Preventieve tandheelkunde H3
Primaire preventie = voorkomen van ziekte, vind plaats wanneer patiënt gezond is
( poetsles, goede voorlichting).
Secundaire preventie = vroegtijdig opsporen van afwijkingen (bitewing fotos).
Tertiaire preventie = behandelen van gezondheidsproblemen om verergering te voorkomen.
Quaternaire preventie = voorkomen dat je afhankelijk word van zorg.
Factoren ontstaan cariës:
- Gebitselement
- Tandplaque
- Voeding
- Tijd
Glazuur bestaat uit glazuurprisma’s: staafvormige structuren.
-Strekken zich uit van glazuur-dentinegrens tot glazuur oppervlak
Tussen de staafjes -> interprismatische ruimte.
Glazuur, dentine en wortelcement bestaan uit anorganische materiaal. (Paar procent uit
water en organisch materiaal).
Demineralisatie = Het langzaam ontkalken van kristallen.
Eerste ontkalking = Wittevlekcariës.
Remineralisatie = Heropbouw van de kristallen.
Demineralisatie verloopt sneller dan remineralisatie.
Versteviging van kristalstructuur van glazuur wordt bereikt wanneer de OH op de plaatsen in
het kristal wordt vervangen door fluoride-ion. Zo ontstaat fluorapatiet (= vermindert de
oplosbaarheid van tandweefsel).
Dentine bestaat naast anorganisch materiaal uit collagene vezels.
Dentine lost sneller op dan hard tandweefsel.
Streptococcus mutans breekt suiker en melkzuur af -> glycolyse = afbraak van koolhydraten,
organisch zuur of alcohol in afwezigheid van zuurstof.
Anaeroob = situatie bij afwezigheid van zuurstof.
Tandplaque bestaat voor 70 % uit bacteriën:
Suikers, speekseleiwitten, opgeloste stoffen uit voeding, elektrolyten en water.
Snelheid tandplaque wordt beïnvloed door:
Conditie gingiva, suikergebruik, speekselvloed, retentieplaatsen en factoren en stoffen in
speeksel.
Plaqueretentieplaatsen:
- Fissuren en foramina caeca
- Interdentale ruimten
- Cervicale randen
, Schade door tandplaque:
- Cariës door demineralisatie
- Parodontale aandoeningen door de vorming van toxinen
- Tandsteen door mineralisatie
Fluoride versterkt het glazuur, heeft een cariostatisch effect. Het remt de zuurvorming.
Melkproducten-calcium = helpt bij remineralisatie.
Vetten-houdt voedsel deeltjes bij elkaar = makkelijker wegslikken / beschermlaag glazuur.
Kaas-caseine = maakt glazuur minder oplosbaar.
Suikervrije kauwgom-stimuleert speekselklieren/pH neutraal-calcium = remineralisatie.
40 min na eetmoment is pH weer oorspronkelijke waarde. Advies is max 7 eetmomenten op
een dag.
Voorkoming cariës:
- Oplosbaarheid harde tandweefsel, hoe meer fluorapatiet des te beter de weerstand.
- Tandplaque, plaqueretentie plaatsen verwijderen.
- Voeding, weinig suikerrijke voeding (productie van melkzuur verkleind dan).
- Demineralisatietijd, minder vaak voeding = kortere demineralisatietijd.
Erosie = verlies oppervlakkig tandweefsel door zuren die niet in mond gevormd worden.
Intrinsieke zuren = zuren uit het lichaam.
Extrinsieke zuren = zuren in voeding of omgeving.
Mondproblemen tegen gaan:
Patiënt:
- Mondhygiëne, fluoride, max 7 eetmomenten en regelmatig tandartsbezoek.
Tandarts of mondhygiënist:
- Voorlichting mondhygiëne en voeding, behandeling gebit en parodontium en fluoride
advies.
Overheid:
- Collectieve fluoride, voorlichtingscampagnes, toegankelijk en betaalbare zorg.
Poetsinstructie.
De horizontale of schrobmethode = tot ongeveer 12 jaar,
De bass methode = patiënten met aandoeningen van parodontium.
De elektrische borstelmethode = Niet te veel kracht bij gebruiken, dat veroorzaakt
terugtrekkend tandvlees.
Tandpasta.
Fluoride Pasta's = 1.000 tot 1.500 ppm. Fluoride ionen kunnen worden ingebouwd tijdens
remineralisatie fase en door ionenuitwisseling tussen tandglazuur en mondmilieu.
Kindertandpasta’s = 500 tot 750 ppm. Aantal ppm omdat er anders overdosering kan
ontstaan.
Antitandsteenpasta’s = neerslaan van calciumfosfaat in tandplaque tegengaan.
Primaire preventie = voorkomen van ziekte, vind plaats wanneer patiënt gezond is
( poetsles, goede voorlichting).
Secundaire preventie = vroegtijdig opsporen van afwijkingen (bitewing fotos).
Tertiaire preventie = behandelen van gezondheidsproblemen om verergering te voorkomen.
Quaternaire preventie = voorkomen dat je afhankelijk word van zorg.
Factoren ontstaan cariës:
- Gebitselement
- Tandplaque
- Voeding
- Tijd
Glazuur bestaat uit glazuurprisma’s: staafvormige structuren.
-Strekken zich uit van glazuur-dentinegrens tot glazuur oppervlak
Tussen de staafjes -> interprismatische ruimte.
Glazuur, dentine en wortelcement bestaan uit anorganische materiaal. (Paar procent uit
water en organisch materiaal).
Demineralisatie = Het langzaam ontkalken van kristallen.
Eerste ontkalking = Wittevlekcariës.
Remineralisatie = Heropbouw van de kristallen.
Demineralisatie verloopt sneller dan remineralisatie.
Versteviging van kristalstructuur van glazuur wordt bereikt wanneer de OH op de plaatsen in
het kristal wordt vervangen door fluoride-ion. Zo ontstaat fluorapatiet (= vermindert de
oplosbaarheid van tandweefsel).
Dentine bestaat naast anorganisch materiaal uit collagene vezels.
Dentine lost sneller op dan hard tandweefsel.
Streptococcus mutans breekt suiker en melkzuur af -> glycolyse = afbraak van koolhydraten,
organisch zuur of alcohol in afwezigheid van zuurstof.
Anaeroob = situatie bij afwezigheid van zuurstof.
Tandplaque bestaat voor 70 % uit bacteriën:
Suikers, speekseleiwitten, opgeloste stoffen uit voeding, elektrolyten en water.
Snelheid tandplaque wordt beïnvloed door:
Conditie gingiva, suikergebruik, speekselvloed, retentieplaatsen en factoren en stoffen in
speeksel.
Plaqueretentieplaatsen:
- Fissuren en foramina caeca
- Interdentale ruimten
- Cervicale randen
, Schade door tandplaque:
- Cariës door demineralisatie
- Parodontale aandoeningen door de vorming van toxinen
- Tandsteen door mineralisatie
Fluoride versterkt het glazuur, heeft een cariostatisch effect. Het remt de zuurvorming.
Melkproducten-calcium = helpt bij remineralisatie.
Vetten-houdt voedsel deeltjes bij elkaar = makkelijker wegslikken / beschermlaag glazuur.
Kaas-caseine = maakt glazuur minder oplosbaar.
Suikervrije kauwgom-stimuleert speekselklieren/pH neutraal-calcium = remineralisatie.
40 min na eetmoment is pH weer oorspronkelijke waarde. Advies is max 7 eetmomenten op
een dag.
Voorkoming cariës:
- Oplosbaarheid harde tandweefsel, hoe meer fluorapatiet des te beter de weerstand.
- Tandplaque, plaqueretentie plaatsen verwijderen.
- Voeding, weinig suikerrijke voeding (productie van melkzuur verkleind dan).
- Demineralisatietijd, minder vaak voeding = kortere demineralisatietijd.
Erosie = verlies oppervlakkig tandweefsel door zuren die niet in mond gevormd worden.
Intrinsieke zuren = zuren uit het lichaam.
Extrinsieke zuren = zuren in voeding of omgeving.
Mondproblemen tegen gaan:
Patiënt:
- Mondhygiëne, fluoride, max 7 eetmomenten en regelmatig tandartsbezoek.
Tandarts of mondhygiënist:
- Voorlichting mondhygiëne en voeding, behandeling gebit en parodontium en fluoride
advies.
Overheid:
- Collectieve fluoride, voorlichtingscampagnes, toegankelijk en betaalbare zorg.
Poetsinstructie.
De horizontale of schrobmethode = tot ongeveer 12 jaar,
De bass methode = patiënten met aandoeningen van parodontium.
De elektrische borstelmethode = Niet te veel kracht bij gebruiken, dat veroorzaakt
terugtrekkend tandvlees.
Tandpasta.
Fluoride Pasta's = 1.000 tot 1.500 ppm. Fluoride ionen kunnen worden ingebouwd tijdens
remineralisatie fase en door ionenuitwisseling tussen tandglazuur en mondmilieu.
Kindertandpasta’s = 500 tot 750 ppm. Aantal ppm omdat er anders overdosering kan
ontstaan.
Antitandsteenpasta’s = neerslaan van calciumfosfaat in tandplaque tegengaan.