Week 1
Te bestuderen literatuur:
- 33-40, 95-103, 132-146, 172-177, 321-326 (OC)
- 3-18 (Beginselen NL staatsrecht)
- 194-197 (Epistemische bedreigingen van de rechtsstaat)
Te maken opdrachten:
- Opdrachten 1 t/m 3 uit werkboek
Werkgroep 1: Staatsrecht en rechtsstaat 11/09/2024
Tentamen: meerkeuzevragen / open vraag – meenemen: wettenbundel / jurisprudentiebundel
Dwang: mogelijkheid om een ander te dwingen, feitelijk.
Gezag: gelegitimeerde dwang (dwang uitgeoefend op basis van een bevoegdheid)
Democratische legitimiteit: als besluiten en regels democratisch gelegitimeerd zijn, krijgen ze
meer draagvlak. (p. 124 OC)
- Een meerderheid van een volksvertegenwoordigend orgaan heeft ermee ingestemd
- Legaal vastgesteld binnen de grenzen van het recht
- Te rechtvaardigen moeten zijn op basis van een kenbare motivering, met steekhoudende
argumenten, die de uitkomst is van een transparant besluitvormingsproces
Kern is een soort aanvaarding door de gekozen volksvertegenwoordiging, als die aanvaarding er
is (democratische legitimiteit) dan is er sprake van gezag en niet van dwang.
Beginselen van de rechtsstaat (p. 136-137 OC)
I. Legaliteitsbeginsel: overheidshandelen moet terug te voeren zijn op de wet
II. Scheiding der macht: wetgevende, uitvoerende en rechtsprekende macht
III. Onafhankelijke rechtspraak: rechters die niet verbonden zijn met andere machten
IV. Grondrechten en grondrechtenbescherming: kernmoraal
Tentamenvraag: hoe hangen de eisen van de rechtsstaat samen met gezag?
Democratie draait om het recht van meerderheden en de rechtsstaatgedachte staat voor de
bescherming van individuen en hun vrijheidsrechten (p. 141-142 OC)
- Deze twee zijn tegenstrijdig en houden elkaar in balans
o Pure democratie: de meerderheid wint, de minderheden raken weg
o Nadruk op individu: rechten zijn relatief, op deze manier geen uitkomsten
Epistemische bedreigingen (bedreigingen die draaien om kennis)
- Op gebied van wetenschap is deze bedreiging groot; sociale media
- Vertrouwen in de overheid / rechtsstaat / wetenschap wordt ondermijnd
Is de entiteit een staat?
Houd rekening met: territorium, gemeenschap, interne soevereiniteit, externe soevereiniteit
(erkend worden)
, - Nederland: ja, voldoet aan alle eisen (waarom?) of nee: Koninkrijk der Nederlanden
- VK: ja, voldoet aan alle eisen (waarom?)
- EU: nee, wel afgebakend territorium, niet 1 gemeenschap, wel interne soevereiniteit
(verdragen), extern? ------ organisatie, maar heeft wel trekken van een staat
- Somalië: nee, wel afgebakend territorium, wel 1 gemeenschap, nauwelijks interne
soevereiniteit, wel externe soevereiniteit vanwege erkenning door buitenland
- Noord-Korea: ja, wel afgebakend territorium, wel 1 gemeenschap, gezag is er, verdragen
Is de entiteit een formele constitutie of een materiële constitutie?
Houd rekening met: Grondwet of (Grondwet) + andere constitutionele regels
- Nederland: formeel; statuut en grondwet, materieel; reglementen, ongeschreven recht
- VK: materieel; geen grondwet, wel constitutionele wetten
- EU: materieel; geen formele constitutie, wel verdragen
- Somalië: formeel; qua effectieve gezagsuitoefening ten aanzien van de grondwet laat wat
te wensen over
- Noord-Korea: formeel: grondwet, materieel: andere regels
Is de entiteit een democratische rechtsstaat?
Houd rekening met: legaliteitsbeginsel, machtenscheiding, grondrechten, onafhankelijke
rechtspraak
- Nederland: ja, deze beginselen worden gerespecteerd
- VK: ja, voldoet aan eisen (discussie; grondrechten want geen grondwet)
- EU: ja, voldoet aan eisen (discussie; geen staat)
- Somalië: nee, geen machtenscheiding, geen echte bescherming grondrechten vanwege
gebrek aan effectief gezag
- Noord-Korea: nee, geen machtenscheiding, geen rechtsbescherming, meer dwang dan
gezag