Week 1 – samenvatting – Cerebrale parese
Algemeen over Cerebrale Parese
Cerebrale Parese = een aandoening in de ontwikkeling
van beweging- en houdingsregulatie die activiteiten
beperken en veroorzaakt worden door non-progressieve
laesies in het zich ontwikkelende centrale zenuwstelsel
van de foetus of het pasgeboren kind.
Cerebrale Parese is een heterogene aandoening in
etiologie, uitingsvorm en ernst.
Vaak in combinatie met problemen in de;
o Zintuigelijke waarneming (visus, gehoor)
o Cognitie
o Communicatie
o Perceptie
o Voeding
o Gedrag
o Epileptische stoornis
Risicofactoren (hierdoor ontstaan malformaties en/of laesies in de hersenen) (plaats en
uitgebreidheid bepalen de ernst;
o Beschadiging of abnormale ontwikkeling van het brein (vanaf conceptie tot 1 jaar).
< 10% ontstaat tijdens de geboorte.
o Prematuur of postmatuur
< 37 weken of > 42 weken.
o Periventriculaire leukomalacie
Beschadigingen witte stof, graad 1-4.
< 33 weken
38% PLV
o Peri- en intra ventriculaire hemorragie
o Cerebrale infecties
Geboorte
De normale geboorte is tussen de 37 en 42 weken.
- 7-8% prematuur geboorte.
Dreiging vroeggeboorte 24-34 weken
1. Stimuleren van de longrijping.
2. Injecties met corticosteroïden.
3. Weeënremmers.
4. Vaak toch nog binnen 24-48 uur geboren.
5. Baby opgenomen op de NICU.
Dreiging vroeggeboorte 34-36 weken
1. Corticosteroïden hebben geen meerwaarde meer.
2. Geen weeënremmers.
3. Opname op de couveuse afdeling.
Dreiging vroeggeboorte 36-37 weken
1. Bevalling altijd in het ziekenhuis.
2. Controle kinderarts.
3. Naar huis of nog een tijdelijke opname in het ziekenhuis.
,Typen Cerebrale Parese
Er zijn verschillende typen cerebrale parese;
1. Diplegie spasme
2. Hemiplegie spasme
3. Tetraplegie spasme
4. Dyskinetische Cerebrale Parese
5. Ataxie Cerebrale Parese
Typen kunnen ook gemend met elkaar zijn.
- Spasme, dyskinesie en/of ataxie.
Spasticiteit
Spasticiteit = de spiertonus wordt hoofdzakelijk geregeld door de output van het alfa-motorneuron.
Dit neuron ontvangt zowel inhiberende signalen (GABA) van de hersenen als exciterende informatie
van de spieren en de huid. Door beschadigingen van de hersenen komt er onvoldoende GABA vrij
(een neurotransmitter in het ruggenmerg). Het is het niet in balans zijn van de inhiberende en
exciterende signalen, wat resulteert in een verhoogde spiertonus.
Spastische bewegingsstoornissen
Snelheidsafhankelijke weerstand;
- Stoornissen in spieractivatie.
- Stoornissen in spierstijfheid.
- Stoornissen in spierlengte.
Piramidaal syndroom
- Verhoogde myotatische reflexactiviteit
- Clonus
- Verlaagde of pathologische exteroceptieve
reflexactiviteit (polysynaptisch)
- Hypertonie
- Vergrote reflexogene zone
- Knipmesfenomeen
- Abnormale primaire posturele reflexen
- Parese
- Synergiën
- Verlies van geïsoleerde willekeurige
bewegingen
Negatieve symptomen
Verlies aan prestatie van willekeurige motoriek.
Positieve symptomen
Abnormale uitingen van overtollige spieractiviteiten
,GMFCS
GMFCS = Gross Motor Function Classification System
1. Deze kinderen zijn het minst aangedaan, hebben
geen hulpmiddel. Ze kunnen binnen- en
buitenshuis lopen zonder problemen. Ze kunnen
grof motorisch redelijk normaal functioneren,
maar snelheid, balans en coördinatie zijn lastig.
2. Deze kinderen hebben een klein beetje
hulp/steun nodig. Ze kunnen binnen- en
buitenshuis lopen, lopen trap met behulp van de
leuning. Ze ervaren problemen met lopen op een
oneffen ondergrond, in een drukke omgeving en
bij lange afstanden.
3. Deze kinderen gebruiken een (loop)hulpmiddel.
Ze hebben vaak een looprekje of voor langere
afstanden een arm-gestuurde rolstoel. Ze
kunnen traplopen met behulp van de leuning.
4. Deze kinderen hebben meer steun/hulp nodig.
Ze kunnen kleine stukjes lopen met fysieke hulp
en een (loop)hulpmiddel. Ze hebben een
bestuurbare rolstoel.
5. Deze kinderen zijn het ergst aangedaan. Ze zijn afhankelijk van een ander. Ze kunnen vaak
niet zelf meer een rolstoel besturen.
Het is pas na 2 jaar goed te classificeren in welke categorie het kind valt.
Het wordt al wel eerder gescoord, om een beeld te kunnen schetsen en de ouders in te
kunnen lichten over de verwachtingen op latere leeftijd.
Onderzoek Cerebrale Parese
Anamnese (hulpvraag ouders/kind).
Inspectie (motoscopie, observatie).
Onderzoek (motometrie, metingen).
- Meten van spasticiteit:
o MAS
o Tardieu
Behandeling Cerebrale Parese
Revalidatiearts: coördinator
- Botulinetoxine behandeling/ gipsredressie/ gangbeeld-analyse
Orthopeed
- Spier(pees)verlenging/osteotomieën/peestransposities/scoliose operatie/arm-hand chirurgie
Neuroloog
- Orale medicatie (spasmolitica), intra-thecale
baclofenpomp.
Fysiotherapeut / ergotherapeut / logopedist
Pedagogisch medewerker/maatschappelijk werker
Orthopedisch instrumentmaker (orthesen)
, Bij 80%
van de
mensen met Cerebrale Parese komt spasticiteit voor.
- Onvrijwillige samentrekking van een spier.
- Hypertonie.
- Stijfheid van spieren.
Algemeen over Cerebrale Parese
Cerebrale Parese = een aandoening in de ontwikkeling
van beweging- en houdingsregulatie die activiteiten
beperken en veroorzaakt worden door non-progressieve
laesies in het zich ontwikkelende centrale zenuwstelsel
van de foetus of het pasgeboren kind.
Cerebrale Parese is een heterogene aandoening in
etiologie, uitingsvorm en ernst.
Vaak in combinatie met problemen in de;
o Zintuigelijke waarneming (visus, gehoor)
o Cognitie
o Communicatie
o Perceptie
o Voeding
o Gedrag
o Epileptische stoornis
Risicofactoren (hierdoor ontstaan malformaties en/of laesies in de hersenen) (plaats en
uitgebreidheid bepalen de ernst;
o Beschadiging of abnormale ontwikkeling van het brein (vanaf conceptie tot 1 jaar).
< 10% ontstaat tijdens de geboorte.
o Prematuur of postmatuur
< 37 weken of > 42 weken.
o Periventriculaire leukomalacie
Beschadigingen witte stof, graad 1-4.
< 33 weken
38% PLV
o Peri- en intra ventriculaire hemorragie
o Cerebrale infecties
Geboorte
De normale geboorte is tussen de 37 en 42 weken.
- 7-8% prematuur geboorte.
Dreiging vroeggeboorte 24-34 weken
1. Stimuleren van de longrijping.
2. Injecties met corticosteroïden.
3. Weeënremmers.
4. Vaak toch nog binnen 24-48 uur geboren.
5. Baby opgenomen op de NICU.
Dreiging vroeggeboorte 34-36 weken
1. Corticosteroïden hebben geen meerwaarde meer.
2. Geen weeënremmers.
3. Opname op de couveuse afdeling.
Dreiging vroeggeboorte 36-37 weken
1. Bevalling altijd in het ziekenhuis.
2. Controle kinderarts.
3. Naar huis of nog een tijdelijke opname in het ziekenhuis.
,Typen Cerebrale Parese
Er zijn verschillende typen cerebrale parese;
1. Diplegie spasme
2. Hemiplegie spasme
3. Tetraplegie spasme
4. Dyskinetische Cerebrale Parese
5. Ataxie Cerebrale Parese
Typen kunnen ook gemend met elkaar zijn.
- Spasme, dyskinesie en/of ataxie.
Spasticiteit
Spasticiteit = de spiertonus wordt hoofdzakelijk geregeld door de output van het alfa-motorneuron.
Dit neuron ontvangt zowel inhiberende signalen (GABA) van de hersenen als exciterende informatie
van de spieren en de huid. Door beschadigingen van de hersenen komt er onvoldoende GABA vrij
(een neurotransmitter in het ruggenmerg). Het is het niet in balans zijn van de inhiberende en
exciterende signalen, wat resulteert in een verhoogde spiertonus.
Spastische bewegingsstoornissen
Snelheidsafhankelijke weerstand;
- Stoornissen in spieractivatie.
- Stoornissen in spierstijfheid.
- Stoornissen in spierlengte.
Piramidaal syndroom
- Verhoogde myotatische reflexactiviteit
- Clonus
- Verlaagde of pathologische exteroceptieve
reflexactiviteit (polysynaptisch)
- Hypertonie
- Vergrote reflexogene zone
- Knipmesfenomeen
- Abnormale primaire posturele reflexen
- Parese
- Synergiën
- Verlies van geïsoleerde willekeurige
bewegingen
Negatieve symptomen
Verlies aan prestatie van willekeurige motoriek.
Positieve symptomen
Abnormale uitingen van overtollige spieractiviteiten
,GMFCS
GMFCS = Gross Motor Function Classification System
1. Deze kinderen zijn het minst aangedaan, hebben
geen hulpmiddel. Ze kunnen binnen- en
buitenshuis lopen zonder problemen. Ze kunnen
grof motorisch redelijk normaal functioneren,
maar snelheid, balans en coördinatie zijn lastig.
2. Deze kinderen hebben een klein beetje
hulp/steun nodig. Ze kunnen binnen- en
buitenshuis lopen, lopen trap met behulp van de
leuning. Ze ervaren problemen met lopen op een
oneffen ondergrond, in een drukke omgeving en
bij lange afstanden.
3. Deze kinderen gebruiken een (loop)hulpmiddel.
Ze hebben vaak een looprekje of voor langere
afstanden een arm-gestuurde rolstoel. Ze
kunnen traplopen met behulp van de leuning.
4. Deze kinderen hebben meer steun/hulp nodig.
Ze kunnen kleine stukjes lopen met fysieke hulp
en een (loop)hulpmiddel. Ze hebben een
bestuurbare rolstoel.
5. Deze kinderen zijn het ergst aangedaan. Ze zijn afhankelijk van een ander. Ze kunnen vaak
niet zelf meer een rolstoel besturen.
Het is pas na 2 jaar goed te classificeren in welke categorie het kind valt.
Het wordt al wel eerder gescoord, om een beeld te kunnen schetsen en de ouders in te
kunnen lichten over de verwachtingen op latere leeftijd.
Onderzoek Cerebrale Parese
Anamnese (hulpvraag ouders/kind).
Inspectie (motoscopie, observatie).
Onderzoek (motometrie, metingen).
- Meten van spasticiteit:
o MAS
o Tardieu
Behandeling Cerebrale Parese
Revalidatiearts: coördinator
- Botulinetoxine behandeling/ gipsredressie/ gangbeeld-analyse
Orthopeed
- Spier(pees)verlenging/osteotomieën/peestransposities/scoliose operatie/arm-hand chirurgie
Neuroloog
- Orale medicatie (spasmolitica), intra-thecale
baclofenpomp.
Fysiotherapeut / ergotherapeut / logopedist
Pedagogisch medewerker/maatschappelijk werker
Orthopedisch instrumentmaker (orthesen)
, Bij 80%
van de
mensen met Cerebrale Parese komt spasticiteit voor.
- Onvrijwillige samentrekking van een spier.
- Hypertonie.
- Stijfheid van spieren.
