
alle relevante feiten en omstandigheden vast te stellen. Uit de beschikking volgt dat het UWV
onder andere de duur van de WW-uitkering heeft berekend op aangeleverde gegevens van zijn
voormalige werkgever. De feiten en belangen van mijn cliënt zijn niet zorgvuldig onderzocht
waardoor er geen deugdelijk beslissing is genomen omtrent de duur van de WW-uitkering.
Ten tweede is het motiveringsbeginsel geschonden. Op grond van art. 3:46 Awb moeten
overheidsinstellingen haar besluiten begrijpelijk, deugdelijk en volledig motiveren. De Centrale
Raad van Beroep bevestigt dit in een uitspraak.2 Het UWV heeft in strijd gehandeld met het
motiveringsbeginsel. Ik ben van mening dat het UWV de beslissing niet deugdelijk en volledig
gemotiveerd heeft. Het UWV heeft namelijk in de brief aan mijn cliënt alleen het besluit vermeld
zonder een deugdelijke en volledige motivering te geven omtrent het besluit. Er is alleen
vermeld, dat de berekening is gemaakt door onder andere aangeleverde gegevens van zijn
voormalige werkgever.
Duur WW-uitkering
Op grond van art. 42 WW wordt de duur van de WW-uitkering berekend. Voordat een WW-
uitkering toegewezen wordt van drie maanden moet er voldaan zijn aan de weken-eis.
1
CRvB 24 juni 2015, ECLI:NL:CRVB:2015:2016.
2
RvS 22 december 2017, ECLI:NL:RVS:2017:355.
