Oefentoets 50 Multiple Choice vragen + antwoorden
, 1. Welke ontwikkelingen hebben geleid tot een meer wetenschappelijke aandacht voor tests aan het
begin van de twintigste eeuw?
A) Interesse van psychiaters in geestelijke abnormaliteit en zwakzinnigheid.
B) Opkomst van experimentele psychologie in Duitsland.
C) Antropometrische onderzoeken van Galton.
D) Stichting van de Educational Testing Service (ETS) in de Verenigde Staten.
2.Welke methode van persoonlijkheidstesten wordt gekenmerkt door het aanbieden van een stimulus
waarop de proefpersoon vrij mag reageren?
A) Observatiemethode.
B) Persoonlijkheidsvragenlijsten.
C) Projectiemethode.
D) Gestandaardiseerde interviews.
3. Wat was een belangrijke technische vernieuwing van de Stanford-Binet-test van 1916?
A) Introduceren van de Army Alpha.
B) Formuleren van standaardinstructies.
C) Ontwikkelen van projectietests.
D) Opstellen van groepsfactoren voor intelligentie.
4. Welke belangrijke ontwikkeling vond plaats in Europa na de Tweede Wereldoorlog?
A) Oprichting van de Educational Testing Service (ETS).
B) Professionalisering van het selectie- en plaatsingsbeleid.
C) Uitbouw van verwerking van testgegevens per computer.
D) Toenemende focus op kwantitatief verwerkbare groepstests in Engeland.
5. Welk instituut werd in Nederland opgericht naar het model van de Educational Testing Service (ETS) in
de Verenigde Staten?
A) Commissie Testaangelegenheden Nederland (COTAN).
B) Interuniversitair Onderzoeksinstituut voor Psychometrie en Sociometrie (IOPS).
, 1. Welke ontwikkelingen hebben geleid tot een meer wetenschappelijke aandacht voor tests aan het
begin van de twintigste eeuw?
A) Interesse van psychiaters in geestelijke abnormaliteit en zwakzinnigheid.
B) Opkomst van experimentele psychologie in Duitsland.
C) Antropometrische onderzoeken van Galton.
D) Stichting van de Educational Testing Service (ETS) in de Verenigde Staten.
2.Welke methode van persoonlijkheidstesten wordt gekenmerkt door het aanbieden van een stimulus
waarop de proefpersoon vrij mag reageren?
A) Observatiemethode.
B) Persoonlijkheidsvragenlijsten.
C) Projectiemethode.
D) Gestandaardiseerde interviews.
3. Wat was een belangrijke technische vernieuwing van de Stanford-Binet-test van 1916?
A) Introduceren van de Army Alpha.
B) Formuleren van standaardinstructies.
C) Ontwikkelen van projectietests.
D) Opstellen van groepsfactoren voor intelligentie.
4. Welke belangrijke ontwikkeling vond plaats in Europa na de Tweede Wereldoorlog?
A) Oprichting van de Educational Testing Service (ETS).
B) Professionalisering van het selectie- en plaatsingsbeleid.
C) Uitbouw van verwerking van testgegevens per computer.
D) Toenemende focus op kwantitatief verwerkbare groepstests in Engeland.
5. Welk instituut werd in Nederland opgericht naar het model van de Educational Testing Service (ETS) in
de Verenigde Staten?
A) Commissie Testaangelegenheden Nederland (COTAN).
B) Interuniversitair Onderzoeksinstituut voor Psychometrie en Sociometrie (IOPS).