STATISTIEK: SAMPLING
1.POPULATIE VS STEEKPROEF
DEFENITIES
Populatie: de hele groep die we willen onderzoeken
o Mensen, plaatsen, dingen, dieren, dagen,…
Steekproef: deel van de populatie dat we effectief gaan onderzoeken
INHOUD
Doel onderzoek: iets te weten komen over de populatie
Populatie bepalen waaruit de steekproef getrokken moet worden:
exclusie- en inclusiecriteria bepalen Drop-out
o Vb. ik wil enkel kine studenten van de VUB van 18-jarige leeftijd
Belangrijk: doelpopulatie ≠ bereikbare populatie Steekproef
o Vb. doelpopulatie = alle mensen onder de 30 jaar niet bereikbaar
Populatie parameter schatten op basis van steekproefkarakteristieken
REPRESENTATIVITEIT = BELANGRIJK
o Zonder representativiteit kan er geen uitspraak gedaan Populatie
worden over populatie
o Representativiteit = belangrijker dan grootte van de steekproef
zonder representativiteit = steekproef vertekend, grootte kan dit niet oplossen
Vb. ik wil alle kine studenten van de vub van 18-jaar onderzoeken, maar er zitten ook
kine studenten bij van 20 jaar in mijn onderzoek. Ik kan mijn onderzoek niet
doortrekken naar de hele populatie aangezien mijn steekproef niet representatief is
2.GROOTTE VAN DE STEEKPROEF
Doel steekproef: resultaten gaan veralgemenen naar de populatie
DEFENITIES
Biased sampling: steekproef is niet representatief en kan niet doorgetrokken worden naar de
populatie
Steekproef parameter: de waarde die de steekproef beschrijft
Populatie parameter: de waarde die de populatie beschrijft
Absolute steekproefgrootte: waarde van steekproef
o Vb. mijn steekproef is 5 mensen
Power analyses: Hoe groot moet de steekproef minimaal zijn (= absoluut aantal elementen)
om met voldoende zekerheid (bewijskracht of power) iets te kunnen aantonen
, INHOUD
Hoe representatiever en groter de steekproef is hoe beter de steekproef parameter een schatter is
van de populatie parameter
Representativiteit = belangrijker dan grootte
Absolute steekproefgrootte = belangrijk; niet het percentage van de hele populatie
o Vb. kine is minder betrouwbaar psychologie
1e jaar kinestudenten 1e jaar psychologie
Populatie: 200 studenten Populatie: 500 studenten
ASTG: 20 ASTG: 50
10% 10%
Steekproefgrootte berekenen op basis van power analyses
Waarop is dergelijke power analyse op gebaseerd?
bij keuze steekproefgrootte, worden volgende zaken afgewogen
Grootte van effect; een verschil dat je wil aantonen, een verwachting
Gewenste precisie
Nauwkeurigheid van metingen
o Labo onderzoek heeft minder PP nodig dan veldonderzoek
Analyse voor de totale groep of voor de subgroepen
Rekening houden met de mogelijke drop-out
Kosten en beschikbare tijd
3.SAMPLING STRATEGIËN
DEFENITIES
Sampling: verschillende methoden om steekproeven te trekken
Cluster: populatie die is onderverdeeld in kleinere heterogene groepen
o Individuele kenmerken in clusters variëren
Strata: populatie die is onderverdeeld in kleinere homogene groepen
o Individuele kenmerken in strata zijn gemeenschappelijk
INHOUD
1.POPULATIE VS STEEKPROEF
DEFENITIES
Populatie: de hele groep die we willen onderzoeken
o Mensen, plaatsen, dingen, dieren, dagen,…
Steekproef: deel van de populatie dat we effectief gaan onderzoeken
INHOUD
Doel onderzoek: iets te weten komen over de populatie
Populatie bepalen waaruit de steekproef getrokken moet worden:
exclusie- en inclusiecriteria bepalen Drop-out
o Vb. ik wil enkel kine studenten van de VUB van 18-jarige leeftijd
Belangrijk: doelpopulatie ≠ bereikbare populatie Steekproef
o Vb. doelpopulatie = alle mensen onder de 30 jaar niet bereikbaar
Populatie parameter schatten op basis van steekproefkarakteristieken
REPRESENTATIVITEIT = BELANGRIJK
o Zonder representativiteit kan er geen uitspraak gedaan Populatie
worden over populatie
o Representativiteit = belangrijker dan grootte van de steekproef
zonder representativiteit = steekproef vertekend, grootte kan dit niet oplossen
Vb. ik wil alle kine studenten van de vub van 18-jaar onderzoeken, maar er zitten ook
kine studenten bij van 20 jaar in mijn onderzoek. Ik kan mijn onderzoek niet
doortrekken naar de hele populatie aangezien mijn steekproef niet representatief is
2.GROOTTE VAN DE STEEKPROEF
Doel steekproef: resultaten gaan veralgemenen naar de populatie
DEFENITIES
Biased sampling: steekproef is niet representatief en kan niet doorgetrokken worden naar de
populatie
Steekproef parameter: de waarde die de steekproef beschrijft
Populatie parameter: de waarde die de populatie beschrijft
Absolute steekproefgrootte: waarde van steekproef
o Vb. mijn steekproef is 5 mensen
Power analyses: Hoe groot moet de steekproef minimaal zijn (= absoluut aantal elementen)
om met voldoende zekerheid (bewijskracht of power) iets te kunnen aantonen
, INHOUD
Hoe representatiever en groter de steekproef is hoe beter de steekproef parameter een schatter is
van de populatie parameter
Representativiteit = belangrijker dan grootte
Absolute steekproefgrootte = belangrijk; niet het percentage van de hele populatie
o Vb. kine is minder betrouwbaar psychologie
1e jaar kinestudenten 1e jaar psychologie
Populatie: 200 studenten Populatie: 500 studenten
ASTG: 20 ASTG: 50
10% 10%
Steekproefgrootte berekenen op basis van power analyses
Waarop is dergelijke power analyse op gebaseerd?
bij keuze steekproefgrootte, worden volgende zaken afgewogen
Grootte van effect; een verschil dat je wil aantonen, een verwachting
Gewenste precisie
Nauwkeurigheid van metingen
o Labo onderzoek heeft minder PP nodig dan veldonderzoek
Analyse voor de totale groep of voor de subgroepen
Rekening houden met de mogelijke drop-out
Kosten en beschikbare tijd
3.SAMPLING STRATEGIËN
DEFENITIES
Sampling: verschillende methoden om steekproeven te trekken
Cluster: populatie die is onderverdeeld in kleinere heterogene groepen
o Individuele kenmerken in clusters variëren
Strata: populatie die is onderverdeeld in kleinere homogene groepen
o Individuele kenmerken in strata zijn gemeenschappelijk
INHOUD
