___ = verwijzing naar een bron uit het boek
___ = verwijzing naar Binas-tabel
SAMENVATTING DNA
Nectar (4e editie) - VWO 6
§1 DNA in je cellen
DNA bestaat uit nucleotiden die samen een helix vormen.
Nucleotiden → - Fosfaatgroep (5’ einde)
- Suikermolecuul (3’ einde)
- Stikstofbase
4 verschillende stikstofbasen: - A - T (2 waterstofbruggen)
- C - G (3 waterstofbruggen)
Beide strengen in een DNA-molecuul in complementair: de volgorde van de ene streng
bepaalt die in de andere.
DNA is om histonen gerold. Deze verstevigen en beschermen. Histonen + DNA heet een
nucleosoom. De nucleosomen vormen een dikke chromatinedraad. Bron 1
mtDNA erft via de eicel over. Onderzoekers gebruiken mtDNA bij het bepalen van de
afstamming via de moederlijke lijn. Dit DNA zit in de mitochondriën. Bron 2
Genoom → totale DNA van een persoon.
Gen → stukje DNA met info over de productie van één of meerder eiwitten.
Cellen reageren op hun omgeving, wat variatie in het aanschakelen van genen vergroot.
Ieder gen heeft zijn eigen sequentie van A’s, C’s, G’s en T’s.
Niet-coderend DNA codeert niet voor eiwitten, maar produceert bijvoorbeeld rRNA of regelt
het aan- en uitschakelen van genen in het coderende DNA.
In het DNA komen herhalingen voor van series nucleotiden, repetitief DNA. Korte repeats
van 2 tot 10 nucleotiden heten STR’s. Bron 3
, §2 DNA kopiëren
In de S-fase is er DNA-replicatie → kopiëren DNA.
1. Ten eerste worden de waterstofbruggen tussen de DNA-strengen verbroken door
helicasen. Deze vormen replicatie vorken.
2. Primase maakt een primer vast van ca. 20 ribonucleotiden.
3. DNA-polymerase maakt een nieuwe streng. Het enzym leest in de 3’-5’ richting en
vormt in de 5’-3’ richting een leidende streng.
DNA-polymerase kan maar in één richting een streng vormen, omdat het anders
tegen zijn leesrichting ingaat. De replicatie verloopt hier in kleine stukjes → volgende
streng.
In de volgende streng is er sprake van achterwaarts kopiëren. Het nieuwe stukje heet
een Okazaki-fragment.
4. Ligase koppelt de Okazaki-fragmenten aan elkaar tot een complete streng.
5. Enzymen controleren of de replicatie foutenvrij is.
DNA-verdubbeling is semi-conservatief: elk nieuw molecuul bestaat uit een oorspronkelijke
en een nieuwe streng. Bron 4
Bron 5
Binas 71M2
___ = verwijzing naar Binas-tabel
SAMENVATTING DNA
Nectar (4e editie) - VWO 6
§1 DNA in je cellen
DNA bestaat uit nucleotiden die samen een helix vormen.
Nucleotiden → - Fosfaatgroep (5’ einde)
- Suikermolecuul (3’ einde)
- Stikstofbase
4 verschillende stikstofbasen: - A - T (2 waterstofbruggen)
- C - G (3 waterstofbruggen)
Beide strengen in een DNA-molecuul in complementair: de volgorde van de ene streng
bepaalt die in de andere.
DNA is om histonen gerold. Deze verstevigen en beschermen. Histonen + DNA heet een
nucleosoom. De nucleosomen vormen een dikke chromatinedraad. Bron 1
mtDNA erft via de eicel over. Onderzoekers gebruiken mtDNA bij het bepalen van de
afstamming via de moederlijke lijn. Dit DNA zit in de mitochondriën. Bron 2
Genoom → totale DNA van een persoon.
Gen → stukje DNA met info over de productie van één of meerder eiwitten.
Cellen reageren op hun omgeving, wat variatie in het aanschakelen van genen vergroot.
Ieder gen heeft zijn eigen sequentie van A’s, C’s, G’s en T’s.
Niet-coderend DNA codeert niet voor eiwitten, maar produceert bijvoorbeeld rRNA of regelt
het aan- en uitschakelen van genen in het coderende DNA.
In het DNA komen herhalingen voor van series nucleotiden, repetitief DNA. Korte repeats
van 2 tot 10 nucleotiden heten STR’s. Bron 3
, §2 DNA kopiëren
In de S-fase is er DNA-replicatie → kopiëren DNA.
1. Ten eerste worden de waterstofbruggen tussen de DNA-strengen verbroken door
helicasen. Deze vormen replicatie vorken.
2. Primase maakt een primer vast van ca. 20 ribonucleotiden.
3. DNA-polymerase maakt een nieuwe streng. Het enzym leest in de 3’-5’ richting en
vormt in de 5’-3’ richting een leidende streng.
DNA-polymerase kan maar in één richting een streng vormen, omdat het anders
tegen zijn leesrichting ingaat. De replicatie verloopt hier in kleine stukjes → volgende
streng.
In de volgende streng is er sprake van achterwaarts kopiëren. Het nieuwe stukje heet
een Okazaki-fragment.
4. Ligase koppelt de Okazaki-fragmenten aan elkaar tot een complete streng.
5. Enzymen controleren of de replicatie foutenvrij is.
DNA-verdubbeling is semi-conservatief: elk nieuw molecuul bestaat uit een oorspronkelijke
en een nieuwe streng. Bron 4
Bron 5
Binas 71M2