Inhoudsopgave ...................................................................................................................... 1
Samenvatting recht ............................................................................................................... 1
1 Het recht en zijn bronnen ........................................................................................ 1
1.1 Het begrip recht ....................................................................................................... 1
1.1.1 Het recht is het geheel van bindende regels: .......................................................... 1
1.1.2 Recht moet de samenleving ordenen en in stand houden ...................................... 1
1.1.3 Het recht vereist gezag............................................................................................ 1
1.2 Indeling van het recht .............................................................................................. 2
1.2.1 Publiek recht ............................................................................................................ 2
1.2.2 Privaatrecht ............................................................................................................. 2
1.2.3 Gemengde rechtstakken ......................................................................................... 3
1.2.4 Het internationaal recht ........................................................................................... 4
1.2.5 Indeling volgens territorium ..................................................................................... 4
1.2.6 Indeling volgens afdwingbaarheid ........................................................................... 4
1.3 Bronnen van recht ................................................................................................... 5
1.3.1 De wet ..................................................................................................................... 5
1.3.2 De algemene rechtsbeginselen ............................................................................. 10
1.3.3 De rechtspraak ...................................................................................................... 10
1.3.4 De gewoonte ......................................................................................................... 10
1.3.5 De pseudowetgeving ............................................................................................. 11
1.3.6 De rechtsleer ......................................................................................................... 11
1.3.7 De billijkheid .......................................................................................................... 11
2 De rechtstakken en hun basisbegrippen ............................................................... 12
2.1 Het burgerlijk recht ................................................................................................ 12
2.1.1 Begrip .................................................................................................................... 12
2.1.2 Disciplines ............................................................................................................. 12
2.1.3 Familierecht: personenrecht .................................................................................. 13
2.1.4 Familierecht: familierecht....................................................................................... 15
2.1.5 Familierecht: familiaal vermogensrecht ................................................................. 18
2.1.6 Het vermogensrecht: zakelijke rechten ................................................................. 21
2.1.7 Het vermogensrecht: verbintenissenrecht ............................................................. 23
2.1.8 Het vermogensrecht: overeenkomsten.................................................................. 26
2.1.9 Het vermogensrecht: aansprankelijkheidsrecht..................................................... 29
2.2 Het gerechtelijk recht ............................................................................................. 31
2.2.1 Fundamentele principes van de rechtspraak......................................................... 31
2.2.2 Beginselen van het procesrecht ............................................................................ 32
2.2.3 Organisatie van de rechterlijke macht ................................................................... 32
,2.2.4 Rechterlijke organisatie in burgerlijke en ondernemingszaken ............................. 33
2.2.5 Rechterlijke organisatie in strafzaken .................................................................... 35
2.2.6 Andere organen ..................................................................................................... 35
2.2.7 Verloop van gerechtelijke procedure ..................................................................... 36
2.2.8 Bewijsregeling ....................................................................................................... 37
2.2.9 Bemiddeling ........................................................................................................... 38
2.3 Ondernemingsrecht ............................................................................................... 39
2.3.1 Basisbegrippen ondernemingsrecht ...................................................................... 39
2.3.2 Basisbegrippen vennootschappen ........................................................................ 41
2.3.3 Basisbegrippen economisch recht......................................................................... 43
2.4 Staatsrecht ............................................................................................................ 44
2.4.1 De instellingen: kenmerken van de Belgische Staat: ............................................ 44
2.4.2 De instellingen: de federale overheid .................................................................... 46
2.4.3 De instellingen: de gemeenschappen en gewesten .............................................. 49
2.4.4 De instellingen: de gemeenten en provincies ........................................................ 52
2.4.5 De grondwettelijke rechten en vrijheden: algemeen.............................................. 53
2.4.6 De grondwettelijke rechten en vrijheden: Gelijkheid der Belgen ........................... 53
2.5 Straf- en procesrecht ............................................................................................. 57
2.5.1 Grondwettelijke beginselen ................................................................................... 57
2.5.2 Basisbegrippen van het strafrecht ......................................................................... 58
2.5.3 Basisbegrippen van het strafprocesrecht .............................................................. 61
2.6 Fiscaal recht .......................................................................................................... 66
2.6.1 grondwettelijke beginselen .................................................................................... 66
2.6.2 Basisbegrippen van het materieel fiscaal recht ..................................................... 66
2.6.3 Basisbegrippen van het formeel fiscaal recht ........................................................ 68
2.7 Het internationaal recht ......................................................................................... 69
2.7.1 Basisbegrippen van het internationaal recht ......................................................... 69
2.7.2 De Europese Unie ................................................................................................. 71
,Samenvatting recht
1 Het recht en zijn bronnen
1.1 Het begrip recht
Recht = het geheel van bindende regels die ons in een bepaalde richting sturen door
afdwingbaarheid via het staatsapparaat.
- Doel = samenleving te ordenen
- Recht vereist gezag
- Context, tijds en plaatsgebonden (binnen 100 jaar zullen de regels weer anders
zijn)
1.1.1 Het recht is het geheel van bindende regels:
- Gebodsbepalingen
o Vb.: mens in nood helpen
- Verbodsbepalingen
o Vb.: niemand slaan, stelen
- Verlofbepalingen
o Vb.: je moet ze niet doen, maar mag je doen
- Regels toepasbaar na keuze
o Vb.: huwelijk
- Wilsaanvullende regels
o Vb.: contract aflsuiten waar niet alles geregeld is à een huurprijs is
afgesproken, maar wie de herstellingen doet niet, kun je hierin aanpassen
- Regels m.b.t. termijnen, procedures, vormvoorschriften,...
1.1.2 Recht moet de samenleving ordenen en in stand houden
- Staat niet los van sociale, politieke, filosofische (euthanasie) en economische
(pensioen) belangen
- Het recht bekrachtigt bestaande toestanden
- Het recht schept ook nieuwe toestanden: lage emissie zone
1.1.3 Het recht vereist gezag
- Naleven van het recht
o Afdwingbaarheid door sanctie
o Taak van de rechterlijke macht
o Vandaag ook via bemiddeling
Recht wordt door de overheid opgelegd en wordt door haar afgedwongen.
- Recht kan onderscheiden worden van andere normensystemen
o Godsdienst, moraal, beleefdheid
1
, 1.2 Indeling van het recht
- Publiek recht
o Verhouding: regelt het recht tussen overheid en burger
o Algemeen belang
o Dwingend recht
o Openbare orde: er kan niet van worden afgeweken (belasting moet je
betalen)
- Privaat recht
o Verhouding: regelt het recht tussen burgers onderling
o Particulier belang
o Aanvullend recht
1.2.1 Publiek recht
- Het staatsrecht of grondwettelijk recht
o De grondwet
o Regels m.b.t de inrichting, de bevoegdheid, de werking van de staat en de
fundamentele rechten en vrijheden van de burger.
o Basis van politieke en rechterlijke organisatie
- Het bestuurs- of administratief recht
o In aparte wetteksten, geen overkoepeld wetboek
o Regels m.b.t. de concrete rechtsrelatie tussen administratie en de burger
o Bv. Bouwvergunning, beroep tegen deliberatie
- Strafrecht
o Strafwetboek
o Strafregels bevatten een omschrijving van strafbare gedragingen en
sancties.
- Strafprocesrecht
o Wetboek van strafvordering
o Geeft aan welke procedure moet gevolgd worden als iemand een misdrijf
heeft gepleegd.
- Fiscaal recht
o Wetboek inkomstenbelastingen, wetboek successierechten...
o Regelt de belastingen die rechtsonderhorigen moeten betalen
1.2.2 Privaatrecht
- Burgerlijk recht
o Code Napoléon 1804, Minister Koen Geens plannen om te hervormen
o Bevat algemene en essentiële begrippen van het recht
o Huwelijk, afstamming, erfenis, contracten, aansprakelijkheid,...
2