Literatuur aantekeningen ............................................................................................................. 3
Opgroeien in het hedendaagse gezin ............................................................................................ 3
Wetenschapsfilosofie in de context van de sociale wetenschappen ................................................ 7
Wetenschapsfilosofie voor Geesteswetenschappen.................................................................... 10
Vijf eeuwen opvoeden in Nederland ........................................................................................... 13
Pedagogiek in Beeld ................................................................................................................. 28
Passie en Pragmatisme ............................................................................................................ 29
Vrijheid van onderwijs artikel 23 ................................................................................................ 33
Sociologen over onderwijs ........................................................................................................ 34
International Handbook of Research on Teachers and Teaching .................................................... 37
Risking ourselves in Education - Biesta ....................................................................................... 40
Onderzoeken over Ouderbetrokkenheid bij schoolse ontwikkeling ................................................ 41
Opgroeien in het hedendaagse gezin .......................................................................................... 44
Pedagogiek in Beeld ................................................................................................................. 49
Het balansmodel van Bakker .................................................................................................... 50
Over Opvoeden gesproken ....................................................................................................... 50
Fostering family resiliency: a review of the key protective factors .................................................. 53
Lessons from research on resilience in human development ........................................................ 53
Hoorcolleges ............................................................................................................................. 56
College 1 02/09/2024: .............................................................................................................. 56
College 2 04/09/2024: .............................................................................................................. 57
College 3 09/09/2024: .............................................................................................................. 59
College 4 11/09/2024: .............................................................................................................. 61
College 5 16/09/2024: .............................................................................................................. 66
College 6 18/09/2024: .............................................................................................................. 71
College 7 23/09/2024: .............................................................................................................. 73
College 8 25/09/2024: .............................................................................................................. 77
College 9 2/10/2024: ................................................................................................................ 80
College 10 7/10/2024: .............................................................................................................. 82
College 11 9/10/2024: .............................................................................................................. 85
College 12 14/10/2024: ............................................................................................................ 88
, College 14 21/10/2024: ............................................................................................................ 90
College 15 23/10/2024: ............................................................................................................ 91
Responsiecollege 28/10/2024: .................................................................................................. 93
Samenvatting deel 1 ................................................................................................................... 96
Samenvatting deel 2 ................................................................................................................. 128
, Literatuur aantekeningen
Opgroeien in het hedendaagse gezin
2.1 - 2.9:
Drie van de meest invloedrijke pedagogische stromingen uit de vroegmoderne tijd zijn:
1. Het humanisme (Renaissance), gekenmerkt door Erasmus. Ca. 1400 – 1650
2. De verlichting, gekenmerkt door Locke. Ca. 1650 – 1800
3. De romantiek, gekenmerkt door Rousseau. Ca. 1800 – 1850
Het humanisme is een christelijke elitebeweging die stond voor het opknappen van de
klassieke cultuur.
Doel van de humanistischte opvoeding: de vorming van een klassieke homo universalis.
Deze persoon geloofde in vrijheid van menselijke wil, opvattingen die recht tegenover
de opvattingen van de reformatie stonden en het netjes en beleefd gedragen.
Humanistische Pedagogiek kenmerkt zich door:
- Individualistische benadering
- Inwerking op eergevoel
- Aansporing tot competitie
- Geen lichamelijk straffen
- Leren/studeren
- Goed en precies denken
Theoloog en filosoof Desiderius Erasmus (1466 – 1536) wordt gezien als kenmerk van de
humanistische pedagogiek. Hij geloofde in:
- De vorming van klassieke cultuur en christelijke vroomheid (christelijke
vroomheidvond hij het doel van opvoeden).
- Onderwijs is belangrijk voor kinderen, zo vroeg mogelijk.
- De vader is verantwoordelijk voor het opvoeden/de karaktervorming. De moeder
is voor het verzorgen.
- De rol van de leraar is belangrijk.
- Beleefdheid, bescheidenheid, ingetogenheid en nette manieren in opvoeding.
- Kinderen zijn belast met erfzonde en neigde dus naar het kwaad, maar het kind
kon gekneed worden door zijn maakbaarheid.
- Kinderen hebben een natuurlijk verlang naar kennis
- Kinderen leren door imitatie, dus een goede opvoedomgeving is van het grootste
belang.
De verlichting is een intellectuele stroming die uitgaat van het menselijke
denkvermogen als criterium bij het zoeken naar de waarheid. Kennis en rede
, (denkvermogen) zijn belangrijk tegen slechte omstandigheden, zoals bijgeloof en
armoede. De mens moet vertrouwen op eigen denken en handelen en het eigen
verstand. Ze vertrouwde op de geestelijke zelfstandigheid.
Deïsme: God is de scheper van alles, maar sinds de schepping grijpt hij niet meer in bij
het proces van de natuurwetten.
In de opvoeding was vooral tolerantie, zoals op religieus gebied, belangrijk in de
verlichting. De aandacht ging uit naar de volwassene die het kind moest worden.
Arts, natuurwetenschapper, filosoof en pedagoog John Locke (1632 – 1704) wordt
beschouwd als exponent van de verlichting. Hij geloofde in:
- Het kind komt ter wereld als Tabula Rasa, een onbeschreven blad op empirisch
niveau. (Komt overeen met de kneedbaarheid van het kind volgens Erasmus)
- God geeft karakters aan mensen en dit kan nauwelijks of niet beïnvloed worden
door mensen. Kinderen moet niet een richting op gedwongen worden.
- Het verwerpen van het idee dat er aangeboren ideeën zijn of fysische prestaties
zijn. Volgens hem komt kennis enz. tot je door ervaring en onderzoeken.
- Het aanleren van vrijheid en zelfbestuur. Zelfstandig zo goed en mogelijk over
jezelf en de wereld denken. (Het doel van opvoeding volgens Locke)
- Deugd, godvruchtigheid, welgemanierdheid en kennis.
- Het denkvermogen is een middel tot opvoeding.
De romantiek kan worden beschouwd als tegenbeweging op de verlichting. Wordt
gekenmerkt door:
- Meer nadruk op gevoel en intuïtie (i.p.v. rede en ratio)
- De maakbaarheid van mens en maatschappij had grenzen.
- Het volk of de natie zijn een organische eenheid (i.p.v. een verzameling
individuen.) De mens is afhankelijk van de maatschappij.
- Mensen zijn uniek (i.p.v. de gemeenschappelijke natuur van de mens)
In de opvoeding was er aandacht en waardering voor het kind zelf (i.p.v. de
volwassene).
Filosoof Jean-Jacques Rousseau (1712 – 1778) wordt gezien als een voorloper van de
romantiek. Hij geloofde in:
- Verwerping van de opvatting dat kennis en wetenschap het meest belangrijk
waren.
- De mens kan zelf weinig sturen in de opvoeding. ‘Alles is goed zoals het uit de
handen van de schepper komt, alles raakt verdorven in handen van de mens’
- De mens wordt van nature goed geboren, maar de maatschappij is sterk negatief
en de invloed van cultuur is verderfelijk.