Gespreksvoering
PB 0912
, Hoofdstuk 1: Aspecten van communicatie
1.1 Wat is communicatie?
Communicatie is uitwisseling van symbolische informatie tussen mensen die zich van elkaars onmiddellijke of
remedieerde aanwezigheid bewust zijn, dit gebeurd deels bewust deels onbewust bij zowel de verstrekker als de
ontvanger.
Symbolische informatie verwijst naar iets anders, zoals taal, maar ook non-verbale communicatie is hiervan een
voorbeeld.
Communicatie vereist twee partijen, dit kan via fysieke aanwezigheid of gemedieerd door bijvoorbeeld een reclame
bord.
Informatie wordt zowel verbaal en non-verbaal gegeven.
1.2 Aspecten van interpersoonlijke communicatie
Hierbij zijn minimaal twee personen aanwezig en ze zijn beide zowel zender als ontvanger.
Het verwoorden van gedachten, vaak in taal, noemen we coderen, decoderen gebeurd door de ontvanger. Naast een
inhoudelijke semantische betekenis hebben woorden ook een a ectieve betekenis.
Daarnaast maken woorden ook deel uit van een referentie kader en zijn het niet ‘losse elementen’ in de hersenen.
Volgens sommige onderzoeken zijn non-verbale signalen zoals stemklank en lichaamstaal 70% van de
communicatie. Ze zijn echter voor meerdere uitleg vatbaar.
Daarnaast geven we ook boodschappen af door situationele signalen zoals bepaalde kleding aantrekken of inrichting
van een ruimte.
De verschillende media kanalen vormen de brug tussen de zender en ontvanger, er bestaan drie; het vocaal-auditief,
visueel en tactiele kanaal.
Er is ook ruis mogelijk in interpersoonlijke communicatie;
Fysieke ruis - lawaai in de omgeving, zonnebril.
Fysiologische ruis - lichamelijke barrières zoals gehoorproblemen, stemproblemen of cognitieve problemen.
Psychologische ruis - vooroordelen en stereotype opvattingen
Semantische ruis - verschillende talen of moeilijke vaktaal.
Feedforward boodschappen zoals ‘Wat ik ga vertellen is niet leuk’, hebben verschillende vormen zoals ontkrachters,
hedging, (het scheiden van boodschap en spreker), credentialling, sin license, cognitieve disclaimer en een oproep
om een oordeel uit te stellen tot het verhaal verteld is, zijn daar voorbeelden van.
Feedback kan van onszelf komen (rood gezicht) of van een ander.
Context speelt ook een rol, zowel de letterlijke plaats als de sociaal psychologische aspecten zoals
machtsverhoudingen.
1.3 Speci eke kenmerken van communicatie
Communicatie is een circulair proces. Begin en eind is hierdoor lastig vast te stellen, interpuncties leidden vaak tot
misverstanden.
Bewust communiceren is maar een deel van onze communicatie.
Communicatie is een onomkeerbaar proces, wat gezegd is is gezegd. Het is belangrijk te weten wat het e ect is van
de boodschap.
1.4 Anatomie van een boodschap
Een enkelvoudige boodschap kent vaak 4 verschillende aspecten.
Referentieel aspect, inhoudelijke zakelijke mededeling.
Expressief aspect, de gemoedstoestand en denkwereld van de zender.
Relationeel aspect, de relatie tussen de zender en ontvanger.
Appelerend aspect, de oproep om iets te doen of te laten
fi ff ff
PB 0912
, Hoofdstuk 1: Aspecten van communicatie
1.1 Wat is communicatie?
Communicatie is uitwisseling van symbolische informatie tussen mensen die zich van elkaars onmiddellijke of
remedieerde aanwezigheid bewust zijn, dit gebeurd deels bewust deels onbewust bij zowel de verstrekker als de
ontvanger.
Symbolische informatie verwijst naar iets anders, zoals taal, maar ook non-verbale communicatie is hiervan een
voorbeeld.
Communicatie vereist twee partijen, dit kan via fysieke aanwezigheid of gemedieerd door bijvoorbeeld een reclame
bord.
Informatie wordt zowel verbaal en non-verbaal gegeven.
1.2 Aspecten van interpersoonlijke communicatie
Hierbij zijn minimaal twee personen aanwezig en ze zijn beide zowel zender als ontvanger.
Het verwoorden van gedachten, vaak in taal, noemen we coderen, decoderen gebeurd door de ontvanger. Naast een
inhoudelijke semantische betekenis hebben woorden ook een a ectieve betekenis.
Daarnaast maken woorden ook deel uit van een referentie kader en zijn het niet ‘losse elementen’ in de hersenen.
Volgens sommige onderzoeken zijn non-verbale signalen zoals stemklank en lichaamstaal 70% van de
communicatie. Ze zijn echter voor meerdere uitleg vatbaar.
Daarnaast geven we ook boodschappen af door situationele signalen zoals bepaalde kleding aantrekken of inrichting
van een ruimte.
De verschillende media kanalen vormen de brug tussen de zender en ontvanger, er bestaan drie; het vocaal-auditief,
visueel en tactiele kanaal.
Er is ook ruis mogelijk in interpersoonlijke communicatie;
Fysieke ruis - lawaai in de omgeving, zonnebril.
Fysiologische ruis - lichamelijke barrières zoals gehoorproblemen, stemproblemen of cognitieve problemen.
Psychologische ruis - vooroordelen en stereotype opvattingen
Semantische ruis - verschillende talen of moeilijke vaktaal.
Feedforward boodschappen zoals ‘Wat ik ga vertellen is niet leuk’, hebben verschillende vormen zoals ontkrachters,
hedging, (het scheiden van boodschap en spreker), credentialling, sin license, cognitieve disclaimer en een oproep
om een oordeel uit te stellen tot het verhaal verteld is, zijn daar voorbeelden van.
Feedback kan van onszelf komen (rood gezicht) of van een ander.
Context speelt ook een rol, zowel de letterlijke plaats als de sociaal psychologische aspecten zoals
machtsverhoudingen.
1.3 Speci eke kenmerken van communicatie
Communicatie is een circulair proces. Begin en eind is hierdoor lastig vast te stellen, interpuncties leidden vaak tot
misverstanden.
Bewust communiceren is maar een deel van onze communicatie.
Communicatie is een onomkeerbaar proces, wat gezegd is is gezegd. Het is belangrijk te weten wat het e ect is van
de boodschap.
1.4 Anatomie van een boodschap
Een enkelvoudige boodschap kent vaak 4 verschillende aspecten.
Referentieel aspect, inhoudelijke zakelijke mededeling.
Expressief aspect, de gemoedstoestand en denkwereld van de zender.
Relationeel aspect, de relatie tussen de zender en ontvanger.
Appelerend aspect, de oproep om iets te doen of te laten
fi ff ff