100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting Onderzoeksmethodologie en statistiek 3

Rating
-
Sold
-
Pages
51
Uploaded on
21-12-2024
Written in
2023/2024

Samenvatting onderzoeksmethodologie en statistiek 3 uit 3BA kinesitherapie.

Institution
Course

















Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
December 21, 2024
Number of pages
51
Written in
2023/2024
Type
Summary

Subjects

Content preview

STATISTIEK 3


LES 1: META-ANALYSES.............................................................................................2
LES 1: META-ANALYSES.............................................................................................2
LES 2: POWER AND SAMPLE SIZES..........................................................................5
LES 2: POWER AND SAMPLE SIZES..........................................................................5
LES 3: RELATIEF RISICO (RR) EN ODDS RATIO (OR)..............................................8
LES 3: RELATIEF RISICO (RR) EN ODDS RATIO (OR)..............................................8
LES 4: LINEAIRE REGRESSIE...................................................................................13
LES 4: LINEAIRE REGRESSIE...................................................................................13
LES 5: LOGISTISCHE REGRESSIE EN ROC............................................................23
LES 5: LOGISTISCHE REGRESSIE EN ROC............................................................23
LES 6: BETROUWBAARHEID....................................................................................31
LES 6: BETROUWBAARHEID....................................................................................31
LES 7: ANOVAS..........................................................................................................37
LES 7: ANOVAS..........................................................................................................37

,LES 1: META-ANALYSES
META-ANALYSES
Overload aan gelijkaardige wetenschappelijke artikels.
↳ vb: effect bepaalde therapie (experimentele groep) tov standaard therapie (controle groep)

Systematische review Meta-analyse

- om overzicht te krijgen van de - om globaal resultaat te vinden obv
literatuur in 1 vakgebied beschikbare artikels
- GEEN statistiek - WEL statistiek


Meta-analyse = statistische combinatie vd resultaten van 2 of meer onderzoeken/studies

Belangrijkste doeleinden van meta-analyse
● de sterkte van verbanden voor een reeks studies bepalen en, indien mogelijk, combineren
tot 1 enkele algemene indicator voor het verband
● de invloed bepalen van verschillende kenmerken van de desbetreffende studies (type steekproef,
soort methode, …) op de sterkte van de gevonden verbanden in die studies


Effect size (ES)
● alle resultaten teruggebracht naar eenzelfde statistische eenheid: ES
● ES drukt de in de studie gevonden verschillen tussen groepen uit in standaardscores, met de
spreiding van de controlegroep als eenheid
● de resultaten van de verschillende studies kunnen onder die vorm bewerkt worden naar
gemiddelde effecten toe, in soortgelijke studies, of naar verschillen in ES tussen studies met
onderling contrasterende groepen, en daartoe zelfs ingebracht in statistische toetsen
● ‘oude' data worden dus na weging samengebracht en samen gebruikt in nieuwe
bewerkingen

Voordelen en nadelen meta-analyse

Voordelen Nadelen

➔ om ‘power’ te verhogen (# participanten N ↗) ➔ “geen appelen met peren vergelijken”
➔ ↗ kans op significantie van echte effecten ➔ misleidende resultaten door bias
➔ nauwkeurigheid verhogen (versmallen CI)
➔ antwoorden te vinden op vragen die niet
gesteld zijn bij de individuele studies
➔ om tegenstrijdigheden tussen studies te
bestuderen


Resultaten kwantificeren, samenbrengen en vergelijken ⇒ ES = standaardscore ⇒ nieuwe globale
resultaten over meer elementen (N)!

,Een complete meta-analyse bestaat uit…
● probleemstelling
● literatuurverzameling
● screening aan de hand van welomschreven in- en exclusie regels (methodologie!!!)
● inhoudelijke studie van de weerhouden studies
● berekening van de effectgroottes (ES)
● statistische verwerking
● rapportering

Voorbeeld 1: Effect oefentherapie op pijnklachten bij artrose




Algemeen
● vierkant → gemiddelde
● lijn → 95% betrouwbaarheidsinterval
● groen → + effect oefentherapie
● rood → - effect oefentherapie
● 95% lijn overschrijdt grens → niet significant
● 95% lijn overschrijdt grens niet → significant verschil tussen oefentherapie en
conventionele therapie
● meta-analyse → ruit → mag niet overlappen met de te testen waarde

Individuele studie
● betrouwbaarheidsinterval (volle lijn) overlapt met de te testen waarde (p¿0,05)
➢ GEEN significant effect
● betrouwbaarheidsinterval (volle lijn) overlapt niet met de te testen waarde (p≤ 0,05)
➢ WEL significant effect

De te testen waarde
● 0: z-score, gemiddeld verschil
● 1: RR,OR

Meta-analyse
● betrouwbaarheidsinterval (uiteinden ruit) overlapt met de te testen waarde (p¿0,05)
➢ GEEN significant effect
● betrouwbaarheidsinterval (uiteinden ruit) overlapt niet met de te testen waarde (p≤ 0,05)
➢ WEL significant effect

,2: HETEROGENITEIT
2 types meta-analyses
1. fixed-effect methode
2. random effect methode


Homogeniteit = alle studies hebben een gelijkaardig effect en het verschil in variantie is te
verklaren door toeval/meetfouten

⇒ fixed-effect methode

Heterogeniteit = alle studies hebben verschillend effect en het verschil in variantie is niet te
verklaren door toeval/meetfouten

⇒ random-effect methode


heterogeniteit:
● statistisch model random-effect methode houdt er rekening mee dat het ware effect van de
individuele studies kan verschillen en zal een breder betrouwbaarheidsinterval opleveren en
dus minder snel een significant resultaat opleveren ivm fixed-effect model
● zeer moeilijk om te bepalen of studies homogeniteit of heterogeniteit vertonen

2 manieren om een indicatie van de mate van heterogeniteit te testen
Cochran's Q = een toetsingsgrootheid gebaseerd op een chi-kwadraat test
- H0-hypothese: alle studies hebben hetzelfde effect
- p > 0,05: eerder homogeniteit
- p ≤ 0,05: eerder heterogeniteit

I²-waarde = % effect dat niet door het toeval kan verklaard worden, de heterogeniteit
wordt gescoord tussen 0-100% met volgende interpretatie:
- <25% = lage heterogeniteit
- 25-50% = matige heterogeniteit
- > 75% = hoge heterogeniteit


In theorie: obv cochran's Q test
● p > 0,05 → homogeniteit → fixed-effect methode
● p ≤ 0,05 → heterogeniteit → random-effect methode
● bevestigen aan de hand van I²-waarde

In praktijk
● zowel Cochran’s Q en I2 vertonen weinig power en zullen dus in sommige gevallen geen
heterogeniteit aantonen wanneer die wel aanwezig is
● nooit “perfecte” (100%) homogeniteit of heterogeniteit
● afweging tussen fixed-effect en random-effect methode
● afweging tussen Cochran’s Q en I2-waarde

, ● bij een beperkt aantal ingesloten onderzoeken (veelal tot 10) kan de heterogeniteit
statistisch niet uitgesloten worden, daarom opteert men hiervoor random effect

FUNNEL PLOT
● gebruik: om te checken voor publicatiebias
● een funnel plot geeft de studies weer van de meta-analyse
in een grafiek van Mean difference vs standaardfout
● x-as: gemiddeld verschil / standaard mean difference
(algemeen gemiddelde volle lijn)
● y-as: standaardfout van de meting
● bij grote afwijking van het gemiddelde → grotere stdev
(spreiding)
● bij studies met grote steekproef → gemiddelde verschil dicht bij volle lijn en stdev is klein
● vorm van een piramide → indien niet: publicatiebias
● publicatie bias → als alle studies LI van lijn zeer verspreid zijn en RE dicht opeen


LES 2: POWER AND SAMPLE SIZES
INLEIDING

In medisch wetenschappelijk onderzoek:
⇒ Bepalen hoe groot de steekproef moet zijn alvorens te starten
● sample size berekeningen (steekproefgrootte berekeningen)
● experimenteel onderzoek
● voorwaarde publicatie wetenschappelijk tijdschrift (CONSORT-statement)

Sample size berekening:
● Hoeveel personen moet de interventiegroep en controlegroep bevatten om een vooraf
vastgesteld verschil (effect) tussen beide groepen statistisch significant te laten zijn
● formule afhankelijk van continue of dichotome uitkomstvariabele
● significantie α: meestal 5%
● power 1-ß: meestal tussen 80%-95%
● power niet lager dan 80% kiezen
● standaardafwijking: schatting uit de literatuur van een gelijkaardig onderzoek of uit een
eerder uitgevoerde pilot studie

CONTINUE UITKOMSTVARIABELEN


beide groepen even groot beide groepen niet even groot




Even grote groepen:
● n1 = grootte interventiegroep

,● n2 = grootte controlegroep
α α
● Z1 - = waarde van standaardnormale verdeling waarvoor geldt dat (1 - )% van de
2 2
verdeling ervoor ligt
ß ß
● Z1 - = waarde van de standaardnormale verdeling waarvoor geldt dat (1 - )% van de
2 2
verdeling ervoor ligt
● σ² = variantie van de continue uitkomstvariabele
● v = te verwachten verschil in de continue uitkomstvariabele tussen de interventiegroep en
controlegroep
v
● effect size =
σ

,Beide groepen niet even groot:
● n1 = grootte interventiegroep
● n2 = grootte controlegroep
● r = verhouding tussen de aantallen in de controlegroep tov de interventiegroep
α α
● Z1 - = waarde van standaardnormale verdeling waarvoor geldt dat (1 - )% van de
2 2
verdeling ervoor ligt
ß ß
● Z1 - = waarde van de standaardnormale verdeling waarvoor geldt dat (1 - )% van de
2 2
verdeling ervoor ligt
● σ² = variantie van de continue uitkomstvariabele
● v = te verwachten verschil in de continue uitkomstvariabele tussen de interventiegroep en
controlegroep

⇒ Evenveel patiënten in de interventiegroep als in de controlegroep is het meest effectief

DICHOTOME UITKOMSTVARIABELEN



beide groepen even groot beide groepen niet even groot




Even grote groepen:
● n1 = grootte interventiegroep
● n2 = grootte controlegroep
α α
● Z1 - = waarde van standaardnormale verdeling waarvoor geldt dat (1 - )% van de
2 2
verdeling ervoor ligt
ß ß
● Z1 - = waarde van de standaardnormale verdeling waarvoor geldt dat (1 - )% van de
2 2
verdeling ervoor ligt
● p1 - p2 = te verwachten verschil in percentage events in de interventie en controlegroep
● p = gemiddelde percentage events in de interventiegroep en de controlegroep
(dus p . (1- p ) is de variantie)

Beide groepen niet even groot:
● n1 = grootte interventiegroep
● n2 = grootte controlegroep
● r = verhouding tussen de aantallen in de controlegroep tov de interventiegroep
α α
● Z1 - = waarde van standaardnormale verdeling waarvoor geldt dat (1 - )% van de
2 2
verdeling ervoor ligt

, ß ß
● Z1 - = waarde van de standaardnormale verdeling waarvoor geldt dat (1 - )% van de
2 2
verdeling ervoor ligt
● p1 - p2 = te verwachten verschil in percentage events in de interventie en controlegroep
● p = gemiddelde percentage events in de interventiegroep en de controlegroep
(dus p . (1- p ) is de variantie) (let op: gewogen gemiddelde)
OPMERKINGEN
● in realiteit: sample size berekeningen aanpassen aan de mogelijkheden?
● hou rekening bij het vastleggen van je aantallen met eventuele uitvallers
● kleine verandering in de aannames (die men doet voor de berekening) kan leiden tot een
groot verschil in de benodigde sample size
● doel meta-analyse: sample size zo groot mogelijk maken om een zo betrouwbaar mogelijke
conclusie te trekken
● bij iedere onderzoek streven naar een zo groot mogelijke steekproef?
⇒ goed voor de statistiek, maar er spelen nog andere factoren
● sample size hangt dikwijls af van logistieke, financiële, ethische… aspecten
● vakgebied revaki: α = 5% en ß = 20% (power 1 - ß = 80%)

LES 3: RELATIEF RISICO (RR) EN ODDS RATIO (OR)
COHORTSTUDIE ⇒ RR
● meestal prospectief (kan ook retrospectief)
● observationele studie
● gezond-instap effect
● alle personen uit een bepaalde ‘groep’ (cohort) worden over een groot aantal jaren gevolgd
● cohort: zelfde kenmerk
● personen die al of niet een risicofactor hebben worden in de tijd gevolgd en er wordt
gekeken of ze al dan niet de ziekte of het probleem of een andere outcome ontwikkelen
● ‘Risico-analyse’


Voordelen Nadelen

➔ RR kan berekend worden ➔ hoge kosten door de lange opvolging
➔ verschillende factoren kunnen ➔ grote steekproefgrootte nodig bij
gedetailleerde info geven zeldzame ziekten
➔ verandering van blootstelling ifv de tijd ➔ # drop outs ↗ (door de lange opvolging)
kan gemeten worden ➔ proefpersonen kunnen gedrag
➔ geen recall bias of selectiebias aanpassen vd risicofactor → bias
➔ de ziekte kan veranderen ifv de tijd

,⇒ dichotome variabelen
⇒ 'risicofactor' is dus de kans

a
Risicoblootgesteld =
a+c

● kans dat je ziek wordt als je bent blootgesteld aan de risicofactor, voorwaardelijke kans
● Risicoblootgesteld =kans (ziek /blootgesteld)
¿ P(ziek /blootgesteld )
¿( ziek en blootgesteld)
¿
¿ blootgesteld


b
Risiconiet−blootgesteld =
b+d

● kans dat je ziek wordt als je niet bent blootgesteld aan de risicofactor

a
Risico blootgesteld a+ c a .(b+d )
Relatief risico=RR= = =
Risiconiet−blootgesteld ❑ b b .( a+c)
b+d

P(ziek /blootgesteld)
● stel RR ⇒ 2 =
P ( ziek / niet−blootgesteld )
● dus teller > noemer
● dus kans dat je ziek bent als blootgesteld > kans dat je ziek bent als niet blootgesteld
● 2 . P( ziek /niet−blootgesteld )=P(ziek /blootgesteld)


RR = 1 risico is hetzelfde in de 2 groepen (blootgesteld en niet-blootgesteld)

RR > 1 verhoogd risico in de blootgestelde groep tov de niet-blootgestelde groep om
ziekte/probleem/outcome te krijgen of te ontwikkelen

, RR < 1 verlaagd risico in de blootgestelde groep tov de niet-blootgestelde groep om
ziekte/probleem/outcome te krijgen of te ontwikkelen


Berekening RR in SPSS
● ja = 0
● nee = 1
● onafhankelijke variabele = rij
● afhankelijke variabele = kolom


Is het relatief risico significant verschillend van
1?
- H0 ⇒ RR = 1
- 1 ∉ 95% betrouwbaarheidsinterval
- 1 ∉ [1,602 ; 2,485]

DUS
- p ≤ 0,05
- H0 verwerpen - H1 aanvaarden
- RR ≠ 1 - RR = 2

Bvb. ⇒ Man die ooit gerookt heeft, heeft 2x zoveel risico op hartinfarct als iemand die nooit gerookt heeft.

Procent punt
0,3
● stel RR ⇒ 0,75 =
0,4
● tussen 0,3 en 0,4 zit 0,10 ⇒ 0,30 is 10 procentpunt kleiner dan 0,40
● 0,3 is ¾ van 0,4 (reductie 25%) ⇒ 0,30 is 25% kleiner dan 0,40
● van 40% naar 20% ⇒ 50% minder en 20 procentpunt minder

CASE CONTROL STUDIE ⇒ OR
● retrospectief
● observationeel
● bij personen die al of niet een ziekte hebben, wordt er gekeken of ze al dan niet aan een
risicofactor hebben blootgestaan


Voordelen Nadelen

➔ vlug, gemakkelijk, goedkoper ➔ recall bias
➔ zeldzame ziekten ➔ niet voor zeldzame blootstellingen
➔ brede waaier aan factoren kan worden ➔ ziekte mag niet aanwezig zijn voor de
onderzocht blootstelling aan de factor
➔ geen verlies van proefpersonen (bias)

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
EG12345 Universiteit Antwerpen
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
37
Member since
1 year
Number of followers
0
Documents
17
Last sold
11 hours ago

4.3

3 reviews

5
1
4
2
3
0
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions