BEWAARGEVING
1
,Begripsafbakening
-Bewaargeving = contract waar een bewaarnemer één of meerdere roerende lichamelijke goederen van een bewaargever in bewaring neemt, tegen de verbintenis
om de goederen op het einde van de bewaargeving aan deze laatste terug te geven
-Sekwester = bewaargevingscontract over goederen waarover tussen twee of meer partijen betwisting bestaat en die de sekwester voor de duur van het geschil in
bewaring neemt tegen de verbintenis om bij de beëindiging van het geschil de goederen af te geven aan de partij in wiens voordeel het geschil wordt beslecht
-Vroeger was onderscheid afhankelijk van soort goed, vergoeding, en doel
Lichamelijke roerende goederen – om niet of onder bezwarende titel
o Bewaargeving
= iemand bewaart iets voor jou, en dat is het hoofddoel van het contract
Vb: jij geeft je bagage aan een bewaarlokaal
o Lastgeving (bewaring is bijkomstig)
= iemand voert een opdracht uit, en moet daarvoor iets bewaren
Vb: advocaat bewaart processtukken
o Aanneming (bewaring is bijkomstig)
= iemand voert fysieke handeling uit en bewaart het goed zolang dat nodig is
Vb: garagist houdt je auto even bij zich om die te herstellen
o Onbenoemd (om niet, bewaring is bijkomstig)
Vb: een vriend wast je auto gratis en houdt die bij zich
Onlichamelijk of onroerend goed of personen – ten bezwarende titel
Als bewaring het hoofddoel is => aanneming
Vb: babysitten of housesitten
Onlichamelijk of onroerend goed of personen – om niet
Als bewaring het hoofddoel is => onbenoemd contract, waarop gemeen recht van toepassing is
Contract waaraan de wet geen naam heeft gegeven en geen specifieke regeling voor heeft uitgewerkt
Vb: je buurvrouw past gratis op je hond
-Vandaag is onderscheidingscriterium het voorwerp van het dienstencontract
Indien voorwerp rechtshandeling is: lastgeving
o Rechtshandeling = handeling waaraan het recht bepaalde rechtsgevolgen verbindt gewild door het handelend rechtssubject
<-> Rechtsfeit = rechtsgevolgen ontstaan, zonder specifieke handeling (bv. je wordt 18 jaar)
o Eenzijdig = een rechtshandeling waarbij gevolgen worden teweeggebracht door de enkele wil van een persoon (bv. opzegging)
o Meerzijdig = wil van meerdere personen (bv. koopovereenkomst)
2
, Indien voorwerp materiele handeling is: bewaargeving of aanneming
o Materiële handeling = handeling waaraan het recht bepaalde rechtsgevolgen verbindt, maar ongewild door het handelend rechtssubject (bv.
buitencontractuele aansprakelijkheid wanneer je iemand omver rijdt)
o Bewaargeving is lex specialis vh aannemingscontract
Zorgt voor problemen bij kwalificatie bezoldigde bewaarneming (dus die tegen betaling gebeurt), bv. verzorging personen tegen betaling is geen
bezoldigde bewaargeving maar aanneming
Bewaargeving heeft enkel betrekking op roerende lichamelijke zaken (dus bewaring onroerend goed is ook aanneming)
MAAR veel gemengde contracten die beide hebben
o Bv. Amélie wilt huis verkopen waarvoor die makelaar inhuurt: makelaar moet adverteren bv. door met buurtbewoners te babbelen en zeggen dat het te
koop staat, op immo sites plaatsen,… (= materiele handelingen) en ook ondertekenen als die iemand heeft gevonden die wilt koper (= juridische
handeling)
o Combinatieleer (= cumulatieleer) moet worden toegepast (art. 5.67 BW)
o Enkel als 1 van de 2 accessoir is moet absorptieleer toegepast worden
-Onbenoemde en elders geregelde diensten-contracten: noodzaak van een gemeenrechtelijk dienstencontract
Onbenoemd dienstencontract = dienstencontract niet geregeld in BW
Bv. dienstencontract waarbij men materiële handelingen om niet verricht voor een ander = onbenoemd dienstencontract
-Boek 7: de 3 benoemde dienstencontracten (aanneming, bewaargeving en lastgeving) gefuseerd tot 1 gemeenschappelijk dienstencontract
Bepalingen gelden voor ze alle 3 en daarna de specifieke bepalingen
Voordelen
o Fragmentering tegengaan
o Wetgever kan rationeler zijn aangezien bv. de materiële dienstverlening zonder tegenprestatie geen benoemd contract is
Herschikking van bewaargeving onder boek 7
o Gemeenrechtelijk regime voor dienstencontracten
Gemeenrechtelijke bewaargeving wordt opgenomen in dienstencontract (titel 4) (hoofd of accesoir), in art. 7.4.22 BW
o Met enkele specifieke vormen van dienstencontracten (lex specialis tov gemeen regime)
Onroerende dienstencontracten
Hotelbewaargeving wordt behouden (Unieverdrag Parijs: als verdragspartij is België verplicht bepalingen te blijven respecteren) (7.4.50-7.4.57)
Sekwester (bewaargeving litigieus goed) (Titel 7, contracten met betrekking tot een geschil 7.7.1-7.7.7)
Gemeenrechtelijke bewaargeving
3
, 1. Soorten
A. Vrijwillige bewaargeving
OUD BW NIEUW BW
Art. 1920 oud BW: bewaargeving is vrijwillig of uit noodzaak Schrappen: noodzaak uit art. 1950 oud BW is komen te vervallen
Art. 1949 oud BW: definitie noodzaak
Art. 1921 BW: Vrijwillige bewaargeving komt tot stand door de wederzijdse Schrappen: je zegt dat het een contract is, en dan zeg je dat het tot stand komt
toestemming van de bewaargever en de bewaarnemer. door toestemming (herhaalt artikel 5.27, eerste lid, 1° BW)
Art. 1922 BW: Vrijwillige bewaargeving kan slechts wettig gedaan worden door
de eigenaar van de in bewaring gegeven zaak, of met zijn uitdrukkelijke of Schrappen: Het wordt algemeen aanvaard dat ook een niet-eigenaar (zoals een
stilzwijgende toestemming huurder, een vruchtgebruiker, etc.) een goed in bewaring kan geven en dat het
door hen gesloten bewaargevingscontract perfect rechtsgeldig tot stand komt.
Je moet geen eigenaar zijn (wel gebruiksbevoegdheden hebben)
Wanneer de eigenaar van het goed daarvoor geen toestemming heeft
gegeven, is het bewaargevingscontract aangegaan door de niet-
eigenaar, hem evenwel niet tegenwerpelijk => dat is wat artikel 1922 van
het oud Burgerlijk Wetboek tot uitdrukking wil brengen => principe ligt
evenwel al vervat in artikel 5.103 van het Burgerlijk Wetboek
B. Bewaargeving uit noodzaak
-Indien er voor de bewaargever geen alternatief was
Dus indien de bewaargever niet de vrijheid had om al dan niet in bewaring te geven en om een andere bewaarnemer te kiezen
Bv. bewaring uit noodzaak bij vestiaire in restaurant / kapper
-Ook hier is toestemming vereist
Dit is niet aanwezig bij een patiënt die in coma het ziekenhuis w binnengebracht
Gewone kapstokken aan muur in restaurant = louter gedogen geen aansprakelijkheid restauranthouder
-Onderscheid tss vrijwillige bewaargeving of uit noodzaak h belang voor bewijs (zie verder)
C. Hotelbewaargeving en sekwester
Zie verder
4
1
,Begripsafbakening
-Bewaargeving = contract waar een bewaarnemer één of meerdere roerende lichamelijke goederen van een bewaargever in bewaring neemt, tegen de verbintenis
om de goederen op het einde van de bewaargeving aan deze laatste terug te geven
-Sekwester = bewaargevingscontract over goederen waarover tussen twee of meer partijen betwisting bestaat en die de sekwester voor de duur van het geschil in
bewaring neemt tegen de verbintenis om bij de beëindiging van het geschil de goederen af te geven aan de partij in wiens voordeel het geschil wordt beslecht
-Vroeger was onderscheid afhankelijk van soort goed, vergoeding, en doel
Lichamelijke roerende goederen – om niet of onder bezwarende titel
o Bewaargeving
= iemand bewaart iets voor jou, en dat is het hoofddoel van het contract
Vb: jij geeft je bagage aan een bewaarlokaal
o Lastgeving (bewaring is bijkomstig)
= iemand voert een opdracht uit, en moet daarvoor iets bewaren
Vb: advocaat bewaart processtukken
o Aanneming (bewaring is bijkomstig)
= iemand voert fysieke handeling uit en bewaart het goed zolang dat nodig is
Vb: garagist houdt je auto even bij zich om die te herstellen
o Onbenoemd (om niet, bewaring is bijkomstig)
Vb: een vriend wast je auto gratis en houdt die bij zich
Onlichamelijk of onroerend goed of personen – ten bezwarende titel
Als bewaring het hoofddoel is => aanneming
Vb: babysitten of housesitten
Onlichamelijk of onroerend goed of personen – om niet
Als bewaring het hoofddoel is => onbenoemd contract, waarop gemeen recht van toepassing is
Contract waaraan de wet geen naam heeft gegeven en geen specifieke regeling voor heeft uitgewerkt
Vb: je buurvrouw past gratis op je hond
-Vandaag is onderscheidingscriterium het voorwerp van het dienstencontract
Indien voorwerp rechtshandeling is: lastgeving
o Rechtshandeling = handeling waaraan het recht bepaalde rechtsgevolgen verbindt gewild door het handelend rechtssubject
<-> Rechtsfeit = rechtsgevolgen ontstaan, zonder specifieke handeling (bv. je wordt 18 jaar)
o Eenzijdig = een rechtshandeling waarbij gevolgen worden teweeggebracht door de enkele wil van een persoon (bv. opzegging)
o Meerzijdig = wil van meerdere personen (bv. koopovereenkomst)
2
, Indien voorwerp materiele handeling is: bewaargeving of aanneming
o Materiële handeling = handeling waaraan het recht bepaalde rechtsgevolgen verbindt, maar ongewild door het handelend rechtssubject (bv.
buitencontractuele aansprakelijkheid wanneer je iemand omver rijdt)
o Bewaargeving is lex specialis vh aannemingscontract
Zorgt voor problemen bij kwalificatie bezoldigde bewaarneming (dus die tegen betaling gebeurt), bv. verzorging personen tegen betaling is geen
bezoldigde bewaargeving maar aanneming
Bewaargeving heeft enkel betrekking op roerende lichamelijke zaken (dus bewaring onroerend goed is ook aanneming)
MAAR veel gemengde contracten die beide hebben
o Bv. Amélie wilt huis verkopen waarvoor die makelaar inhuurt: makelaar moet adverteren bv. door met buurtbewoners te babbelen en zeggen dat het te
koop staat, op immo sites plaatsen,… (= materiele handelingen) en ook ondertekenen als die iemand heeft gevonden die wilt koper (= juridische
handeling)
o Combinatieleer (= cumulatieleer) moet worden toegepast (art. 5.67 BW)
o Enkel als 1 van de 2 accessoir is moet absorptieleer toegepast worden
-Onbenoemde en elders geregelde diensten-contracten: noodzaak van een gemeenrechtelijk dienstencontract
Onbenoemd dienstencontract = dienstencontract niet geregeld in BW
Bv. dienstencontract waarbij men materiële handelingen om niet verricht voor een ander = onbenoemd dienstencontract
-Boek 7: de 3 benoemde dienstencontracten (aanneming, bewaargeving en lastgeving) gefuseerd tot 1 gemeenschappelijk dienstencontract
Bepalingen gelden voor ze alle 3 en daarna de specifieke bepalingen
Voordelen
o Fragmentering tegengaan
o Wetgever kan rationeler zijn aangezien bv. de materiële dienstverlening zonder tegenprestatie geen benoemd contract is
Herschikking van bewaargeving onder boek 7
o Gemeenrechtelijk regime voor dienstencontracten
Gemeenrechtelijke bewaargeving wordt opgenomen in dienstencontract (titel 4) (hoofd of accesoir), in art. 7.4.22 BW
o Met enkele specifieke vormen van dienstencontracten (lex specialis tov gemeen regime)
Onroerende dienstencontracten
Hotelbewaargeving wordt behouden (Unieverdrag Parijs: als verdragspartij is België verplicht bepalingen te blijven respecteren) (7.4.50-7.4.57)
Sekwester (bewaargeving litigieus goed) (Titel 7, contracten met betrekking tot een geschil 7.7.1-7.7.7)
Gemeenrechtelijke bewaargeving
3
, 1. Soorten
A. Vrijwillige bewaargeving
OUD BW NIEUW BW
Art. 1920 oud BW: bewaargeving is vrijwillig of uit noodzaak Schrappen: noodzaak uit art. 1950 oud BW is komen te vervallen
Art. 1949 oud BW: definitie noodzaak
Art. 1921 BW: Vrijwillige bewaargeving komt tot stand door de wederzijdse Schrappen: je zegt dat het een contract is, en dan zeg je dat het tot stand komt
toestemming van de bewaargever en de bewaarnemer. door toestemming (herhaalt artikel 5.27, eerste lid, 1° BW)
Art. 1922 BW: Vrijwillige bewaargeving kan slechts wettig gedaan worden door
de eigenaar van de in bewaring gegeven zaak, of met zijn uitdrukkelijke of Schrappen: Het wordt algemeen aanvaard dat ook een niet-eigenaar (zoals een
stilzwijgende toestemming huurder, een vruchtgebruiker, etc.) een goed in bewaring kan geven en dat het
door hen gesloten bewaargevingscontract perfect rechtsgeldig tot stand komt.
Je moet geen eigenaar zijn (wel gebruiksbevoegdheden hebben)
Wanneer de eigenaar van het goed daarvoor geen toestemming heeft
gegeven, is het bewaargevingscontract aangegaan door de niet-
eigenaar, hem evenwel niet tegenwerpelijk => dat is wat artikel 1922 van
het oud Burgerlijk Wetboek tot uitdrukking wil brengen => principe ligt
evenwel al vervat in artikel 5.103 van het Burgerlijk Wetboek
B. Bewaargeving uit noodzaak
-Indien er voor de bewaargever geen alternatief was
Dus indien de bewaargever niet de vrijheid had om al dan niet in bewaring te geven en om een andere bewaarnemer te kiezen
Bv. bewaring uit noodzaak bij vestiaire in restaurant / kapper
-Ook hier is toestemming vereist
Dit is niet aanwezig bij een patiënt die in coma het ziekenhuis w binnengebracht
Gewone kapstokken aan muur in restaurant = louter gedogen geen aansprakelijkheid restauranthouder
-Onderscheid tss vrijwillige bewaargeving of uit noodzaak h belang voor bewijs (zie verder)
C. Hotelbewaargeving en sekwester
Zie verder
4