100% de satisfacción garantizada Inmediatamente disponible después del pago Tanto en línea como en PDF No estas atado a nada 4.2 TrustPilot
logo-home
Resumen

Samenvatting neurobiologie

Puntuación
-
Vendido
3
Páginas
50
Subido en
25-08-2023
Escrito en
2022/2023

Dit document bevat alle hoorcolleges en eigen nota's.

Institución
Grado











Ups! No podemos cargar tu documento ahora. Inténtalo de nuevo o contacta con soporte.

Escuela, estudio y materia

Institución
Estudio
Grado

Información del documento

Subido en
25 de agosto de 2023
Número de páginas
50
Escrito en
2022/2023
Tipo
Resumen

Temas

Vista previa del contenido

Neurobiologie 1SRW


1 BOUWSTENEN EN CELCYLUS

- Biologie = studie van het leven
- Basis om goed te kunnen functioneren:
o Voedselopname
o Stofwisseling
o Voortplanting
o Reactie op omgeving
o Groei en ontwikkeling  specifiek in levensloop
o Erfelijkheid
- Gezondheid afhankelijk van sociale klasse beïnvloed door voeding, beweging, aandoeningen

1.1 BOUWSTENEN


1.1.1 KOOLHYDRATEN: SACHARIDEN OF SUIKERS-OSE

- Suikers die eindigen op -ose
o Fructose
o Lactose
- Wordt gebruikt als brandstof  wordt omgezet naar eiwitten en vetten  gaan we opslaan
- Monosachariden, Disachariden, Polysachariden: zetmeel, glycogeen  omzetting en
opslaan
o Glycogeen  in de lever opgeslagen en vrijgegeven waar nodig
o Sporters hebben meer glycogeen in de spieren zodat brandstof direct klaarstaat voor
verbranding
 Meer stijve benen  meer creatinezuur
o Koolstofatomen van glucose worden gebruikt voor aanmaak vetzuren en aminozuren

1.1.2 LIPIDEN: VETTEN

- Wordt gebruikt als isolatielaag  houdt ons warm
- Breekt ook stoffen af om om te zetten naar energie
- Belangrijkste typen:
o Vetzuren
o Vetten
o Steroïden
o Fosfolipiden
- Vetten = verschillende ketens vetzuren gebonden aan glycerol
- 2 soorten vetten:
o Verzadigde vetten  Dierlijk
o Onverzadigde vetten  Plantaardig
- Belang van vetten als voedingsstof voor kids: kleine kinderen  nood aan vetten voor goede
ontwikkeling, ook voor puberteit
o BV: te kort lichaamsvetten  uitvallen van maandstonden
- Steroïden = cholesterol aanmaak van oestrogeen, testosteron


1

,Neurobiologie 1SRW


- Fosfolipiden = membraan van de cel

1.1.3 EIWITTEN OF PROTEÏNEN

- Essentieel voor het organisme: verschillende functies:
o Structurele eiwitten: raamwerk voor stevigheid in cellen, weefsels en organen
o Plasma-eiwitten: immunoglobuline, stollingsfactoren, hemoglobine
o Receptoreiwitten: info van buitenwereld bv. Op de lens van het oog
o Contractiele eiwitten: beweging van spieren
o Eiwithormonen: insuline
o Enzymen: amylase en pepsine
 Amylase: breekt het zetmeel af, zit in speeksel
- 50% van de cel bestaat uit eiwitten,  1000 soorten en structuren, zelf aanmaak (nt
essentieel), opname uit voeding (essentiële)
o Vb: wondheling, groei van nagels, aanmaak van spieren, transport van zuurstof,
ontvangen van prikkels in de zintuigen, regelen van onze bloedsuikerspiegel,
verteren van voeding…  eiwitbiosynthese: aanmaak van specifieke eiwitten

BOUW
- 20 verschillende aminozuren (AZ)
o 8 essentiële dus opname via voeding is noodzakelijk
- Keten verschillende aminozuren: polypeptideketen
o Peptidebinding: AZ + AZ
- Driedimensionale structuur:
- Enorme variëteit aan eiwitten

1.1.4 NUCLEÏNEZUREN: DNA EN RNA

- Nucleïnezuren
- DNA (deoxyribo nucleine acid)
- RNA (ribo nucleïne acid)
 Erfelijk materiaal: in onze chromosomen

DNA:
 Molecule waar de erfelijke informatie is opgeslagen
- Info voor alle activiteiten van een cel
- Stukje informatie = gen  bv. Kleur ogen
- Langgerekte molecule (46) met honderden genen
- Omzetting van DNA naar eiwitten: DNA-code  RNA  eiwit
- Bouw nucleïnezuren: polynucleotiden: ladderstructuur
o Nucleotide: Fosfaat, suiker en stikstofbase
- Kleinste eenheid van DNA is nucleotide

Stikstofbasen:

- Adenine (A),
- Cytosine (C),

2

,Neurobiologie 1SRW


- Guanine (G),
- Thymine (T)/Uracil (U) in RNA
- 2 Basen verbinden met elkaar en vormen de treden:
o A – T (U)
o C–G
- Fosfaat en suikers vormen de spijlen: 2 strengen

RICHTING VAN HET DNA
- Binding van de fosfaten geeft richting aan het DNA
- De fosfaatgroep bindt aan het suikermolecule op het 5 de en 3de
C-atoom. Indien men de Basen afleest startende van de
binding van de fosfaatgroep op het 5de C atoom dan spreekt
men van de leesrichting 5’ naar 3’. Op de afbeelding van boven
naar beneden. De leesrichting kan ook verlopen van 3’ naar 5’.
Op de afbeelding van beneden naar boven.

NUCLEÏNEZUREN
DNA bestaat uit:

- 2 strengen zijn complementair maar lopen in tegenovergestelde
richting 5`-3`tov 3`-5`
o Complementair = als je de ene kant kent, kan je de andere
kant ook lezen
- Dubbele helix:
2 strengen spiraalsgewijs opgewonden rond denkbeeldige as.
- De volgorde van de basen zijn voor ieder gen verschillend en vormt een code  omgezet
eiwit, oneindig veel mogelijkheden
- Basis van de erfelijkheid

5’ is met de fosfaatgroep, dus we gaan van boven naar beneden lezen 



1.2 DE CEL

DNA zit in iedere cel.

- Celmembraan + cytoplasma + celkern + celorganellen:
o Celmembraan = omhulsel  houdt cel bij elkaar
o Cytoplasma = het vocht binnenin de cel met alle
celorganellen in. Houdt het erfelijk materiaal in zich.
o Celorganel= kleine onderdelen van een cel die ervoor
zorgen dat de cel kan functioneren voor wat die gemaakt
is
 Ribosomen zijn kleine celorganellen in die cel die
zorgen voor de omzetting van RNA naar eiwit
- DNA: opslag erfelijk materiaal in de celkern

3

, Neurobiologie 1SRW


o Mag zo weinig mogelijk uit de celkern
o Komt enkel bij celdeling uit de celkern
- RNA: code voor de eiwitsynthese in cytoplasma
o Komt vanuit de celkern in het cytoplasma terecht
- Kern: kernmembraan met kernplasma
- Chromosomen:
o Bestaan uit DNA en eiwitten (histonen):
 Mens 46 chromosomen: 23 paar
- Chromatinevezels: vezels in onze celkern waar het DNA op zit, gebonden door histonen

CHROMOSOOM ONTLEED
- DNA is opgedraaid op eiwitten, met name Histonen
- Gele eiwitten zijn histonen  kunnen dicht en ver uit elkaar liggen

DNA IN DE CEL
- KERN: Chromosomen (46)  DNA + eiwitten
- Ribosoom zet RNA om in eiwit
- RNA kan wel uit de kern treden omdat het klein en fijn is
- Stukje DNA gekopieerd  RNA
o RNA = boodschap = messenger-RNA of m-RNA, uit de kern
o m-RNA naar ribosomen  AZ-keten opgebouwd eiwit =
eiwitsynthese
- Verschil RNA en m-RNA
o RNA = zorgt ervoor dat de codes van de genen tot expressie gebracht worden in de
cellen
o m-RNA = is een vorm van RNA dat codes van DNA kan omzetten in eiwitten.

We maken met ons DNA een code waardoor we eiwitten kunnen maken.

RNA IN DE CEL
- Stukje DNA gekopieerd  RNA
- RNA = boodschap = messenger-RNA of m-RNA, uit de kern
- m-RNA naar ribosomen  AZ-keten opgebouwd eiwit = eiwitsynthese
-

1.3 DNA-PROCESSEN

1. Eiwitsynthese: DNA  RNA  eiwit = Info voor alle activiteiten van een cel
2. DNA-replicatie: Voor de celdeling: verdubbelen van het erfelijk materiaal
3. Mutatie: veranderingen in de basenvolgorde

1.3.1 EIWITSYNTHESE

- DNA RNA  m-RNA  ribosomen  polypeptideketen eiwit




4
7,99 €
Accede al documento completo:

100% de satisfacción garantizada
Inmediatamente disponible después del pago
Tanto en línea como en PDF
No estas atado a nada

Conoce al vendedor
Seller avatar
chloheusdens

Conoce al vendedor

Seller avatar
chloheusdens UC Leuven-Limburg
Seguir Necesitas iniciar sesión para seguir a otros usuarios o asignaturas
Vendido
8
Miembro desde
3 año
Número de seguidores
3
Documentos
11
Última venta
6 meses hace

0,0

0 reseñas

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Recientemente visto por ti

Por qué los estudiantes eligen Stuvia

Creado por compañeros estudiantes, verificado por reseñas

Calidad en la que puedes confiar: escrito por estudiantes que aprobaron y evaluado por otros que han usado estos resúmenes.

¿No estás satisfecho? Elige otro documento

¡No te preocupes! Puedes elegir directamente otro documento que se ajuste mejor a lo que buscas.

Paga como quieras, empieza a estudiar al instante

Sin suscripción, sin compromisos. Paga como estés acostumbrado con tarjeta de crédito y descarga tu documento PDF inmediatamente.

Student with book image

“Comprado, descargado y aprobado. Así de fácil puede ser.”

Alisha Student

Preguntas frecuentes