G. Knigge en H.D. Wolswijk,
Het materiële strafrecht, hoofdstuk 1, 3, 4,10,11
1.
Art. 107 GW Strafrecht
Strafprocesrecht in algemene wetboeken gecodificeerd.
Codificatie:
1886 Strafrecht in het wetboek van strafrecht.
1926 procesrecht in het wetboek van strafvordering
(M) Materieel in abstracto - wat is strafbaar?
- welke sanctie?
(F) Formeel is strafwet overtreden? welke procedure ?
Verjaring strafrecht (M)
“Ne bis in idem- beginsel zowel strafrecht (m) als procesrecht (f)
Niet alles in 1 wetboek namelijk ook andere boeken:
WVW (wegenverkeerswet)
Wet wapens & munitie
Opiumwet
WED (Wet op de economische delicten)
Misdrijven= wet in formele zin
Art. 16 Gw = geen feit is strafbaar dan uit kracht van een daaraan voorafgegane
wettelijke strafbepaling
Grondregel = wet is vereist
Ongeschreven regel = geen straf zonder schuld
1)
Belangrijke rechtsbron = verdragen
Rechtstreeks werkende verdragen = EVRM
IVBPR
Van belang = Art. 94 GW:
Binnen het Koninkrijk geldende wettelijke voorschriften vinden geen toepassing,
indien deze toepassing niet verenigbaar is met een ieder verbindende bepalingen
van verdragen en van besluiten van volkenrechtelijke organisaties.
Positieve verplichtingen m.b.t. materiële recht:
Mensenrechten - recht op leven
- recht op privacy
Creëren strafbaarstelling & rechter straf op laten leggen
2) verdragen die NL verplichten tot strafbaar stellen bepaalde feiten
geïncorporeerd in de nationale wet. (Vb = opiumwet uit New York)
3) Verdragen waarbij NL strafrechtelijke autonomie prijsgeeft supranationaal
(strafrecht).
, EU beïnvloedt erg, materiele = richtlijnen minimumvoorschriften betreffende
bepalingen/ feiten en sancties
Naast positieve invloed ook negatieve op nationaal strafrecht vrij verkeer van
diensten & goederen !!nationaal geen inbreuk!!
Wetgeving die dat doet moet worden ingetrokken. Rechter moet hier rekening
mee houden.
Niet alle internationale regels = basis verdragen :
Ongeschreven regels
Volkenrecht ( NL mag niet Duitser,
die in Duitsland feit begaat straffen)
2e oorlog misdadigers werden volgens verdrag gestraft achteraf, dit betreft hierop
de enige uitzondering.
Wetboek van strafrecht ( centrale plaats in het strafrecht) bevat
algemene bepalingen, in boek 1, die van toepassing op feiten die niet in het
wetboek staan, maar in bijzondere wetten en verordeningen zijn opgenomen.
SR dogmatiek = klassieke misdrijven (moord en doodslagen opgenomen in
het wetboek)
Wetboek ontstaan in 1881 in werking 1886
Onderscheid tussen
misdrijven boek 2
overtredingen boek 3
Veelvuldigde vervolgde misdrijven = wegenverkeerswet; wapenwet en opiumwet.
Leeuwendeel misdrijven klassieke/ commune misdrijven
Doodslag; verkrachting; mishandeling; vrijheidsberoving; diefstal en oplichting
niet als verboden omschreven, maar ligt omschreven als verboden in de
delictsomschrijving.
In bijzondere wetten wel een verbods- /gebodsbepaling, deze is gescheiden van
de strafbepaling.
Art. 91 Sr. = De bepalingen van de Titels I-VIII A van dit Boek zijn ook
toepasselijk op feiten waarop bij andere wetten of verordeningen straf is gesteld,
tenzij de wet anders bepaalt.
Dit art. zonder Titel IX uit: kan geen beroep op gedaan worden; ook de lagere
wetgever maar daarvan afwijken
Het materiële strafrecht, hoofdstuk 1, 3, 4,10,11
1.
Art. 107 GW Strafrecht
Strafprocesrecht in algemene wetboeken gecodificeerd.
Codificatie:
1886 Strafrecht in het wetboek van strafrecht.
1926 procesrecht in het wetboek van strafvordering
(M) Materieel in abstracto - wat is strafbaar?
- welke sanctie?
(F) Formeel is strafwet overtreden? welke procedure ?
Verjaring strafrecht (M)
“Ne bis in idem- beginsel zowel strafrecht (m) als procesrecht (f)
Niet alles in 1 wetboek namelijk ook andere boeken:
WVW (wegenverkeerswet)
Wet wapens & munitie
Opiumwet
WED (Wet op de economische delicten)
Misdrijven= wet in formele zin
Art. 16 Gw = geen feit is strafbaar dan uit kracht van een daaraan voorafgegane
wettelijke strafbepaling
Grondregel = wet is vereist
Ongeschreven regel = geen straf zonder schuld
1)
Belangrijke rechtsbron = verdragen
Rechtstreeks werkende verdragen = EVRM
IVBPR
Van belang = Art. 94 GW:
Binnen het Koninkrijk geldende wettelijke voorschriften vinden geen toepassing,
indien deze toepassing niet verenigbaar is met een ieder verbindende bepalingen
van verdragen en van besluiten van volkenrechtelijke organisaties.
Positieve verplichtingen m.b.t. materiële recht:
Mensenrechten - recht op leven
- recht op privacy
Creëren strafbaarstelling & rechter straf op laten leggen
2) verdragen die NL verplichten tot strafbaar stellen bepaalde feiten
geïncorporeerd in de nationale wet. (Vb = opiumwet uit New York)
3) Verdragen waarbij NL strafrechtelijke autonomie prijsgeeft supranationaal
(strafrecht).
, EU beïnvloedt erg, materiele = richtlijnen minimumvoorschriften betreffende
bepalingen/ feiten en sancties
Naast positieve invloed ook negatieve op nationaal strafrecht vrij verkeer van
diensten & goederen !!nationaal geen inbreuk!!
Wetgeving die dat doet moet worden ingetrokken. Rechter moet hier rekening
mee houden.
Niet alle internationale regels = basis verdragen :
Ongeschreven regels
Volkenrecht ( NL mag niet Duitser,
die in Duitsland feit begaat straffen)
2e oorlog misdadigers werden volgens verdrag gestraft achteraf, dit betreft hierop
de enige uitzondering.
Wetboek van strafrecht ( centrale plaats in het strafrecht) bevat
algemene bepalingen, in boek 1, die van toepassing op feiten die niet in het
wetboek staan, maar in bijzondere wetten en verordeningen zijn opgenomen.
SR dogmatiek = klassieke misdrijven (moord en doodslagen opgenomen in
het wetboek)
Wetboek ontstaan in 1881 in werking 1886
Onderscheid tussen
misdrijven boek 2
overtredingen boek 3
Veelvuldigde vervolgde misdrijven = wegenverkeerswet; wapenwet en opiumwet.
Leeuwendeel misdrijven klassieke/ commune misdrijven
Doodslag; verkrachting; mishandeling; vrijheidsberoving; diefstal en oplichting
niet als verboden omschreven, maar ligt omschreven als verboden in de
delictsomschrijving.
In bijzondere wetten wel een verbods- /gebodsbepaling, deze is gescheiden van
de strafbepaling.
Art. 91 Sr. = De bepalingen van de Titels I-VIII A van dit Boek zijn ook
toepasselijk op feiten waarop bij andere wetten of verordeningen straf is gesteld,
tenzij de wet anders bepaalt.
Dit art. zonder Titel IX uit: kan geen beroep op gedaan worden; ook de lagere
wetgever maar daarvan afwijken