EXAMENVRAGEN CONSTRUCTIES
VRAAG 1: KRUIS HET JUISTE ANTWOORD AAN
o De onderzijde van de houten gevelbekleding op metselwerk wordt best niet schuin afgezaagd om een
vlotte afdruip mogelijk te maken
o Bij een houten gevelbekleding op metselwerk zorgen we altijd voor voldoende verluchting tussen
isolatie en metselwerk
o Bij een houten gevelbekleding op metselwerk plaatsen we de isolatie nooit tegen de gevelbekleding
VRAAG 2: KRUIS HET JUISTE ANTWOORD AAN
o Binnenpleisterwerk met normale afwerkingsgraad is goed wanneer de maximale afwijking op de
vlakheid van het pleisterwerk (op een lengte van 2 m) 3 mm bedraag
o Binnenpleisterwerk met normale afwerkingsgraad is goed wanneer de maximale afwijking op de
vlakheid van het pleisterwerk (op een lengte van 2 m) 5 mm bedraagt.
o Binnenpleisterwerk met normale afwerkingsgraad is goed wanneer de maximale afwijking op de
vlakheid van het pleisterwerk (op een lengte van 2m) 10 mm bedraagt.
VRAAG 3: KRUIS HET JUISTE ANTWOORD AAN
o Binnenpleisterwerk met een fijne afwerkingsgraad is goed wanneer de maximale afwijking op de
vlakheid van het pleisterwerk (op een lengte van 2 m) 4 mm bedraagt.
o Binnenpleisterwerk met een fijne afwerkingsgraad is goed wanneer de maximale afwijking op de
vlakheid van het pleisterwerk (op een lengte van 2m) 1,5 mm bedraagt.
o Binnenpleisterwerk met een fijne afwerkingsgraad is goed wanneer de maximale afwijking op de
vlakheid van het pleisterwerk (op een lengte van 2m) 2 mm bedraagt.
VRAAG 3: KRUIS HET JUISTE ANTWOORD AAN
o Klassiek peisterwerk kan zonder problemen gebruikt worden voor de uitvlakking van wanden in
inloopdouches
o Een bepaalde cementsoort bestaat uit Portlandkinker. Portlandklinker wordt gemaakt uit sintering van
kalksteen, klei en schalie (=kleisteen) in een hoogoven.
o En bepleistering op stucanet kan enkel toegepast worden op hellende daken, niet op plafonds.
VRAAG 4: KRUIS HET JUISTE ANTWOORD AAN
o Gips is een halffabricaat. De bouwstoffen worden ontgonnen in Frankrijk, in het bekken rond Parijs.
o Bij uitharding geeft klassiek pleisterwerk warmte af. Dit noemt men exotherme reactie.
o Luchtkalk bevat een groter aandeel lucht, in vergelijking met hydraulische kalk.
VRAAG 5: EEN WERKVLOER VAN EEN FUNDERINGSZOOL KAN NIET UITGEVOERD
WORDEN MET
o Gestabiliseerd zand
o Mager beton
, o Cementchape
o Multiplex
VRAAG 6:EEN CONSOLE VAN EEN BETONKOLOM DIENT
o Voor de opleg van vloerplaten
o Voor de opleg van betonbalken
o Voor het hijsen van de kolom zelf
o Voor de opname van de windbelasting op het gebouw
VRAAG 7: WELSFELS VOORZIEN VAN KANALEN OM HET EIGEN GEW ICHT TE BEPERKEN.
OP DE BOVENZIJDE WORDT
o Rechtstreeks de cement gebonden dekvloer uitgevoerd
o Rechtsreeks de anhydriet dekvloer uitgevoerd
o Een druklaag voorzien in stortbeton
o Nooit een ter plaatste gestorte druklaag voorzien
VRAAG 8: DE DIKTE VAN EEN D EKVLOER BEDRAAGT
o Min 2cm boven de hoogst liggende leiding
o Min 3cm boven de hoogst liggende leiding
o Min 20mm bij hechtende dekvloer
o Min 70mm bij hechtende dekvloer
VRAAG 9: BIJ DEKVLOEREN DIENEN UITZETVOEGEN VOORZIEN TE WORDEN MET GROTE
OMZICHTIGHEID
o Nooit in deuropeningen
o Op 20cm afstand van deuropeningen
o Op 10cm afstand van deuropeningen
o Aan de randen van de ruimte
VRAAG 10: DE AFWERKING VAN HET OPPERVLAK VAN EEN ZANDCEMENT DEKVLOER
GEBEURT OP VOLGENDE WIJZE:
o Manueel met de spaan effen geschuurd en manueel gepolierd
o Wordt niet bijkomend gepolierd omdat dit zelf effenend is
o Wordt met een trekker verdeeld en geëffend, zoals betonvloer
VRAAG 11: GIPSKARTONPLATEN HEBBEN EEN KERN IN G IPS EN TWEE ZIJDEN BEKLEED
MET STERK LICHTGRIJS GEKLEURD KARTON
o Een ABA-plaat heeft 4 afgeschuinde kanten
o Een RBR-plaat heeft ronde langskanten en wordt gebruikt voor zichtbare voegen
, o ABA-platen worden courant gebruikt voor de realisatie van plafonds met grote oppervlakte
o ABA-platen worden gebruikt als drager voor natte afbouw
VRAAG 12: GIPSKARTONPLATEN
o Met rode kleur worden gebruikt voor lokalen met verhoogde vochtgehalte
o Met blauwe kleur worden gebruikt voor lokalen met verhoogde vochtgehalte
o Met groene kleur worden gebruikt voor lokalen met verhoogde vochtgehalte
o Met oranje kleur worden gebruikt voor lokalen met verhoogde vochtgehalte
VRAAG 13: GIPSVEZELPLATEN ZIJN:
o Homogene platen met structuur van in elkaar grijpende vezels, vervaardigd uit een mengsel van gips
en papiervezels
o Vezelplaten of hardboardplaten waarvan de toplaag is opgeruwd om een goede hechting met een
gipspleister te voorzien
o Minder kwaliteit dan gipskartonplaten
o Homogene platen met een structuur van in elkaar grijpende vezels, vervaardigd uit een mengsel van
gips en houtvezels
VRAAG 14: HOUTEN PLAATAFWERKINGEN BESTAAN IN VERSCHILLENDE SOORTEN
o Een WBP-plaat is een gipsvezelplaat bestand tegen weer en wind met een risico op tijdelijke
bevochtiging
o Een WBP-plaat is een gipskartonplaat bestand tegen weer en wind met een risico op tijdelijke
bevochtiging
o Een WBP-plaat is een houten plaat bestand tegen weer en wind met een risico op tijdelijke
bevochtiging
VRAAG 15: VLOERTEGELS KUNNEN, BIJ GEVOEGDE TOEPASSING, OP TWEE WIJZEN
WORDEN UITGEVOERD
o Verlijming of op mortelvoegen
o Verlijming of op mortelbed
o Verlijming of op zandbed, zonder legmortel
o Verlijming of op cementbed, zonder legmortel
VRAAG 16: VLOERTEGELS KUNNEN GERETIFICCEERD OF GEKALIBEERD ZIJN
o Natuursteentegels zijn altijd gerectificeerd want ze worden gezaagd uit massieven
o Gerectificeerde tegels zijn tegels waarvan de dikte constant is
o Gekalibreerde tegels zijn maatvast waardoor een minimale voeg mogelijk is
VRAAG 17: ER BESTAAN VERSCHILLENDE SOORTEN BINNENDEUREN EN
DEUROMLIJSTINGEN
VRAAG 1: KRUIS HET JUISTE ANTWOORD AAN
o De onderzijde van de houten gevelbekleding op metselwerk wordt best niet schuin afgezaagd om een
vlotte afdruip mogelijk te maken
o Bij een houten gevelbekleding op metselwerk zorgen we altijd voor voldoende verluchting tussen
isolatie en metselwerk
o Bij een houten gevelbekleding op metselwerk plaatsen we de isolatie nooit tegen de gevelbekleding
VRAAG 2: KRUIS HET JUISTE ANTWOORD AAN
o Binnenpleisterwerk met normale afwerkingsgraad is goed wanneer de maximale afwijking op de
vlakheid van het pleisterwerk (op een lengte van 2 m) 3 mm bedraag
o Binnenpleisterwerk met normale afwerkingsgraad is goed wanneer de maximale afwijking op de
vlakheid van het pleisterwerk (op een lengte van 2 m) 5 mm bedraagt.
o Binnenpleisterwerk met normale afwerkingsgraad is goed wanneer de maximale afwijking op de
vlakheid van het pleisterwerk (op een lengte van 2m) 10 mm bedraagt.
VRAAG 3: KRUIS HET JUISTE ANTWOORD AAN
o Binnenpleisterwerk met een fijne afwerkingsgraad is goed wanneer de maximale afwijking op de
vlakheid van het pleisterwerk (op een lengte van 2 m) 4 mm bedraagt.
o Binnenpleisterwerk met een fijne afwerkingsgraad is goed wanneer de maximale afwijking op de
vlakheid van het pleisterwerk (op een lengte van 2m) 1,5 mm bedraagt.
o Binnenpleisterwerk met een fijne afwerkingsgraad is goed wanneer de maximale afwijking op de
vlakheid van het pleisterwerk (op een lengte van 2m) 2 mm bedraagt.
VRAAG 3: KRUIS HET JUISTE ANTWOORD AAN
o Klassiek peisterwerk kan zonder problemen gebruikt worden voor de uitvlakking van wanden in
inloopdouches
o Een bepaalde cementsoort bestaat uit Portlandkinker. Portlandklinker wordt gemaakt uit sintering van
kalksteen, klei en schalie (=kleisteen) in een hoogoven.
o En bepleistering op stucanet kan enkel toegepast worden op hellende daken, niet op plafonds.
VRAAG 4: KRUIS HET JUISTE ANTWOORD AAN
o Gips is een halffabricaat. De bouwstoffen worden ontgonnen in Frankrijk, in het bekken rond Parijs.
o Bij uitharding geeft klassiek pleisterwerk warmte af. Dit noemt men exotherme reactie.
o Luchtkalk bevat een groter aandeel lucht, in vergelijking met hydraulische kalk.
VRAAG 5: EEN WERKVLOER VAN EEN FUNDERINGSZOOL KAN NIET UITGEVOERD
WORDEN MET
o Gestabiliseerd zand
o Mager beton
, o Cementchape
o Multiplex
VRAAG 6:EEN CONSOLE VAN EEN BETONKOLOM DIENT
o Voor de opleg van vloerplaten
o Voor de opleg van betonbalken
o Voor het hijsen van de kolom zelf
o Voor de opname van de windbelasting op het gebouw
VRAAG 7: WELSFELS VOORZIEN VAN KANALEN OM HET EIGEN GEW ICHT TE BEPERKEN.
OP DE BOVENZIJDE WORDT
o Rechtstreeks de cement gebonden dekvloer uitgevoerd
o Rechtsreeks de anhydriet dekvloer uitgevoerd
o Een druklaag voorzien in stortbeton
o Nooit een ter plaatste gestorte druklaag voorzien
VRAAG 8: DE DIKTE VAN EEN D EKVLOER BEDRAAGT
o Min 2cm boven de hoogst liggende leiding
o Min 3cm boven de hoogst liggende leiding
o Min 20mm bij hechtende dekvloer
o Min 70mm bij hechtende dekvloer
VRAAG 9: BIJ DEKVLOEREN DIENEN UITZETVOEGEN VOORZIEN TE WORDEN MET GROTE
OMZICHTIGHEID
o Nooit in deuropeningen
o Op 20cm afstand van deuropeningen
o Op 10cm afstand van deuropeningen
o Aan de randen van de ruimte
VRAAG 10: DE AFWERKING VAN HET OPPERVLAK VAN EEN ZANDCEMENT DEKVLOER
GEBEURT OP VOLGENDE WIJZE:
o Manueel met de spaan effen geschuurd en manueel gepolierd
o Wordt niet bijkomend gepolierd omdat dit zelf effenend is
o Wordt met een trekker verdeeld en geëffend, zoals betonvloer
VRAAG 11: GIPSKARTONPLATEN HEBBEN EEN KERN IN G IPS EN TWEE ZIJDEN BEKLEED
MET STERK LICHTGRIJS GEKLEURD KARTON
o Een ABA-plaat heeft 4 afgeschuinde kanten
o Een RBR-plaat heeft ronde langskanten en wordt gebruikt voor zichtbare voegen
, o ABA-platen worden courant gebruikt voor de realisatie van plafonds met grote oppervlakte
o ABA-platen worden gebruikt als drager voor natte afbouw
VRAAG 12: GIPSKARTONPLATEN
o Met rode kleur worden gebruikt voor lokalen met verhoogde vochtgehalte
o Met blauwe kleur worden gebruikt voor lokalen met verhoogde vochtgehalte
o Met groene kleur worden gebruikt voor lokalen met verhoogde vochtgehalte
o Met oranje kleur worden gebruikt voor lokalen met verhoogde vochtgehalte
VRAAG 13: GIPSVEZELPLATEN ZIJN:
o Homogene platen met structuur van in elkaar grijpende vezels, vervaardigd uit een mengsel van gips
en papiervezels
o Vezelplaten of hardboardplaten waarvan de toplaag is opgeruwd om een goede hechting met een
gipspleister te voorzien
o Minder kwaliteit dan gipskartonplaten
o Homogene platen met een structuur van in elkaar grijpende vezels, vervaardigd uit een mengsel van
gips en houtvezels
VRAAG 14: HOUTEN PLAATAFWERKINGEN BESTAAN IN VERSCHILLENDE SOORTEN
o Een WBP-plaat is een gipsvezelplaat bestand tegen weer en wind met een risico op tijdelijke
bevochtiging
o Een WBP-plaat is een gipskartonplaat bestand tegen weer en wind met een risico op tijdelijke
bevochtiging
o Een WBP-plaat is een houten plaat bestand tegen weer en wind met een risico op tijdelijke
bevochtiging
VRAAG 15: VLOERTEGELS KUNNEN, BIJ GEVOEGDE TOEPASSING, OP TWEE WIJZEN
WORDEN UITGEVOERD
o Verlijming of op mortelvoegen
o Verlijming of op mortelbed
o Verlijming of op zandbed, zonder legmortel
o Verlijming of op cementbed, zonder legmortel
VRAAG 16: VLOERTEGELS KUNNEN GERETIFICCEERD OF GEKALIBEERD ZIJN
o Natuursteentegels zijn altijd gerectificeerd want ze worden gezaagd uit massieven
o Gerectificeerde tegels zijn tegels waarvan de dikte constant is
o Gekalibreerde tegels zijn maatvast waardoor een minimale voeg mogelijk is
VRAAG 17: ER BESTAAN VERSCHILLENDE SOORTEN BINNENDEUREN EN
DEUROMLIJSTINGEN