3.1 INLEIDING
Activiteitendiagrammen zijn dynamische diagrammen. Ze worden vaak voor gedetailleerde ICT-
ontwerpen gebruikt (e.g. algoritmen). In deze diagrammen zit een bepaalde volgordelijkheid.
lineair model: er zijn geen aftakkingen
Een model begint met een
initial node, deze wordt
opgevolgd door bepaalde
actions (geschreven in
gebiedende wijs), de pijlen
noemen we transitions en het
model eindigt met één of
meerdere final node(s).
Keuzestroom
Één van de twee wordt
uitgevoerd.
Wanneer er verschillende uitkomsten zijn in een activiteitendiagram, zullen er twee verschillende
flows moeten lopen naar de final node. Dit kan door het gebruik van decision flow elements in
de vorm van een ruit.
* Bij de decision node is er één
inkomende pijl en meerdere
uitgaande pijlen. Bij de
uitgaande peilen staan tussen
bakhaken de zogenoemde
guards (condities). Het is
noodzakelijk dat de guards niet
tegelijk kunnen optreden.
* Bij de merge node zijn er
meerdere inkomende pijlen en
één uitgaande pijl.
Concurrent stroom
Allebei de acties worden
uitgevoerd. (de volgorde ligt
niet vast)
Er wordt gebruik gemaakt van
2 elementen:
* de fork node: de flow wordt
op alle uitgaande pijlen
continueerd.
* de join node.
Activiteitendiagrammen zijn dynamische diagrammen. Ze worden vaak voor gedetailleerde ICT-
ontwerpen gebruikt (e.g. algoritmen). In deze diagrammen zit een bepaalde volgordelijkheid.
lineair model: er zijn geen aftakkingen
Een model begint met een
initial node, deze wordt
opgevolgd door bepaalde
actions (geschreven in
gebiedende wijs), de pijlen
noemen we transitions en het
model eindigt met één of
meerdere final node(s).
Keuzestroom
Één van de twee wordt
uitgevoerd.
Wanneer er verschillende uitkomsten zijn in een activiteitendiagram, zullen er twee verschillende
flows moeten lopen naar de final node. Dit kan door het gebruik van decision flow elements in
de vorm van een ruit.
* Bij de decision node is er één
inkomende pijl en meerdere
uitgaande pijlen. Bij de
uitgaande peilen staan tussen
bakhaken de zogenoemde
guards (condities). Het is
noodzakelijk dat de guards niet
tegelijk kunnen optreden.
* Bij de merge node zijn er
meerdere inkomende pijlen en
één uitgaande pijl.
Concurrent stroom
Allebei de acties worden
uitgevoerd. (de volgorde ligt
niet vast)
Er wordt gebruik gemaakt van
2 elementen:
* de fork node: de flow wordt
op alle uitgaande pijlen
continueerd.
* de join node.