Samenvatting Contracten in de internationale handel

1. Inleiding in het recht van de internationale handel
1.1 Publiekrechtelijke problemen versus privaatrechtelijke problemen
1.1.1 Publiekrecht
Publiekrecht kenmerkt zich doordat bij de rechtsrelatie een overheidsorgaan betrokken is dat
gebruikmaakt van een bepaalde bevoegdheid die burgers en ondernemingen niet hebben.


Als je het niet eens bent met de beslissing van een Nederlands overheidsorgaan dan kan er een
bezwaarschrift ingediend worden bij het zelfde overheidsorgaan en daarna kan beroeps ingesteld
worden bij de rechtbank. Daarna kan je naar de Raad van State.


Bij een verschil van mening over de terugvordering van de NL BTW zal na de bezwaarfase bij de
Belastingdienst beroep ingesteld worden bij de rechtbank, hoger beroep bij het gerechtshof en
daarna de Hoge Raad.



1.1.2 Privaatrecht
Privaatrecht kenmerkt zich door het ontbreken van een overheidsmacht. Hierbij is de rechter
bevoegd, en daarna hoger beroep bij de civiele kamer van het gerechtshof en daarna in cassatie bij
de Hoge Raad.


Overeenkomsten
In principe mag iedere partij in de precontractuele fase de onderhandelingen verbreken. Behalve
als er veel kosten gemaakt zijn en de deal bijna rond is, dan kan het in strijd zijn met het
gerechtvaardigd vertrouwen van de wederpartij.


Wanneer een ‘verkeerde’ offerte is gestuurd, is er geen overeenkomst tot stand gekomen.
(3:33/3:35 BW) Andere problemen kunnen zijn:

 Kan je nog wijzigingen in de offerte aanbrengen nadat de offerte bij de klant is
aangekomen? 6:219 BW

 Was de persoon wel bevoegd om het bedrijf te vertegenwoordigen? 2:240BW


Als de koper na de totstandkoming van de overeenkomst merkt dat het niet voldoet aan de
kwalificaties die hem voorgespiegeld waren, dan kan hij beroep doen op één van de wilsgebreken.
Dwaling 6:228 BW, bedrog, bedreiging of misbruik van omstandigheden 3:44BW. Dan is de
overeenkomst vernietigbaar. Achteraf is er dan nooit een overeenkomst geweest 3:53BW.




Arbitrage = rechtspraak buiten de gewone rechter om

, Afspraken die in strijd zijn met de openbare orde en goede zeden zijn altijd nietig volgens
3:40BW. Als een machine tijdens transport beschadigd en er is niks vastgelegd in contract dan is
het moment van aflevering bepalend 6:41 onder a BW.


Onrechtmatige daad
Het ontbreken van een overeenkomst met een bedrijf, maakt dat anderen het merk niet mogen
voeren of kopiëren. Daarvoor moet het zich beschermen met de onrechtmatige daad. De
producent is wel aansprakelijk als zij een gebrekkig product op de markt heeft gebracht waardoor
gevolgschade en letselschade zijn ontstaan. De gedupeerde moet de schuld verhalen.


Eigendomsrecht en afgeleide rechten daarvan
5:1BW
Een koper is eigenaar als 3:84BW:

 Geldige overeenkomst

 De verkoper moet beschikkingsbevoegd zijn (dus niet failliet) tijdens de
overdrachtshandelingen

 Er moeten juiste leveringshandelingen plaats vinden


Absolute rechten  afgeleiden van eigendomsrecht en ten opzichte van iedereen afdwingbaar
3:227 BW
Relatieve rechten  overeenkomst dus ten opzichte van de ene andere partij



1.2 Privaatrechtelijke problemen in internationaal perspectief
Het verbintenissenrecht bestaat uit het overeenkomstenrecht en het recht met betrekking tot de
(on)rechtmatige daden. Hierin staan de prestatieplichten van partijen tegenover elkaar centraal.


Het overeenkomstenrecht bestaat vooral uit regelend of aanvullend recht zodat partijen in hun
contracten mogen afwijken van de rechtsregels in het wetboek.


Bij het goederenrecht wordt de verhouding van één bepaalde partij ten opzichte van een goed
bepaald. Het bevat meestal dwingend rechtelijke regels. (mogen geen aanvullende regels in
contract opnemen)




Arbitrage = rechtspraak buiten de gewone rechter om