Kwalitatief onderzoek samenvatting
Hoorcollege 1 (hoofdstuk 1,2,3)
HOOFDSTUK 1: BELANGRIJKE INFORMATIE OM TE BEGINNEN
Wat heb je nodig om een kwalitatief onderzoeker te worden?
o Ogen en oren (kijk hoe mensen reageren en goed luisteren wat mensen zeggen en
doorvragen)
o Interesse in processen (processen die een ontwikkeling doormaken) en
betekenissen (meningen, gevoelens)
o Kritische houding ten opzichte van het leven (je wilt weten hoe en wat) en ten
opzichte van kennis (je bent theorie/hypothese aan het ontwikkelen)
o Reflectiviteit (je reflecteert op inzichten die je verkrijgt)
o Goede interactie skills (rol van interviewer, sociaal zijn)
Wat is kwalitatief onderzoek?
= een onderzoeksmethode die gericht is op het begrijpen en interpreteren van de
betekenis die mensen aan hun ervaringen geven. Het richt zich op het verkrijgen van
diepgaand inzicht in complexe fenomenen. Woorden uit bijvoorbeeld interviews is je data,
cijfers dus niet.
Het gaat niet om grote groepen mensen onderzoeken en daar uitspraken over te doen,
maar juist kleinere aantallen met meer begrip daarbij. Meer diepere en rijkere informatie
over die mensen.
We ontwikkelen theorie en niet testen vanuit vorig onderzoek. We kunnen geen gebruik
maken van eerder onderzoek.
Verschil tussen kwalitatief en kwantitatief onderzoek
Kwantitatief onderzoek Kwalitatief onderzoek
Getallen als data Woorden als data
Zoekt naar relaties tussen variabelen met Probeert betekenissen te begrijpen en te
als doel om resultaten te generaliseren interpreteren
naar een grotere populatie
‘Oppervlakkige’ maar brede data, niet te ‘Smalle’ maar rijke gegevens, veel
veel ingewikkelde details en een grote beschrijvingen, details en een kleine
steekproef steekproef
Zoekt naar consensus, normen of Zoekt naar patronen en verschillen tussen
algemene patronen de data
Theorie-testend en deductief (theorie Theorie-ontwikkeld en inductief
hypothese toetsen)
Vaste methode Minder gefixeerde methode: kan
veranderd worden gedurende hetzelfde
onderzoek
Kan snel worden voltooid Duurt langer om voltooid te worden
Big Q en Small Q
Een Big Q perspectief houdt in dat je niet erg gelooft in kwantitatief onderzoek, maar dat
de wereld bestaat uit subjectieve meningen die zich tot een bepaalde manier tot elkaar
verhouden en samen zorgen die voor een bepaalde realiteit. We kunnen geen objectieve
kennis genereren.
, Het perspectief (paradigma) dat iemand heeft hierbij is dat de hele onderzoekscirkel
(van onderzoeksvraag tot conclusie) kwalitatief is.
Een Small Q gaat ervan uit dat er verschillende manieren zijn om de werkelijkheid te
zien. Dat kunnen we met kwantitatief onderzoek doen, maar misschien hebben we ook
wel kwalitatief onderzoek nodig. Die perspectieven zouden elkaar ook nog kunnen
aanvullen.
Je gebruikt stukjes van kwalitatief onderzoek, die zet je in als onderzoeker.
Communicatiewetenschap is interdisciplinair: men beperkt zich niet enkel tot de eigen
discipline, maar er worden perspectieven van verschillende disciplines gecombineerd.
Kwalitatieve ideeën en benaderingen van uit psychologie. Onderzoeksvragen en
methoden uit sociologie en politicologie.
HOOFDSTUK 2: 10 FUNDAMENTELE CONCEPTEN VAN KWALITATIEF ONDERZOEK
10 fundamentele concepten die verduidelijken wat kwalitatief onderzoek is en daarbij
onderscheid maken van kwantitatief onderzoek:
1) QR gaat over betekenissen en niet over nummers (grote samples)
Betekenis = je wil in zijn/haar schoenen kruipen om diegene te begrijpen
(VERSTEHEN)
2) QR geeft nooit een eenduidig antwoord, er zijn meerdere interpretaties mogelijk.
3) Context is heel belangrijk (onze context zorgt ervoor dat ons onderzoek op een
bepaalde manier gevormd wordt). Belangrijk is subjectiviteit.
4) QR is ervaringsgericht (geïnteresseerd in ervaringen van deelnemers, ervaringen
van mensen begrijpen) en kritisch (jouw kijk als onderzoeker: dieper kijken dan
alleen wat mensen vertellen in hun ervaringen). Mensen een stem geven en
krijgen ruimte om hun ervaringen te vertellen. Kritisch gebruiken we eigenlijk niet.
5) QR wordt ondersteund door ontologische aannames. Ontologie = de manier
waarop we kijken naar de realiteit.
Relativisme: realiteit is afhankelijk van de manier waarop we ergens naar kijken
(kwalitatief onderzoek, subjectiviteit, meerdere antwoorden mogelijk).
Kritisch realisme: er is een bepaalde realiteit, die zien we allemaal op dezelfde
manier, maar er zit een bepaalde subjectieve laag overheen (vrienden die uitgaan
voorbeeld. Ze hebben allemaal de club gezien, maar we hangen er een
subjectieve mening aan hoe iemand die avond heeft beleefd).
Realisme: Er is 1 werkelijkheid en iedereen ziet die op dezelfde manier
(kwantitatief onderzoek, objectiviteit, manier van onderzoeken waarbij 1 antwoord
is).
6) QR wordt ondersteund door epistemologische aannames. Epistemologie = hoe
kijken we naar kennis?
Constructionisme: kennis die wij opdoen met onderzoek wordt samengesteld.
Andere onderzoekers doen dat weer anders (kwalitatief, subjectief).
Hoorcollege 1 (hoofdstuk 1,2,3)
HOOFDSTUK 1: BELANGRIJKE INFORMATIE OM TE BEGINNEN
Wat heb je nodig om een kwalitatief onderzoeker te worden?
o Ogen en oren (kijk hoe mensen reageren en goed luisteren wat mensen zeggen en
doorvragen)
o Interesse in processen (processen die een ontwikkeling doormaken) en
betekenissen (meningen, gevoelens)
o Kritische houding ten opzichte van het leven (je wilt weten hoe en wat) en ten
opzichte van kennis (je bent theorie/hypothese aan het ontwikkelen)
o Reflectiviteit (je reflecteert op inzichten die je verkrijgt)
o Goede interactie skills (rol van interviewer, sociaal zijn)
Wat is kwalitatief onderzoek?
= een onderzoeksmethode die gericht is op het begrijpen en interpreteren van de
betekenis die mensen aan hun ervaringen geven. Het richt zich op het verkrijgen van
diepgaand inzicht in complexe fenomenen. Woorden uit bijvoorbeeld interviews is je data,
cijfers dus niet.
Het gaat niet om grote groepen mensen onderzoeken en daar uitspraken over te doen,
maar juist kleinere aantallen met meer begrip daarbij. Meer diepere en rijkere informatie
over die mensen.
We ontwikkelen theorie en niet testen vanuit vorig onderzoek. We kunnen geen gebruik
maken van eerder onderzoek.
Verschil tussen kwalitatief en kwantitatief onderzoek
Kwantitatief onderzoek Kwalitatief onderzoek
Getallen als data Woorden als data
Zoekt naar relaties tussen variabelen met Probeert betekenissen te begrijpen en te
als doel om resultaten te generaliseren interpreteren
naar een grotere populatie
‘Oppervlakkige’ maar brede data, niet te ‘Smalle’ maar rijke gegevens, veel
veel ingewikkelde details en een grote beschrijvingen, details en een kleine
steekproef steekproef
Zoekt naar consensus, normen of Zoekt naar patronen en verschillen tussen
algemene patronen de data
Theorie-testend en deductief (theorie Theorie-ontwikkeld en inductief
hypothese toetsen)
Vaste methode Minder gefixeerde methode: kan
veranderd worden gedurende hetzelfde
onderzoek
Kan snel worden voltooid Duurt langer om voltooid te worden
Big Q en Small Q
Een Big Q perspectief houdt in dat je niet erg gelooft in kwantitatief onderzoek, maar dat
de wereld bestaat uit subjectieve meningen die zich tot een bepaalde manier tot elkaar
verhouden en samen zorgen die voor een bepaalde realiteit. We kunnen geen objectieve
kennis genereren.
, Het perspectief (paradigma) dat iemand heeft hierbij is dat de hele onderzoekscirkel
(van onderzoeksvraag tot conclusie) kwalitatief is.
Een Small Q gaat ervan uit dat er verschillende manieren zijn om de werkelijkheid te
zien. Dat kunnen we met kwantitatief onderzoek doen, maar misschien hebben we ook
wel kwalitatief onderzoek nodig. Die perspectieven zouden elkaar ook nog kunnen
aanvullen.
Je gebruikt stukjes van kwalitatief onderzoek, die zet je in als onderzoeker.
Communicatiewetenschap is interdisciplinair: men beperkt zich niet enkel tot de eigen
discipline, maar er worden perspectieven van verschillende disciplines gecombineerd.
Kwalitatieve ideeën en benaderingen van uit psychologie. Onderzoeksvragen en
methoden uit sociologie en politicologie.
HOOFDSTUK 2: 10 FUNDAMENTELE CONCEPTEN VAN KWALITATIEF ONDERZOEK
10 fundamentele concepten die verduidelijken wat kwalitatief onderzoek is en daarbij
onderscheid maken van kwantitatief onderzoek:
1) QR gaat over betekenissen en niet over nummers (grote samples)
Betekenis = je wil in zijn/haar schoenen kruipen om diegene te begrijpen
(VERSTEHEN)
2) QR geeft nooit een eenduidig antwoord, er zijn meerdere interpretaties mogelijk.
3) Context is heel belangrijk (onze context zorgt ervoor dat ons onderzoek op een
bepaalde manier gevormd wordt). Belangrijk is subjectiviteit.
4) QR is ervaringsgericht (geïnteresseerd in ervaringen van deelnemers, ervaringen
van mensen begrijpen) en kritisch (jouw kijk als onderzoeker: dieper kijken dan
alleen wat mensen vertellen in hun ervaringen). Mensen een stem geven en
krijgen ruimte om hun ervaringen te vertellen. Kritisch gebruiken we eigenlijk niet.
5) QR wordt ondersteund door ontologische aannames. Ontologie = de manier
waarop we kijken naar de realiteit.
Relativisme: realiteit is afhankelijk van de manier waarop we ergens naar kijken
(kwalitatief onderzoek, subjectiviteit, meerdere antwoorden mogelijk).
Kritisch realisme: er is een bepaalde realiteit, die zien we allemaal op dezelfde
manier, maar er zit een bepaalde subjectieve laag overheen (vrienden die uitgaan
voorbeeld. Ze hebben allemaal de club gezien, maar we hangen er een
subjectieve mening aan hoe iemand die avond heeft beleefd).
Realisme: Er is 1 werkelijkheid en iedereen ziet die op dezelfde manier
(kwantitatief onderzoek, objectiviteit, manier van onderzoeken waarbij 1 antwoord
is).
6) QR wordt ondersteund door epistemologische aannames. Epistemologie = hoe
kijken we naar kennis?
Constructionisme: kennis die wij opdoen met onderzoek wordt samengesteld.
Andere onderzoekers doen dat weer anders (kwalitatief, subjectief).