Paragraaf 1.1 - Volkomen concurrentie
Marktstructuur geeft aan in welke mate de aanbieder invloed heeft op de prijs van een
product. Er zijn 3 kenmerken:
1. Aantal aanbieders en vragers
2. Productdifferentiatie
3. Toetredingsdrempel
Deze 3 kenmerken bepalen de invloed van de producent op de prijs
Aantal aanbieders
● We spreken van ‘veel aanbieders’ als elke individuele aanbieder de marktprijs niet
kan beïnvloeden
● We spreken van ‘enkele aanbieders’ als een paar bedrijven meer dan 80% van de
markt in handen hebben
● We spreken van ‘één aanbieder’ als zo’n bedrijf meer dan 80% van de markt in
handen heeft
Aantal vragers
● We spreken van ‘veel vragers als elke individuele vrager geen invloed kan
uitoefenen op de prijs van het product
Productdifferentiatie
De mate waarin producten onderscheiden van elkaar in de ogen van de consument
● Homogeen → In de ogen van de consument gelijk
● Heterogeen → In de ogen van de consument verschillend
Toetredingsdrempel
Figuurlijke drempel tot een markt waar een aanbieder overheen moet stappen om te
kunnen produceren.
Volkomen concurrentie → Volledige mededinging
Kenmerken:
1. Veel aanbieders
2. Homogeen product
3. Hoge transparantie
4. Toetreden makkelijk
, Paragraaf 1.2 - Maximale winst bij volkomen concurrentie
Winst = TO - TK
Winst = (P - GTK) x Q
P = GO = MO
GTK = MK
Maximale winst bij MO = MK
De prijs op een markt van volkomen concurrentie komt tot stand door de vrije werking van
vraag en aanbod. Door dit marktmechanisme ontstaat een evenwichtsprijs. P = GO = MO
De bedrijven produceren allemaal op gelijke wijze. Ze maken allemaal dezelfde
hoeveelheid en dus ook dezelfde winst. Maar winst trekt nieuwe bedrijven aan. Het aanbod
stijgt, de marktprijs daalt en alle individuele aanbieders passen hun productie aan. De
winsten worden kleiner. Zolang er op deze markt winst gemaakt wordt, treden nieuwe
bedrijven toe, totdat de marktprijs gedaald is tot het niveau dat er geen economische winst
gemaakt wordt
Paragraaf 1.3 - Verschuivende aanbod- en vraaglijn
Belangrijkste oorzaken:
● De prijs van andere producten verandert
● Het inkomen van de consumenten verandert
● De voorkeur van de consumenten verandert
● Het aantal consumenten verandert
Subsidie met een vast bedrag
● Stel er wordt 20 euro subsidie per product verleend. Wat is de nieuwe
aanbodfunctie?
● Stel er wordt 20% subsidie verleend per product. Wat is de nieuwe aanbodfunctie?
Marktstructuur geeft aan in welke mate de aanbieder invloed heeft op de prijs van een
product. Er zijn 3 kenmerken:
1. Aantal aanbieders en vragers
2. Productdifferentiatie
3. Toetredingsdrempel
Deze 3 kenmerken bepalen de invloed van de producent op de prijs
Aantal aanbieders
● We spreken van ‘veel aanbieders’ als elke individuele aanbieder de marktprijs niet
kan beïnvloeden
● We spreken van ‘enkele aanbieders’ als een paar bedrijven meer dan 80% van de
markt in handen hebben
● We spreken van ‘één aanbieder’ als zo’n bedrijf meer dan 80% van de markt in
handen heeft
Aantal vragers
● We spreken van ‘veel vragers als elke individuele vrager geen invloed kan
uitoefenen op de prijs van het product
Productdifferentiatie
De mate waarin producten onderscheiden van elkaar in de ogen van de consument
● Homogeen → In de ogen van de consument gelijk
● Heterogeen → In de ogen van de consument verschillend
Toetredingsdrempel
Figuurlijke drempel tot een markt waar een aanbieder overheen moet stappen om te
kunnen produceren.
Volkomen concurrentie → Volledige mededinging
Kenmerken:
1. Veel aanbieders
2. Homogeen product
3. Hoge transparantie
4. Toetreden makkelijk
, Paragraaf 1.2 - Maximale winst bij volkomen concurrentie
Winst = TO - TK
Winst = (P - GTK) x Q
P = GO = MO
GTK = MK
Maximale winst bij MO = MK
De prijs op een markt van volkomen concurrentie komt tot stand door de vrije werking van
vraag en aanbod. Door dit marktmechanisme ontstaat een evenwichtsprijs. P = GO = MO
De bedrijven produceren allemaal op gelijke wijze. Ze maken allemaal dezelfde
hoeveelheid en dus ook dezelfde winst. Maar winst trekt nieuwe bedrijven aan. Het aanbod
stijgt, de marktprijs daalt en alle individuele aanbieders passen hun productie aan. De
winsten worden kleiner. Zolang er op deze markt winst gemaakt wordt, treden nieuwe
bedrijven toe, totdat de marktprijs gedaald is tot het niveau dat er geen economische winst
gemaakt wordt
Paragraaf 1.3 - Verschuivende aanbod- en vraaglijn
Belangrijkste oorzaken:
● De prijs van andere producten verandert
● Het inkomen van de consumenten verandert
● De voorkeur van de consumenten verandert
● Het aantal consumenten verandert
Subsidie met een vast bedrag
● Stel er wordt 20 euro subsidie per product verleend. Wat is de nieuwe
aanbodfunctie?
● Stel er wordt 20% subsidie verleend per product. Wat is de nieuwe aanbodfunctie?
