Door:
Klas: 5V1
Docent: mevr. Kasper
,Inhoudsopgave
Inhoudsopgave
Beschrijving verhaalpersonen
Compositie
Samenvatting
Fragment
Thematiek
Recensies
Antwoord op vraag
Eigen mening
, Beschrijving verhaalpersonen
Personages:
Marianne Brilleslijper (Janny)
Janny is een van de twee hoofdpersonen in het verhaal. Ze is koppig en
vastberaden. Ook in de slechte omstandigheden in het kamp Bergen-Belsen lees je
dat ze vastberaden is om met haar zus te overleven. Ook is ze erg behulpzaam. Je
in het verhaal leest dat de familie Brilleslijper naar ’t Hooge Nest verhuist. Binnen een
mum van tijd zijn er al 17 personen in het huis ondergedoken. Hieruit kun je dus
afleiden dat de familie en dus ook Janny erg behulpzaam is.
Rebekka Brilleslijper (Lientje)
Lien is de andere hoofdpersoon in het verhaal. Ze is wat onzekerder en emotioneler
dan haar zus Janny. Wel is ze heel creatief en vindt ze het prachtig om muziek te
maken en te zingen.
Compositie
Het boek is opgedeeld in een aantal stukken. Je hebt eerst een woord vooraf, en
daarna een voorafgaand hoofdstuk op het werkelijke verhaal. De titel van dit
hoofdstuk is ‘Mensch durf te leven’. Er wordt verteld over Dirk Witte, dat hij ’t Hooge
Nest heeft laten bouwen en dat hij de schrijver van het levenslied ‘Mensch durf te
leven’ is.
Daarna begint deel 1 van het boek genaamd ‘Oorlog’. Hier wordt in verteld wat de
hoofdpersonen hebben meegemaakt voordat ze in ’t Hooge Nest belanden.
Deel 2 heet ’t Hooge Nest. Hier wordt in beschreven wat de familie meemaakt in het
huis en hoe ze zijn opgepakt.
Deel 3 heeft de naam ‘Overleven’. Dit deel is zo genoemd omdat de zusjes en de
rest van de familie moeten zien te overleven in de concentratiekampen en de
werkkampen.
Het boek wordt in chronologische tijdvolgorde verteld. Er is sprake van een
alwetende verteller. De verteller heeft ook informatie van de geschiedenis wat de
zusjes allemaal hebben meegemaakt en over andere personen. Hij geeft soms
informatie waarvan je een vermoeden krijgt wat er gaat gebeuren. Bijvoorbeeld een
fragment dat de familie wijn drinkt in ’t Hoog Nest en dat ze maar een paar glaasjes
pakken. De schrijver schreef toen: “Later zal het haar spijten dat ze toen niet alles
hebben opgedronken”. Hier kun je dus uit afleiden dat de familie iets te gebeuren
gaat.
Auctoriale vertelinstantie:
Hij staat als het ware 'boven' het verhaal: hij ziet neer op alles wat gebeurt en weet
alles van het verhaal, de personages, hun motieven en gedachten. Zo krijgt de lezer
een compleet overzicht van alle gebeurtenissen en het waarom en hoe daarvan.