Locoregionale technieken
Nociceptieve pijn -> Pijn door weefselschade
Neuropatische pijn -> Pijn door disfunctionerend zenuwstelsel
VMS -> Veiligheidsmanagementsysteem, meten door VAS-score
Pijnstilling
Locaal
Regionaal
Centraal - hersenen
Werkingsmechanisme
, Lokale anesthetica blokkeren reversibel het ontstaan en voortgeleiding van elektrische impulsen op
het niveau van het celmembraan van de zenuw. Het is dus reversibel. Het werkt eventjes, maar
daarna krijg je je gevoel weer terug.
Voorbereidingen
Goed infuus (afdeling infuus checken)
Controle anesthesielijst en afspraak anesthesioloog
Ritme bewaking 3 leads
Saturatiemeting
NIBP (niet invasieve bloeddruk)
Materialen t.b.v loco regionale techniek
Intubatiemateriaal, ademsystemen
Afwijkend block overleg met de betreffende anesthesioloog
Methodieken te vinden in protocollenboek
Medicatie
Nood
Efedrine -> Verhoogt de bloeddruk en versnelt de hartslag. Wordt gebruikt bij een lage
bloeddruk tijdens een verdoving met ruggenprik.
Fenylefrine ->
Atropine
Hypnoticum
Relaxantia
Analgetica
Locoregionale technieken college 1 en 2
Spinaal
Epiduraal
CSE
Waar prik je de spinale naald?
Onder de dura mater. In de subarachnoidale ruimte en onder het ruggenmerg. In de zak spuit je
verdovingsvloeistof, zodat de prikkels worden geblokkeerd. Je maakt een chemische dwarslaesie.
Je prikt nooit in de pia mater. Ruggenmerg eindigt bij L2, ongeveer bij je heupbotten. In de dura zak
zit liquor. Wanneer er teveel liquor uitloopt, kan je hoofdpijn krijgen. Hierdoor wordt de druk rond de
wervelkolom en in het hoofd tijdelijk verlaagd. Dit kan verholpen worden door blood patch. De arts
spuit dan een kleine hoeveelheid bloed van de patiënt terug, vlakbij het gaatje waar eerder de
ruggenprik werd gegeven.
Waar prik je de epidurale naald?
Nog voor de dura mater. Die mag wel boven de L2. Dit is als je geopereerd wordt in het gebied tussen
borst en benen.
Nociceptieve pijn -> Pijn door weefselschade
Neuropatische pijn -> Pijn door disfunctionerend zenuwstelsel
VMS -> Veiligheidsmanagementsysteem, meten door VAS-score
Pijnstilling
Locaal
Regionaal
Centraal - hersenen
Werkingsmechanisme
, Lokale anesthetica blokkeren reversibel het ontstaan en voortgeleiding van elektrische impulsen op
het niveau van het celmembraan van de zenuw. Het is dus reversibel. Het werkt eventjes, maar
daarna krijg je je gevoel weer terug.
Voorbereidingen
Goed infuus (afdeling infuus checken)
Controle anesthesielijst en afspraak anesthesioloog
Ritme bewaking 3 leads
Saturatiemeting
NIBP (niet invasieve bloeddruk)
Materialen t.b.v loco regionale techniek
Intubatiemateriaal, ademsystemen
Afwijkend block overleg met de betreffende anesthesioloog
Methodieken te vinden in protocollenboek
Medicatie
Nood
Efedrine -> Verhoogt de bloeddruk en versnelt de hartslag. Wordt gebruikt bij een lage
bloeddruk tijdens een verdoving met ruggenprik.
Fenylefrine ->
Atropine
Hypnoticum
Relaxantia
Analgetica
Locoregionale technieken college 1 en 2
Spinaal
Epiduraal
CSE
Waar prik je de spinale naald?
Onder de dura mater. In de subarachnoidale ruimte en onder het ruggenmerg. In de zak spuit je
verdovingsvloeistof, zodat de prikkels worden geblokkeerd. Je maakt een chemische dwarslaesie.
Je prikt nooit in de pia mater. Ruggenmerg eindigt bij L2, ongeveer bij je heupbotten. In de dura zak
zit liquor. Wanneer er teveel liquor uitloopt, kan je hoofdpijn krijgen. Hierdoor wordt de druk rond de
wervelkolom en in het hoofd tijdelijk verlaagd. Dit kan verholpen worden door blood patch. De arts
spuit dan een kleine hoeveelheid bloed van de patiënt terug, vlakbij het gaatje waar eerder de
ruggenprik werd gegeven.
Waar prik je de epidurale naald?
Nog voor de dura mater. Die mag wel boven de L2. Dit is als je geopereerd wordt in het gebied tussen
borst en benen.