Week 1
Hoofdstuk 12 Restrictie-enzymen
Restrictie enzymen zijn in bacterie voorkomende enzymen die bacteriën in staat stellen om voor
vreemd DNA, bacteriofaag DNA af te breken. De officiële naam van restrictie-enzymen is restrictie-
endodesoxyribonucleasen.
Restrictie enzymen herkennen een specifieke basenvolgorde in het DNA en splitsen dit door de
suikerfosfaatbinding te verbreken. Dit wordt ook wel digesteren genoemd.
Door restrictie-enzymen zijn bacteriofagen beperkt in hun aanval op bacteriën. Restrictie is een
ander woord voor beperking.
Elk restrictie-enzym herkent een bepaalde basensequentie. Zo’n herkenningsplaats heet recognition
site. Bacteriën beschermen zichzelf tegen het inwerken van eigen restrictie-enzymen, dit heet
modificatie (een verandering van een individu die veroorzaakt is door milieufactoren) en gebeurd
door methylering van een base. Door enzymen genaamd methylasen.
Restrictie-enzymen werken op ongemethyleerde sites, dus alleen op vreemd DNA wordt geknipt.
Typen restrictie-enzymen:
1. Type 1
Herkennen een site van 7 of meer basen en knippen op 400 t/m 7000 basen afstand. Het
zijn complexe nucleasen, die een methylasefunctie bezitten.
2. Type 2
Herkennings- en knipplaats identiek. Enzymen die Mg2+ als cofactor eisen. Ze herkennen
een basenvolgorde van 4, 5 of 6 basen.
3. Type 3
Knipplaats van de enzymen valt niet binnen de site, maar in de nabijheid, namelijk 25 tot
27 basen stroomafwaarts van de site.
Naamgeving
Micro-organisme → Stam → Volgorde van ontdekking (I=1ste, II=2de, III=3de etc.)
EcoRI
- Eco van E.coli
- R van stam RY13
- I van eerste restrictie-enzym uit E.coli
M.EcoRI = m voor methylasen
Site
In een herkenningsplaats/site is het zo dat de basenvolgorde in beide ketens elkaars spiegelbeeld
zijn, zoals GAATTC. De schrijfwijze is van 5’ naar 3’. Daarom kan een van beide strengen weergeven
genoeg zijn.
Sommige restrictie-enzymen zijn minder specifiek. Of het nou A of G is maakt dan soms niet uit. De
meeste restrictie-enzymen kunnen uitsluitend de niet-gemethyleerde sites knippen.
Hoofdstuk 12 Restrictie-enzymen
Restrictie enzymen zijn in bacterie voorkomende enzymen die bacteriën in staat stellen om voor
vreemd DNA, bacteriofaag DNA af te breken. De officiële naam van restrictie-enzymen is restrictie-
endodesoxyribonucleasen.
Restrictie enzymen herkennen een specifieke basenvolgorde in het DNA en splitsen dit door de
suikerfosfaatbinding te verbreken. Dit wordt ook wel digesteren genoemd.
Door restrictie-enzymen zijn bacteriofagen beperkt in hun aanval op bacteriën. Restrictie is een
ander woord voor beperking.
Elk restrictie-enzym herkent een bepaalde basensequentie. Zo’n herkenningsplaats heet recognition
site. Bacteriën beschermen zichzelf tegen het inwerken van eigen restrictie-enzymen, dit heet
modificatie (een verandering van een individu die veroorzaakt is door milieufactoren) en gebeurd
door methylering van een base. Door enzymen genaamd methylasen.
Restrictie-enzymen werken op ongemethyleerde sites, dus alleen op vreemd DNA wordt geknipt.
Typen restrictie-enzymen:
1. Type 1
Herkennen een site van 7 of meer basen en knippen op 400 t/m 7000 basen afstand. Het
zijn complexe nucleasen, die een methylasefunctie bezitten.
2. Type 2
Herkennings- en knipplaats identiek. Enzymen die Mg2+ als cofactor eisen. Ze herkennen
een basenvolgorde van 4, 5 of 6 basen.
3. Type 3
Knipplaats van de enzymen valt niet binnen de site, maar in de nabijheid, namelijk 25 tot
27 basen stroomafwaarts van de site.
Naamgeving
Micro-organisme → Stam → Volgorde van ontdekking (I=1ste, II=2de, III=3de etc.)
EcoRI
- Eco van E.coli
- R van stam RY13
- I van eerste restrictie-enzym uit E.coli
M.EcoRI = m voor methylasen
Site
In een herkenningsplaats/site is het zo dat de basenvolgorde in beide ketens elkaars spiegelbeeld
zijn, zoals GAATTC. De schrijfwijze is van 5’ naar 3’. Daarom kan een van beide strengen weergeven
genoeg zijn.
Sommige restrictie-enzymen zijn minder specifiek. Of het nou A of G is maakt dan soms niet uit. De
meeste restrictie-enzymen kunnen uitsluitend de niet-gemethyleerde sites knippen.