Biologie H13 en 14
Het zenuwstelsel bestaat uit 2 delen:
1. Het centrale zenuwstelsel: neuronen/zenuwcellen van de hersenen en ruggenmerg.
2. Het perifere zenuwstelsel: bundels uitlopers van neuronen die zintuigen verbinden met het
CZS en het CZS met spieren en klieren.
Hersenen en ruggenmerg bestaan uit 2 kleuren:
1. Grijze stof: de cellichamen van miljarden neuronen. In de hersenen genaamd hersenschors.
2. Witte stof: komt van myeline en de uitlopers van cellen.
De hersenen worden beschermd door de schedel en drie hersenvliezen, hiertussen stroomt
hersenvloeistof tegen schokken en voor het af voeren van afvalstoffen. Er is ook een bloed-
hersenbarrière die selectief stoffen doorlaat.
Gliacellen: steuncellen met veel uitlopers die een kring om de haarvaten vormen.
Het registreren van prikkels:
1. Je luistert naar bijvoorbeeld muziek.
2. De info gaat van het gehoor, via neuronen naar de sensorische centra in de schors.
3. In het primaire gehoorcentrum komen de impulsen binnen en vindt bewustwording plaats.
4. Door geluid te koppelen aan geheugen info in het secundaire gehoorcentrum, kun je het
interpreteren.
5. Als je mee tikt op de melodie, dan bedenken de neuronen in de hersenschors dat je meot
bewegen, dit begint in de primaire motorische schors, deze is verbonden met de secundaire
motorische schors, deze bevat info en zorgt voor het gecoördineerd uitvoeren.
Alle info van je zintuigen gaat via de thalamus, behalve van je reukzintuig.
De hypothalamus is betrokken bij homeostase, onder anderen door het aansturen van de hypofyse,
die de hormoonregeling doet. Ook bevat de hypothalamus de biologische klok en de thermostaat.
De kleine hersenen spelen vooral een rol bij het coördineren van bewegingen.
De hersenstam bestaat uit:
1. De middenhersenen: spelen rol bij reflexen betreft zien en horen.
2. De pons: verbindt grote en kleine hersenen en is tussenstation tussen evenwichtszintuig in je
middenoor en de kleine hersenen.
3. Het verlengde merg: het overgangsgebied van je hersenen naar je ruggenmerg, ook kruisen
hier de zenuwbanen van links en rechts, ook bevat het de regelcentra van vitale functies.
Uit de hersenen komen 12 paar hersenzenuwen op de zwervende zenuw na bevinden ze zich
allemaal binnen het gebied van het hoofd en de hals, terwijl de zwervende met hart en longen.
De hersenstam gaat over in het ruggenmerg dat de hersenen met het perifere zenuwstelsel verbindt.
Er ontspringen 31 paar ruggenmergszenuwen die verbinding maken met organen in je romp.
Zenuwcellen worden hier in 2 delen verdeeld:
Het zenuwstelsel bestaat uit 2 delen:
1. Het centrale zenuwstelsel: neuronen/zenuwcellen van de hersenen en ruggenmerg.
2. Het perifere zenuwstelsel: bundels uitlopers van neuronen die zintuigen verbinden met het
CZS en het CZS met spieren en klieren.
Hersenen en ruggenmerg bestaan uit 2 kleuren:
1. Grijze stof: de cellichamen van miljarden neuronen. In de hersenen genaamd hersenschors.
2. Witte stof: komt van myeline en de uitlopers van cellen.
De hersenen worden beschermd door de schedel en drie hersenvliezen, hiertussen stroomt
hersenvloeistof tegen schokken en voor het af voeren van afvalstoffen. Er is ook een bloed-
hersenbarrière die selectief stoffen doorlaat.
Gliacellen: steuncellen met veel uitlopers die een kring om de haarvaten vormen.
Het registreren van prikkels:
1. Je luistert naar bijvoorbeeld muziek.
2. De info gaat van het gehoor, via neuronen naar de sensorische centra in de schors.
3. In het primaire gehoorcentrum komen de impulsen binnen en vindt bewustwording plaats.
4. Door geluid te koppelen aan geheugen info in het secundaire gehoorcentrum, kun je het
interpreteren.
5. Als je mee tikt op de melodie, dan bedenken de neuronen in de hersenschors dat je meot
bewegen, dit begint in de primaire motorische schors, deze is verbonden met de secundaire
motorische schors, deze bevat info en zorgt voor het gecoördineerd uitvoeren.
Alle info van je zintuigen gaat via de thalamus, behalve van je reukzintuig.
De hypothalamus is betrokken bij homeostase, onder anderen door het aansturen van de hypofyse,
die de hormoonregeling doet. Ook bevat de hypothalamus de biologische klok en de thermostaat.
De kleine hersenen spelen vooral een rol bij het coördineren van bewegingen.
De hersenstam bestaat uit:
1. De middenhersenen: spelen rol bij reflexen betreft zien en horen.
2. De pons: verbindt grote en kleine hersenen en is tussenstation tussen evenwichtszintuig in je
middenoor en de kleine hersenen.
3. Het verlengde merg: het overgangsgebied van je hersenen naar je ruggenmerg, ook kruisen
hier de zenuwbanen van links en rechts, ook bevat het de regelcentra van vitale functies.
Uit de hersenen komen 12 paar hersenzenuwen op de zwervende zenuw na bevinden ze zich
allemaal binnen het gebied van het hoofd en de hals, terwijl de zwervende met hart en longen.
De hersenstam gaat over in het ruggenmerg dat de hersenen met het perifere zenuwstelsel verbindt.
Er ontspringen 31 paar ruggenmergszenuwen die verbinding maken met organen in je romp.
Zenuwcellen worden hier in 2 delen verdeeld: