100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting RHT Bedrijfsrecht hogeschool TIO R70,26   Add to cart

Summary

Samenvatting RHT Bedrijfsrecht hogeschool TIO

2 reviews
 191 views  9 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Samenvatting: Lesstof van Tio docent: Mevrouw Ottoline Dinger Informatie uit het boek: Praktisch bedrijfsrecht. Samengevat door: 2e jaarstudenten E-commerce van Hogeschool Tio Rotterdam. Hoofdstuk 7/8/12: Robert Smith: cijfer 6 met 1 dag leren van deze samenvatting Hoofdstuk 3/4/5/: Jorden d...

[Show more]

Preview 10 out of 30  pages

  • Yes
  • November 23, 2018
  • 30
  • 2018/2019
  • Summary

2  reviews

review-writer-avatar

By: Rikkert071 • 3 year ago

review-writer-avatar

By: Jobby164 • 4 year ago

avatar-seller
RHT: Bedrijfsrechten EMS 2

Inhoudsopgave
Samenvatting:
Lesstof van Tio docent: Mevrouw Ottoline Dinger
Informatie uit het boek: Praktisch bedrijfsrecht.

Samengevat door: 2e jaarstudenten E-commerce van Hogeschool Tio Rotterdam.
Hoofdstuk 7/8/12: Robert Smith
Hoofdstuk 3/4/5/: Jorden de Vries
Hoofdstuk 1/6/9/10: Rianne Maris
Hoofdstuk 2/11: niet aanwezig (niet leren)


RHT: BEDRIJFSRECHTEN EMS 2..........................................................................................................1

HOOFDSTUK 1...................................................................................................................................2

HOOFDSTUK 3...................................................................................................................................6

HOOFDSTUK 4...................................................................................................................................9

HOOFDSTUK 5.................................................................................................................................12

HOOFDSTUK 6.................................................................................................................................14

HOOFDSTUK 7.................................................................................................................................17

HOOFDSTUK 8.................................................................................................................................20

HOOFDSTUK 9.................................................................................................................................22

HOOFDSTUK 10...............................................................................................................................25

HOOFDSTUK 12...............................................................................................................................29




RHT: Robert Smith, Jorden de Vries, Rianne Maris 1

,Hoofdstuk 1
1 rechtsvormen

1.1 Ondernemingsrecht
Rechtsvormen
Het is belangrijk om na te denken welke ondernemingsvorm je wilt.
Welke nadelen en voordelen hebben deze ondernemingsvormen ? welke past het best bij jou
onderneming.

Rechtspersoonlijkheid
Rechtspersoon = zelfstandig juridische orgaan.
De rechtspersoon zelf kan:
- overeenkomsten sluiten
- mensen in dienst nemen
- een pand huren.

Ondernemingsvorm
Verplichtingen door de ondernemers zelf.
Komt de onderneming zijn plichten niet na, dan heeft dat voor de schuldeisende klant een
voordeel:( privébezittingen van de onderneming aanspreken )

1.2 Eenmanszaak
Kenmerken:
- 1 eigenaar ( één verantwoordelijk persoon)
- geen rechtspersoonlijkheid

Nadeel:
brengt veel risico met zich mee op je privévermogen.
Ondernemer is verantwoordelijk.

Voordeel:
Het is makkelijk om een eenmanszaak op te starten.

1.3 Personenvennootschappen
Drie mogelijke vormen:
1. maatschap
2. vennootschap onder firma (vof)
3. commanditaire vennootschap (cv)

Maatschap
= een overeenkomst, waarbij 2 of meerdere personen zich verbinden om iets in gemeenschap te
brengen, met een oogmerk om het daaruit ontstaande voordeel met elkander te delen.

Overeenkomst:
- twee of meerderen personen
- afspraak = vorm vrij ( schriftelijk en mondeling worden aangegaan)
- voorkeur schriftelijk ( bewijs)

Gemeenschap:
- contractspartijen kunnen iets inbrengen in de onderneming

Winstverdeling:
- vastgelegd
- niet vastgelegd is geld : de maat die twee keer zo veel heeft ingebracht, krijg ook twee keer zo
veel van de winst.




RHT: Robert Smith, Jorden de Vries, Rianne Maris 2

, - De winst van de maat die geen geldbedrag, maar alleen arbeid heeft ingebracht, wordt geacht
gelijk te zijn met de winst van de maat met de laagste vermogensinbreng.

Verschil tussen de vof en de maatschap
De vof kent dezelfde winstverdelingsregeling.
Het verschil tussen die 2 rechtsvormen zit hem, tussen (vrije beroepen “maatschap”) aan de ene kant
en (bedrijfsmatige activiteiten “vof”) aan de andere kant.

1. bij een bof gaat het om een bedrijf, niet om een beroep
2. de vof heeft een afgescheiden vermogen
3. de vennoten zijn. In beginsel, allemaal in het geheel aansprakelijk voor handelingen van 1 van
de vennoten.

Vrije beroepen:
Maatschap kan alleen worden opgericht indien een vrije beroep wordt uitgeoefend. Een beroep dat
specifiek kennis en kundigheid voor nodig is.
Voorbeeld:
Huisartsen
Fysiotherapeuten
Advocaten
Notarissen
Makelaars
- Allemaal zijn ze zelfstandig ondernemers.

Samenwerking
Voordeel: hogere winst en lagere kosten te kunnen realiseren

Aansprakelijkheid:
De maat die een verplichting aangaat, is daar in eerste instantie zelf verantwoordelijk voor.
- andere maten zijn niet verantwoordelijk voor schulden die 1 maat heeft gemaakt.

Wanneer iedereen aansprakelijk is:
Wanneer iemand de volmacht gekregen heeft.

Verschil tussen een stillenmaatschap en een openmaatschap.
Openmaatschap: samenwerking tussen verschillende personen met een specifiek beroep die onder
een gemeenschappelijke naam naar buiten treden.
Voorbeeld: advocatuur en artsen.

Stillenmaatschap: geen sprake van een gemeenschappelijke naam. Daar blijft de samenwerking dus
meer op de achtergrond en intern.
Dit ziet men van oudsher vaker terug in de agrarische sector

Vennootschap onder firma
WVK bepaalt dat de vof een maatschap is voor de uitoefening van een bedrijf. Weinig verschil tussen
deze rechtsvormen.
- samenwerkingsovereenkomst tussen meerdere vennoten die iets in gemeenschap brengen
om daar gezamenlijk voordeel uit te halen.
- Bedrijf gericht
- Afgescheiden vermogen
- Allemaal aansprakelijk

Commanditaire vennootschap
Bijzondere vorm van de vof
- stillen vennoot
- geen risico op eigenvermogen dan alleen zijn investering




RHT: Robert Smith, Jorden de Vries, Rianne Maris 3

,Verschil tussen een vof en CV:
Vof geen juridisch onderscheid gemaakt kan worden tussen de vennoten. Dat betekend dat ze
allemaal meewerken of geacht worden mee te werken, in het bedrijf en individueel volledig
aansprakelijk zijn voor plichten die worden aangegaan.

1.4 Kapitaalvennootschappen
Voorbeelden van kapitaalvennootschappen zijn:
1. besloten vennootschap (BV)
2. Naamloze vennootschap (NV)

BV
Voordeel van een bv: minder risico om privé aansprakelijk gesteld te worden.

Om een BV te starten moet er eerst een akte bij de notaris opgesteld worden.
Akte:
- status van de bv
- belangrijke gegevens
- afspraken tussen, de oprichters
- naam bv
- vestigingsplaats
- doel
- aantal soort aandelen
- wie verplichtingen mag aangaan
- bedrag
- blokkeringsregeling

Voordeel bv in oprichting:
Ondernemers kunnen meteen aan de slag

Nadeel bv in oprichting:
Zolang er in het handelsregister i.o. achter de naam staat, zijn ze persoonlijk aansprakelijk voor
schulden die zijn aangegaan.

Organen en onderlinge verhouding
- verschillende betrokken partijen
- directie
- dagelijks bestuur: daarin zetelen de personen die de rechtspersoon naar buiten toe
vertegenwoordigen en namens die rechtspersoon verplichtingen aangaan.

Directie = niet aansprakelijk voor schulden van de bv

AVA = algemene vergadering van aandeelhouders

Aandelen:
- niemand kan zo maar aandelen kopen van een bv
- wil een aandeelhouder zijn aandelen verkopen, dan kan worden bepaald dat hij ze eerst moet
aanbieden aan de vorige aandeelhouders.

1. aandelen staan op naam
2. aandelen in een bv zijn niet vrij verhandelbaar
3. startkapitaal mag 1 euro zijn



NV
Deze ondernemingsvorm is net als de bv een rechtspersoon, gefinancierd door aandeelhouders,
bestuurd door een directie en gecontroleerd door de raad van commissarissen.
Aandelen
1. sprake zijn van aandelen aan toonder, daarvoor geld dat degene die de aandelen bij zich
heeft en ze kan tonen, ook meteen eigenaar is van die aandelen.



RHT: Robert Smith, Jorden de Vries, Rianne Maris 4

, 2. Aandelen van NV zijn overdraagbaar, verhandelbaar
3. Start kapitaal 45.000 euro
4. Bij de nv is voor de oprichting een bank- of accountantsverklaring nodig.

Overige rechtsvormen

1. Stichting
- een rechtspersoon
opgericht voor: sociaal of ideeen doel te behalen en de winst die gemaakt wordt mag alleen gebruikt
worden ten behoeve van dat doel.
VB: war child

2. vereniging
- een andere rechtspersoon die niet gebruikt kan worden voor ondernemingen met
winstoogmerk is de vereniging.
Opgericht voor: plaatselijke sport of carnavalsclub, hij word gebruik als een aantal personen samen
willen werken om gemeenschappelijk doel te bereiken. Dat doel mag niet zijn het behalen van winst
om die onder personen te verdelen. Vereniging bestaat uit leden.

3. coöperatie
- bijzondere vorm van de vereniging.
- Een rechtspersoon
Bijzondere vorm van vereniging. Vereniging van een bedrijf, bedrijven organiseren zichzelf als het
ware in een cooperatie en het doel moet zijn om de leden te voorzien in bepaalde stoffelijke
behoeften.
Winst wordt verdeeld onder de leden. Aansprakelijkheid rust ook op de leden.
VB: Rabobank




RHT: Robert Smith, Jorden de Vries, Rianne Maris 5

,Hoofdstuk 3
3.1 Totstandkomingsvereisten

3.1.1 Aanbod en aanvaarding
‘Een overeenkomst komt tot stand door een aanbod en de aanvaarding daarvan’
Het kent dus 2 vereisten: aanbod en aanvaarding. De ene partij biedt iets aan en op het moment dat
de andere partij het aanbod accepteert, ontstaat de overeenkomst en ontstaan de rechten en
verplichtingen naar elkaar toe.

Een aanbod kan in beginsel worden herroepen zo lang het nog niet is aanvaard. Om deze situatie te
vermeiden had hij zijn aanbod vrijblijvend moeten maken, deze kan namelijk wel na aanvaarding
worden ingetrokken of gewijzigd.

Soms geeft een bedrijf een klant een termijn om te bedenken of ze het aanbod willen accepteren.
Bedrijven belemmeren zichzelf hiermee aangezien ze zijn gebonden aan dit termijn.

Gevallen waarin een aanbod vervalt
- is het een mondeling aanbod dan vervalt het als het niet direct wordt aanvaard.
- is er een schriftelijk aanbod gedaan, dan vervalt dat aanbod ‘na een redelijke tijd’. Wanneer dit
moment is, zal van een aantal omstandigheden afhangen (de aard van het aangebodene en de prijs).

3.1.2 Wilsovereenkomst (Wanneer er een aanbod is aanvaard)

Wilsovereenstemming ziet op de wederzijdse bereidheid van partijen om een
bepaalde overeenkomst te sluiten. Het aanbod van de één, wordt aanvaard door de ander. In dat
geval komt een overeenkomst tot stand. De op een rechtsgevolg gerichte wil moet zich wel door een
verklaring hebben geopenbaard. Slechts in gedachte een aanbod accepteren leidt niet tot
wilsovereenstemming.

Schort er iets aan de wilsovereenstemming, bijvoorbeeld omdat een partij is misleid, bedrogen of heeft
gedwaald, dan is er geen rechtsgeldige overeenkomst tot stand gekomen. Wilsovereenstemming is
één van de vereisten voor de totstandkoming van een overeenkomst.

Vertrouwensbeginsel: als de andere partij in de gegeven omstandigheden niet duidelijk was, en ook
niet duidelijk hoefde te zijn, dat de verklaring niet overeenkwam met de wil dan mag er geen beroep
worden gedaan op het ontbreken van de wil. Met andere worden je mag er dan op vertrouwen dat er
wils overeenstemming is.


3.2 Handelingsonbekwaamheid
Vernietiging van de overeenkomst: dit houdt in dat de gevolgen die de overeenkomst in eerste
instantie heeft, weer ongedaan moeten worden gemaakt. Dit kan alleen worden ingeroepen als een
handelsonbekwame een overeenkomst sluit of als er een wilsgebrek is.

Handelingsonbekwamen hebben wettelijke vertegenwoordigers die het aangaan van een
overeenkomst kunnen tegengaan en zelfs na het sluiten van een overeenkomst kunnen protesteren
en daardoor alles ongedaan kunnen maken.

1. Persoon die minderjarig is: iemand die de leeftijd van 18 nog niet heeft bereikt, zijn ouders,
wettelijke vertegenwoordigers of voogd sluiten zijn overeenkomsten.

2. persoon onder curatelen stellen: indien een persoon niet instaat is om voor zichzelf te zorgen, is het
mogelijk om hem onder curatelen te stellen. Dit kan alleen door een rechten worden besloten. Deze
persoon mag zonder zijn curator geen overeenkomsten meer aangaan. Als dit wel gebeurt wordt de
overeenkomst vernietigbaar.




RHT: Robert Smith, Jorden de Vries, Rianne Maris 6

,Ongeldig overeenkomst
3.3 Wilsgebreken (op een gebrekkige, onzuivere manier)
Wilsgebrek: wanneer er door een handelingsonbekwaam persoon een overeenkomst is gesloten kan
deze vernietigd worden. Er moet sprake zijn geweest van een wilsgebrek.
Overeenkomst is ongeldig door een van de volgenden de wilsgebrek.

De wet ken 4 soorten wilsgebreken: TENTAMEN
Bedreiging: iemand die tot het aangaan van een overeenkomst is gedwongen omdat hij is bedreigd,
de overeenkomst kan ongedaan worden gemaakt.
Bedrog: dit is aanwezig wanner iemand een ander opzettelijk onjuist mededelingen doet of opzettelijk
zaken verzwijgt.
Misbruik van omstandigheden: wanneer iemand weet of moet begrijpen dat een ander door bijzondere
omstandigheden bewogen wordt tot het verrichten van een rechtshandeling, het tot stand komen van
die rechtshandeling bevordert, ook als hij weet of moet hij begrijpen hem daarvan zou behoren te
weerhouden.
Dwaling: bij dwaling komt er op neer van een verkeerde voorstelling van zaken waar uitgegaan. Als de
werkelijk situatie bekend zou zijn zou overeenkomst niet zijn gesloten.

Nietigheid
Overeenkomsten die strijdig zijn met de openbare orde of de goede zeden zijn nietig. Het verschil met
vernietigbaar baarheid zit hem in het feit dat bij nietigheid de overeenkomst nooit heeft bestaan.

- Behalve wat in een con zaal staat speldt dat de inhoud van een.


3.4 Inhoud overeenkomst
Om conflicten tegen te gaan tijdens een overeenkomst is er een aanvulling gekomen: Een
overeenkomst heeft niet de door partijen overeengekomen rechtsgevolgen, maar ook die welke, naar
de aard van de overeenkomst, uit de wet, de gewoonte of de eisen van redelijkheid en billijkheid
voortvloeien.
Overeenkomst ook wordt bepaald door de zedelijkheid en billijkheid.

Tijdens een uitleg dient een rechten rekening te houden met:
Ad 1 De wet:
Ad 2 De gewoonte:
Ad 3 De redelijkheid en billijkheid:


3.5 Algemene voorwaarden (de kleine lettertjes)
Bedrijven gebruiken een vaste voorwaarden zodat ze deze voor meerdere overeenkomsten kunnen
gebruiken (meerdere overeenkomsten).

Enkele punten die worden vermeld in de algemene voorwaarden:
- De status van de offerte
- Kosten van transport
- Levertijd
- Betalingstermijn
- Eigendomsvoorbehoud
- Afwikkeling van geschillen
- Beperking van aansprakelijkheid
- Garantie

Als er is getekend is de overeenkomst gesloten, als de koper niet de algemene voorwaarden heeft
kunnen lezen kan hij een beroep doen op vernietiging van de voorwaarden. Hierdoor sturen bedrijven
de algemene voorwaarden al eerder op zodat je je kan inlezen. Toch worden er hierna nog veel




RHT: Robert Smith, Jorden de Vries, Rianne Maris 7

,getekend zonder alles te lezen, dit wil niet per definitie zeggen dat zeggen dat je er niks meer tegen
kan doen. Ze kunnen namelijk ook vernietigd worden als ze onredelijk bezwarend zijn.

Als je algemene voorwaarden voor je onderneming opstelt, kun je niet alles wat je wilt erin opnemen.
In de wet staat een zwarte lijst met bepalingen die niet in de algemene voorwaarden mogen
voorkomen.

In de wet is vastgesteld dat algemene voorwaarden redelijk moeten zijn. In de grijze lijst zijn
voorwaarden opgenomen die op de grens liggen van wat redelijk is

Verschil zwartelijst/grijzelijst > TENTAMEN CHECK HOOFDSTUK 3 BOEK

In het dagelijkse handelsverkeer worden ze door elke grote onderneming gebruikt: algemene
voorwaarden. Meestal worden ze ongezien voor akkoord getekend of online met één druk op de knop
geaccepteerd. Consumenten worden beschermd tegen onredelijke bedingen in die voorwaarden. In
de “zwarte” en “grijze” lijst staan de bedingen die onredelijk bezwarend zijn, of worden vermoed dat te
zijn. Kleine ondernemers kunnen hier met reflexwerking ook bescherming aan ontlenen.

3.6 Niet-nakoming
- Niet-tijdige nakoming: een van de contractspartijen komt te laat na, maar de nakoming is nog wel
mogelijk.
- Ondeugdelijke nakoming: er wordt geleverd, maar dat gebeurt niet op de manier overeenkomstig de
inhoud van de overeenkomst.
- Definitieve niet-nakoming: een van de contractpartijen komt te laat na, en nakoming s niet meer
mogelijk.

Als de tekortkoming, in de nakoming de schuldenaar niet kan worden toegerekend dan hoeft deze
geen schadevergoeding te betalen (toerekenbaar tekort).

3.6.1 toerekenbare tekortkoming
Dit betekent dat er niet wordt nagekomen, niet op tijd, of ondeugdelijk. Toerekenbaar wil zeggen dat
de schuldenaren verwijt kan worden gemaakt. de schuldenaar kan een verwijt worden gemaakt als de
niet-nakoming zijn schuld is, of het om de een of andere reden voor zijn rekening komt.

2 soorten verzuim
- Verzuim met ingebrekestelling
- Verzuim zonder ingebrekestelling:
Wanneer een overeenkomst heeft gesloten en een daaruit voortvloeiende verplichtingen niet (correct)
nakomt, dient u haar meestal een aanmaning (“ingebrekestelling”) te sturen, waarin een laatste,
redelijke termijn wordt gegund om alsnog te presteren. Pas wanneer de partij die termijn laat
verstrijken, raakt zij in verzuim en bestaat de mogelijkheid om de overeenkomst te ontbinden en
schadevergoeding te vorderen. ( datum + termijn)

3.6.2 Acties
Nakoming
De wet geeft een contractspartij vier mogelijke acties als de andere partij zijn deel van de afspraken
niet is nagekomen

Nakoming: in dit geval vraagt de schuldeiser aan de schuldenaar om alsnog aan de afgesproken
verplichting te voldoen.
Opschorting: dit regelt dat de schuldeiser niet aan zijn verplichtingen hoeft te voldoen zolang de
schuldenaar dat ook niet heeft gedaan.
Schadevergoeding: een toerekenbare tekortkoming verplicht de schuldenaar de schade die de
schuldeiser daardoor lijdt te vergoeden. Om in aanmerking te komen, zal de schuldeiser aan een
aantal voorwaarden moeten voldoen.
- Er moet sprake zijn van schade
- De stappen omtrent het verzuim en de ingebrekestelling doorlopen moeten worden.
- Er moet een oorzakelijk verband zijn tussen de schade en de tekortkoming.
Ontbinding: indien de wederpartij een tekortkoming in de overeenkomst heeft gepleegd, dan heeft zijn
contractpartij het recht om de overeenkomst te ontbinden.



RHT: Robert Smith, Jorden de Vries, Rianne Maris 8

,3.6.3 Overmacht
Iemand die in verzuim is, pleegt een wanprestatie door toerekenbaar tekort te komen in de nakoming
van zijn verbintenis. Als de tekortkoming niet de schuld is van de schuldenaar dan is er geen sprake
van een wanprestatie. Onder schulden wordt verstaan verwijtbaarheid.

Toerekenbaar te kortkomen houdt in dat er sprake moet zijn van schuld of dat de tekortkoming op een
andere manier voor rekening van de schuldenaar moet komen. Iemand die kan aantonen dat de
wanprestatie niet zijn schuld is en niet zijn rekening komt, hoeft dan geen schadevergoeding te
betalen. De schuldenaar doet daarmee een beroep op overmacht.



Hoofdstuk 4
4.1.1 wettelijke definitie
‘Koop is de overeenkomst waarbij de een zich verbindt een zaak te geven en de andere om daar voor
een prijs in geld te betalen’. Wanner het aanbod aanvaard is, is de overeenkomst tot stand gekomen.

- De belangrijkste verplichting van de koper is het betalen van een afgesproken prijs.
- De belangrijkste verplichting van de verkoper is het geven van een zaak.

Dit wordt ook wel eigendomsoverdracht genoemd.

4.1.2 Genus en species (een onderscheid dat gehanteerd wordt bij koopovereenkomsten).
- Bij genuskoop is de koper vooral geïnteresseerd in de soort. Hij koopt niet een individueel product,
maar een onderdeel van de soort. (Het maakt dan niet uit welke zaak of object van een bepaalde
soort gekocht en geleverd wordt).
- Bij specieskoop is dat anders. Daar is het onderwerp van de koopovereenkomst specifiek bepaald.
(De koper wil juist die zaak hebben, en niet een andere).

4.1.3 Handelskoop en consumentenkoop
Er is spraken van handelskoop als er een koop plaatsvindt tussen twee professionele partijen, in een
bedrijfsmatige setting. Zowel de verkoper als de verkoper handelt in de uitoefening van zijn beroep of
bedrijf en dus niet privé.

Bij consumentenkoop is de verkopende partij een bedrijf, maar is de koper een particulier. Het moet
dan overigens wel gaan om een roerende zaak. (Denk aan een de verkoop van elektriciteit door een
bedrijf aan een particulier).

4.1.4 Koop van een registergoed
Een registergoed is een goed voor welke overdracht of vestiging inschrijving in de daartoe bestemde
openbare registers (Kadaster) noodzakelijk is.

Een huis is een registergoed. Waarom is dat huis een registergoed? Voor het overdragen van een
huis schrijft de wet voor dat een en ander dient te geschieden bij een overdrachtsakte, die ten
overstaan van de notaris dient te worden ondertekend. Vervolgens laat de notaris een afschrift van die
akte inschrijven bij het Kadaster.

Daarna is de koper eigenaar geworden.

4.1.5 Koop op afstand
‘Overeenkomt op afstand: de overeenkomst tussen de handelaar en de consument woedt gesloten in
het kader van een georganiseerd systeem voor verkoop of dienstverlening op afstand zonder
gelijktijdige persoonlijke aanwezigheid van handelaar en consument en waarbij, tot en met het
moment van het sluiten van de overeenkomst, uitsluitend gebruikt wordt gemaakt van een of meer
monddelen voor communicatie’.

Indien de totstandkoming van de overeenkomst, door de verkopende of dienstverlenende partij,
stelselmatig gebruik wordt gemaakt van de communicatie op afstand. Kan de koper een beroep doen
op deze regeling.



RHT: Robert Smith, Jorden de Vries, Rianne Maris 9

, 4.2 Eigendomsoverdracht
‘De verkoper is verplicht de verkochte aak met toebehoren in eigendom over te dragen en af te
leveren’.
De verkoper wil de eigendom overdragen en de verkoper wil eigenaar worden.

Iemand die eigenaar is van een goed mag daar in principe mee doen wat hij wil. Hij mag het weer
verkopen, hij mag het verhuren, hij mag het zelfs weggooien. Bovendien is het zo dat de eigenaar van
een zaak daar ook de risico’s van draagt. Dat het kapot gaat bijvoorbeeld. Het is dan ook van groot
belang om het exacte moment van eigendomsoverdracht te behalen.

4.2.1 Vereisten voor overdracht
Bij overdracht van eigendom moet er voldaan zijn aan drie vereisten:
1. Geldige titel: de reden dat een goed wordt overgedragen. De koopovereenkomst is zo’n geldige
titel. Maar ook schenking en ruil zijn geldige titels van eigendomsoverdracht. Er kan ook spraken zijn
van een ongeldige titel denk aan de huurovereenkomst of leenovereenkomst. Als de grondslag is voor
de overdracht van een goed, dan is er geen geldige titel voor eigendomsoverdracht.
2. Beschikkingsbevoegdheid: De verkoper moet juridische bevoegdheid hebben om het goed over te
dragen. Alleen de eigenaar heeft die bevoegdheid, een dief of iemand die een goed geleend heeft
bijvoorbeeld niet.
3. Levering: Een goed moet aan een ander worden geleverd om de eigendom te laten overgaan.
Levering is de handeling waardoor de koper de beschikking krijgt over het goed. Bij roerende zaken
gebeurt levering door bezitverschaffing. De verkoper geeft het goed letterlijk in het bezit van de ander,
zodanig dat die ander er de macht over krijgt.
Op het moment dat de akte in het openbare register van het kadaster wordt ingeschreven, is voldaan
aan de levering.

4.2.2 Bescherming van de koper
Degene die iets ontvangt van iemand die onbevoegd is om over het goed te beschikken, kan in
principe geen eigenaar worden van het goed. Aan een van de vereiste is dan namelijk niet voldaan,
waardoor er geen eigendomsoverdracht kan plaatsvinden. Maar er zijn uitzonderingen:

Te goeder trouwen: Dit houdt in dat iemand niet op de hoogte is van de onbevoegdheid van de
verkoper, en dat hij ook niet op de hoogte behoorde te zijn. Hijs wist niets van de onbevoegdheid en
hij kon het ook niet weten. Door deze bepaling krijgt de koper een onderzoek plicht op zich. Deze is
weliswaar beperkt, en gaat niet zover dat de koper alles details van de verkoper moet weten, maar om
te goeder trouw te zijn mag hij aan de andere kant ook niet alles blind aannemen. (De goede trouw
beschermt een persoon tegen een rechtsfeit waar hij geen weet van heeft. Een voorbeeld is de
persoon die bij de fietsenwinkel een fiets koopt, waarvan achteraf blijkt dat deze gestolen is. Dit
betekent dat de fietsenwinkel niet bevoegd was om de fiets te verkopen; zij was immers geen
eigenaar van de fiets. De koper van de fiets kan tegen dit feit beschermd worden, indien hij te
goeder trouw was. De wet geeft een negatief begrip van goede trouw. Goede trouw ontbreekt niet
alleen indien de persoon de feiten of het recht, waarop zijn goede trouw betrekking moet hebben
kende, maar ook indien hij ze in de gegeven omstandigheden behoorde te kennen).

Diefstal: Als er spraken is van diefstal, dan kan de rechtmatige eigenaar binnen drie jaar na de diefstal
zijn zaak terugvorderen als zijn eigendom. Deze aanvulling is opgenomen om de oorspronkelijke
eigenaar die zijn eigendom door diefstal is verloren, te beschermen.

Als je iets koopt van een professionele maar beschikkingsonbevoegde verkoper in een winkel dan
mag de oorspronkelijke eigenaar dat niet terugvorderen.

4.3 Conformiteit
Een zaak die voldoet aan de eigenschappen die je van die zaak mag verwachten is conform, een
zaak die daaraan niet voldoet aan de overeenkomst is non-conform.

4.3.1 Niet de eigenschappen die mogen worden verwacht
Consumenten krijgen verwachtingen van een bepaald product door de aard van de zaak, door eerdere
ervaringen van een bepaald product, maar ook bij mededelingen van de verkoper. 7:17 BW
beschermd de koper, aan de andere kant betekent het dat als de zak voldoet aan de beschrijvingen
en mededelingen van de verkoper, de koop rechtsgeldig is en een beroep op non-conformiteit niet


RHT: Robert Smith, Jorden de Vries, Rianne Maris 10

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through EFT, credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying this summary from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller riannemaris. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy this summary for R70,26. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

73243 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy summaries for 14 years now

Start selling
R70,26  9x  sold
  • (2)
  Buy now