‘Portfolio’
Toetsing van:
Minor Kanton
HBR-MIN-RE-KAN-18
Aantal woorden: 9352
Arbeidsrecht: 3450
Huurrecht: 3297
Consumentenrecht: 2493
Hogeschool Leiden Opleiding HBO-Rechten
Naam – studentnummer Docenten: Vincent Jongste,
Nanda Janssen, Annemarie Stoter
en Jacco Boonman
Inleverdatum: 05-02-2021
Reguliere kans
Klas: Re4B Collegejaar 2020-2021, blok 2
,___________________________________________________________________________
Inhoudsopgave
Verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst ex art. 7:671b BW (verzoek door werkgever)................2
Productie 2..........................................................................................................................................................11
Productie 3..........................................................................................................................................................13
Dagvaarding van de huurder van woonruimte tot vaststelling van het tijdstip waarop de huur zal eindigen..14
Productie 1..........................................................................................................................................................19
Productie 2..........................................................................................................................................................23
Productie 3..........................................................................................................................................................24
Consumentenrecht...................................................................................................................................... 26
Bijlage 1..............................................................................................................................................................32
Bijlage 2..............................................................................................................................................................33
Bijlage 3..............................................................................................................................................................34
Bijlage 4..............................................................................................................................................................35
Bijlage 5..............................................................................................................................................................36
Bijlage 6..............................................................................................................................................................37
Verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst ex art. 7:671b BW
(verzoek door werkgever)
Aan de edelachtbare heer/vrouwe
___________________________________________________________________________
2
,___________________________________________________________________________
kantonrechter in de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Leiden
team kanton,
Verzoeker, ‘de Droomschoenen’ B.V. (contactgegevens: 071-5122203,
), gevestigd te Leiden, die voor deze zaak woonplaats kiest te (2300
AB) Alphen aan den Rijn aan de Wagenstraat 35, aan het kantoor van algemeen directeur de
heer F. Geuze, van welk kantoor mevrouw naam door verzoeker is aangewezen om in deze
procedure als zijn gemachtigde op te treden, met het recht van vervanging, en die in die
hoedanigheid dit verzoekschrift ondertekent en indient.
Het verzoek strekt tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst met mevrouw Floor Maria
Pieters (hierna: werknemer), wonende aan de Kievitstraat 3 te (4500 CD) Nootdorp
(contactgegevens: 06-53557421, ).
Belangrijke gegevens
Functie: medewerker verkoop schoenen
Salaris: €2.000,- bruto per maand
Aanvang arbeidsovereenkomst: 1 november 2010
Geboortedatum: 15 maart 1969
Gronden voor het verzoek
Aan het verzoek ligt ten grondslag dat de arbeidsovereenkomst redelijkerwijs dient te
eindigen als gevolg van primair verwijtbaar handelen van de werknemer (art. 7:669 lid 3
onder e BW), dan wel subsidiair vanwege een verstoorde arbeidsrelatie (art. 7:669 lid 3
onder g BW). Meer subsidiair verzoekt verzoeker de arbeidsovereenkomst te ontbinden op
grond van de cumulatiegrond (art. 7:669 lid 3 onder i BW).
Verzoeker, de werkgever, voert daartoe het volgende aan:
1. Werknemer is bij werkgever in dienst sinds 1 november 2010, aanvankelijk in de
functie van medewerker verkoop schoenen, laatstelijk als medewerker verkoop
schoenen met organisatorische en administratieve werkzaamheden, tegen een
salaris van thans €2.000,- bruto per maand te vermeerderen met 8% vakantiebijslag
en emolumenten.
2. Werknemer verricht haar werkzaamheden gewoonlijk in Leiden.
Feiten
3. Partijen zijn de arbeidsovereenkomst aangegaan voor onbepaalde tijd. Een kopie van
de arbeidsovereenkomst is als bijlage aan dit verzoekschrift gehecht (productie 1).
4. Werknemer is op 1 november 2010 in dienst getreden bij ‘de Droomschoenen’ in het
filiaal in Zoetermeer. Werknemer is inmiddels tien jaar werkzaam als verkoopster,
gedurende vier dagen per week.
5. De organisatie ‘de Droomschoenen’ is een besloten vennootschap, bestaande uit een
hoofdkantoor in Alphen aan den Rijn en zestien fysieke winkels door geheel
Nederland waar schoenen verkocht worden. Op het hoofdkantoor wordt algemeen
___________________________________________________________________________
3
, ___________________________________________________________________________
directeur, de heer Fred Geuze, ondersteund door mevrouw Tineke de Graaf van de
afdeling personeelszaken. De fysieke winkels worden bezet door
winkelpersoneel/verkopers en één direct leidinggevende per winkel.
6. De werkgever heeft scholingsinspanningen gepleegd jegens de werknemer. Aan het
begin van het dienstverband had werknemer namelijk geen enkele ervaring in de
schoenenbranche, waardoor de werkzaamheden in het begin beperkt waren tot het
helpen van klanten met het uitzoeken van schoenen, het opzoeken van de juiste
maat en daarnaast verrichtte werknemer uitpak- en schoonmaakwerkzaamheden.
Inmiddels heeft werknemer een ontwikkeling doorgemaakt en zijn de
werkzaamheden uitgebreid tot het bezoeken van schoenenbeurzen en tot het
verrichten van organisatorische en administratieve werkzaamheden. De ontwikkeling
op werkgebied van werknemer toont aan dat werkgever voldoende
scholingsinspanningen heeft gepleegd.
7. De werkgever heeft meerdere malen getracht de werknemer te herplaatsen, maar
dat heeft geen positief resultaat gehad vanwege de ontwikkeling van de bazige en
dominante karaktereigenschappen van werknemer. Werknemer is in dienst getreden
in de winkel in Zoetermeer, vervolgens is zij herplaatst naar de winkel in Den Haag en
sinds de afgelopen drie jaar is zij werkzaam in Leiden. Werknemer is door haar
huidige directe chef in Leiden, Victor de Lange, al meerdere keren gewezen op haar
gedrag.
8. Het dienstverband van werknemer is de afgelopen jaren niet soepel verlopen. In
2017 is werknemer langere tijd uit de roulatie geweest vanwege een enkelbreuk. De
enkelbreuk heelde niet goed en derhalve moest werknemer een operatie ondergaan.
Als gevolg van de operatie kon werknemer vijf maanden niet werken en daardoor
moest werknemer haar uren weer opbouwen bij hervatting van de werkzaamheden.
9. Na herstel van de enkeloperatie, is de ontmoeting tussen werknemer en een nieuwe
collega, de heer Pierre Hensen, niet goed verlopen. Werknemer kan niet opschieten
met haar nieuwe collega. De situatie is geëscaleerd op het moment dat werknemer
haar nieuwe collega een ‘sukkel’ noemde.
10. Na het voorval met de nieuwe collega, zijn er gesprekken gevoerd met werknemer en
derhalve heeft zij haar excuses aangeboden aan Pierre Hensen. Gedurende het
dienstverband van werknemer zijn er meerdere soortgelijke situaties voorgevallen,
waar algemeen directeur Fred Geuze en Tineke de Graaf van personeelszaken niet
tevreden over zijn. Er zijn diverse e-mails verstuurd naar werknemer namens Tineke
de Graaf inzake het gedrag van werknemer (productie 2).
11. Nadat het voorval met de nieuwe collega de revue is gepasseerd, vindt er opnieuw
een confrontatie plaats tussen werknemer en een andere collega, de heer Karel
Visser. Werknemer beweert dat haar werkzaamheden worden overgenomen door
___________________________________________________________________________
4
Toetsing van:
Minor Kanton
HBR-MIN-RE-KAN-18
Aantal woorden: 9352
Arbeidsrecht: 3450
Huurrecht: 3297
Consumentenrecht: 2493
Hogeschool Leiden Opleiding HBO-Rechten
Naam – studentnummer Docenten: Vincent Jongste,
Nanda Janssen, Annemarie Stoter
en Jacco Boonman
Inleverdatum: 05-02-2021
Reguliere kans
Klas: Re4B Collegejaar 2020-2021, blok 2
,___________________________________________________________________________
Inhoudsopgave
Verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst ex art. 7:671b BW (verzoek door werkgever)................2
Productie 2..........................................................................................................................................................11
Productie 3..........................................................................................................................................................13
Dagvaarding van de huurder van woonruimte tot vaststelling van het tijdstip waarop de huur zal eindigen..14
Productie 1..........................................................................................................................................................19
Productie 2..........................................................................................................................................................23
Productie 3..........................................................................................................................................................24
Consumentenrecht...................................................................................................................................... 26
Bijlage 1..............................................................................................................................................................32
Bijlage 2..............................................................................................................................................................33
Bijlage 3..............................................................................................................................................................34
Bijlage 4..............................................................................................................................................................35
Bijlage 5..............................................................................................................................................................36
Bijlage 6..............................................................................................................................................................37
Verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst ex art. 7:671b BW
(verzoek door werkgever)
Aan de edelachtbare heer/vrouwe
___________________________________________________________________________
2
,___________________________________________________________________________
kantonrechter in de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Leiden
team kanton,
Verzoeker, ‘de Droomschoenen’ B.V. (contactgegevens: 071-5122203,
), gevestigd te Leiden, die voor deze zaak woonplaats kiest te (2300
AB) Alphen aan den Rijn aan de Wagenstraat 35, aan het kantoor van algemeen directeur de
heer F. Geuze, van welk kantoor mevrouw naam door verzoeker is aangewezen om in deze
procedure als zijn gemachtigde op te treden, met het recht van vervanging, en die in die
hoedanigheid dit verzoekschrift ondertekent en indient.
Het verzoek strekt tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst met mevrouw Floor Maria
Pieters (hierna: werknemer), wonende aan de Kievitstraat 3 te (4500 CD) Nootdorp
(contactgegevens: 06-53557421, ).
Belangrijke gegevens
Functie: medewerker verkoop schoenen
Salaris: €2.000,- bruto per maand
Aanvang arbeidsovereenkomst: 1 november 2010
Geboortedatum: 15 maart 1969
Gronden voor het verzoek
Aan het verzoek ligt ten grondslag dat de arbeidsovereenkomst redelijkerwijs dient te
eindigen als gevolg van primair verwijtbaar handelen van de werknemer (art. 7:669 lid 3
onder e BW), dan wel subsidiair vanwege een verstoorde arbeidsrelatie (art. 7:669 lid 3
onder g BW). Meer subsidiair verzoekt verzoeker de arbeidsovereenkomst te ontbinden op
grond van de cumulatiegrond (art. 7:669 lid 3 onder i BW).
Verzoeker, de werkgever, voert daartoe het volgende aan:
1. Werknemer is bij werkgever in dienst sinds 1 november 2010, aanvankelijk in de
functie van medewerker verkoop schoenen, laatstelijk als medewerker verkoop
schoenen met organisatorische en administratieve werkzaamheden, tegen een
salaris van thans €2.000,- bruto per maand te vermeerderen met 8% vakantiebijslag
en emolumenten.
2. Werknemer verricht haar werkzaamheden gewoonlijk in Leiden.
Feiten
3. Partijen zijn de arbeidsovereenkomst aangegaan voor onbepaalde tijd. Een kopie van
de arbeidsovereenkomst is als bijlage aan dit verzoekschrift gehecht (productie 1).
4. Werknemer is op 1 november 2010 in dienst getreden bij ‘de Droomschoenen’ in het
filiaal in Zoetermeer. Werknemer is inmiddels tien jaar werkzaam als verkoopster,
gedurende vier dagen per week.
5. De organisatie ‘de Droomschoenen’ is een besloten vennootschap, bestaande uit een
hoofdkantoor in Alphen aan den Rijn en zestien fysieke winkels door geheel
Nederland waar schoenen verkocht worden. Op het hoofdkantoor wordt algemeen
___________________________________________________________________________
3
, ___________________________________________________________________________
directeur, de heer Fred Geuze, ondersteund door mevrouw Tineke de Graaf van de
afdeling personeelszaken. De fysieke winkels worden bezet door
winkelpersoneel/verkopers en één direct leidinggevende per winkel.
6. De werkgever heeft scholingsinspanningen gepleegd jegens de werknemer. Aan het
begin van het dienstverband had werknemer namelijk geen enkele ervaring in de
schoenenbranche, waardoor de werkzaamheden in het begin beperkt waren tot het
helpen van klanten met het uitzoeken van schoenen, het opzoeken van de juiste
maat en daarnaast verrichtte werknemer uitpak- en schoonmaakwerkzaamheden.
Inmiddels heeft werknemer een ontwikkeling doorgemaakt en zijn de
werkzaamheden uitgebreid tot het bezoeken van schoenenbeurzen en tot het
verrichten van organisatorische en administratieve werkzaamheden. De ontwikkeling
op werkgebied van werknemer toont aan dat werkgever voldoende
scholingsinspanningen heeft gepleegd.
7. De werkgever heeft meerdere malen getracht de werknemer te herplaatsen, maar
dat heeft geen positief resultaat gehad vanwege de ontwikkeling van de bazige en
dominante karaktereigenschappen van werknemer. Werknemer is in dienst getreden
in de winkel in Zoetermeer, vervolgens is zij herplaatst naar de winkel in Den Haag en
sinds de afgelopen drie jaar is zij werkzaam in Leiden. Werknemer is door haar
huidige directe chef in Leiden, Victor de Lange, al meerdere keren gewezen op haar
gedrag.
8. Het dienstverband van werknemer is de afgelopen jaren niet soepel verlopen. In
2017 is werknemer langere tijd uit de roulatie geweest vanwege een enkelbreuk. De
enkelbreuk heelde niet goed en derhalve moest werknemer een operatie ondergaan.
Als gevolg van de operatie kon werknemer vijf maanden niet werken en daardoor
moest werknemer haar uren weer opbouwen bij hervatting van de werkzaamheden.
9. Na herstel van de enkeloperatie, is de ontmoeting tussen werknemer en een nieuwe
collega, de heer Pierre Hensen, niet goed verlopen. Werknemer kan niet opschieten
met haar nieuwe collega. De situatie is geëscaleerd op het moment dat werknemer
haar nieuwe collega een ‘sukkel’ noemde.
10. Na het voorval met de nieuwe collega, zijn er gesprekken gevoerd met werknemer en
derhalve heeft zij haar excuses aangeboden aan Pierre Hensen. Gedurende het
dienstverband van werknemer zijn er meerdere soortgelijke situaties voorgevallen,
waar algemeen directeur Fred Geuze en Tineke de Graaf van personeelszaken niet
tevreden over zijn. Er zijn diverse e-mails verstuurd naar werknemer namens Tineke
de Graaf inzake het gedrag van werknemer (productie 2).
11. Nadat het voorval met de nieuwe collega de revue is gepasseerd, vindt er opnieuw
een confrontatie plaats tussen werknemer en een andere collega, de heer Karel
Visser. Werknemer beweert dat haar werkzaamheden worden overgenomen door
___________________________________________________________________________
4
