College aantekeningen Organisaties in de
21e eeuw
College 1 – Introductie
Crisis? What Crisis?
- Organiseren komt tegenwoordig neer op crisis management. We leven van crisis naar crisis,
constante verandering. Crisissen worden sociaal bepaald.
- Voorbeelden: banken crisis (2008), EU crisis (Griekenland), Doping crisis (Armstrong, Rabobank),
Hoger onderwijs crisis (Teelken, InHolland) Klimaat crisis (opwarming van de aarde, Al Gore),
Nucleaire crisis (Fukusima), Terreur crisis (9/11 etc.), Technology crisis (Wikileaks), Arabische lente
crisis (Tunesië, Syrië, IS)
- Een crisis reflecteert een breakdown van het systeem
- Is de crisis economisch of politiek?
- Kunnen crises ook organisationeel zijn?
- Bovengenoemde crisissen zijn dramatischer en van grote schaal. Organisaties hebben vaak te
maken met kleinere crisissen, dit zijn triggers voor veranderingen en nieuwe discussie punten
- Vaak een economische of politieke
- De formele organisatie is het hedendaagse dominante organisatie principe
Arabische lente
- Het systeem van Egypte, Syrië. Libië etc. werd doormiddel van media en technologie door iedereen
besproken
- Echter geen bloeiende democratieën en emancipatie in deze landen door Arabische Lente
- De landen zijn failed states en failed organisations. Er is geen hoger opgeleide middenklasse,
infrastructuur, etc. waardoor de landen goed georganiseerd kunnen worden
Continuïteit en verandering of continue verandering?
- Tegenwoordig geen organigrammen meer, steeds meet bottom-up organiseren
- CSR is de tegenhanger van Risk managent en crisismanagement, CSR is bedoeld om crisissen te
voorkomen en dus om risk management en crisis management te voorkomen
- Organisaties veranderen door interne dynamiek, interactie met elkaar, en door interactie met de
samenleving.
Hoofdvragen in dit vak
- Wat wordt er nou precies bedoeld met ‘organiseren’?
Er is pas sprake van een organisatie als er een beslis orde aan ten grondslag ligt
(organisations as decided orders)
- En hoe zijn ‘organiseren’ en ‘de samenleving’ gerelateerd aan elkaar
Niet-formele en niet-organisationele middelen van ordenen
- Instituties
1
,- Netwerken
- Marketen
- Associaties
- Clubs en verenigingen
- (Virtuele) technologieën
- Onafhankelijke professionals
- (sub)culturen
- Families, kinship relaties
- Sociale bewegingen
- Ondernemersschap
Orders
- We proberen coördinatie tussen markten, kennisuitwisseling en politieke systemen aan te brengen.
We gaan niet van orde naar chaos, we veranderen de orde
- Emergente orde: instituties, netwerken vs. Besliste orde: organisaties
Meyer & Bromley
- Organiseren wordt een globaal fenomeen
- Significantie van het actor zijn (decided order)
- Toenemende aantal van organisaties
- Meer georganiseerde velden
- Organisaties zijn geformaliseerd
- Organisationeel bereik is aan het uitbreidden
- Worden organisaties allesomvattend en uitbuitende ‘Big Brother’?
Uitleg van deze organisationele uitbreidding (Meyer & Bromley)
- Cultureel en politiek proces, de organisatie als dominante cultuur formatie.
- Het principe van organiseren zelf is de verklarend krijgt. Organisaties versterken zichzelf.
- Culturele rationalisering
Kenmerken van de moderne organisatie (Meyer & Bromley)
- Blik naar buiten gericht
- Wereldsamenleving als locus
- Verantwoordelijkheid bij het rationele individu, empowered hoog opgeleide professionals
- Accountancy bedrijven rationaliseren organisaties
- Autoriteit, actorhood, CSR
- Netwerken, lerende flexibele organisaties die interacteren met de omgeving en reflecteren.
constructief en positief dat de organisatie uitbreidt
Video: Het brein van de bankier
- 4.30-5.40; 6.35-10.05; 14.00-18.15; 19.40-20.45; 22.20off
- Identificeer tenminste drie organisationele processen die relevant zijn voor de bankencrisis
- Wat zie jij als het beslissende proces?
- Bankers are “Psychopaths” (not legal but criminal)
2
, - “Something wrong with the rules”
- Biology of “risk-taking” (testosteron)
- Not a rational but a narcotic experience (“addiction”)
- Monopoly money (dissociation from reality)
- Complex products (derivatives)
- Pursuit of self-interest/ Winner effects/ heroes
- Model builders (restricted worldview)
- What about: ‘rationalization’, ‘standardization’, ‘actorhood’ and ‘responsibility’. ... ??
- Casino Capitalism?!
Onthouden
- Globalization produces a world of agentic, empowered, rationalized, standardized, complex and
professionally managed organizations (Meyer and Bromley, 2013)
College 2 – CSR (en rozen casus)
- Rasche et al bouwt voort op Ahrne en Brunsson, Rasche et al passen Ahrne en Brunsson toe op CSR.
Partiële organisatie toegepast op CSR dus.
Organisatie als een dominant proces:
- Meyer & Bromley: ‘een wereldwijde explosie van organisaties en organiseren’
In getallen
In domeinen
In intensiteit
- De toenemende dominantie over het sociale leven vanuit grote organisaties en hun satellieten en
branches. Zoals banken, Google en Microsoft
Formalisering, professionalisering en standaardisering
Karakteristieken van hedendaagse formele organisatie (Meyer en Bromley)
- Identiteit: soevereiniteit, burgerschap (verantwoordelijkheid), controle en informatie (monitoring
en sanctionering)
- Doel-eind doelgerichtheid: middelen, doelen, bronnen (mensen, financiering, kennis, voorbeeld
Microsoft)
- Dus twee hoofddimensies met drie kenmerken
- Organisaties gaan zich gedragen als een actor, ze creëren een eigen identiteit. De means-end
purposiveness gaat over de productiekant van de organisatie, over de te bereiken doelen en
productieprocessen, hoe je doelen en middelen bij elkaar brengt en een strategie maakt.
- Diepere definitie dan Ahrne en Brunsson
Belangrijkste organisatie elementen (definitie van Ahrne & Brunsson
Lidmaatschap
Hiërarchie
Regels
Monitoring
Sanctionering
3
21e eeuw
College 1 – Introductie
Crisis? What Crisis?
- Organiseren komt tegenwoordig neer op crisis management. We leven van crisis naar crisis,
constante verandering. Crisissen worden sociaal bepaald.
- Voorbeelden: banken crisis (2008), EU crisis (Griekenland), Doping crisis (Armstrong, Rabobank),
Hoger onderwijs crisis (Teelken, InHolland) Klimaat crisis (opwarming van de aarde, Al Gore),
Nucleaire crisis (Fukusima), Terreur crisis (9/11 etc.), Technology crisis (Wikileaks), Arabische lente
crisis (Tunesië, Syrië, IS)
- Een crisis reflecteert een breakdown van het systeem
- Is de crisis economisch of politiek?
- Kunnen crises ook organisationeel zijn?
- Bovengenoemde crisissen zijn dramatischer en van grote schaal. Organisaties hebben vaak te
maken met kleinere crisissen, dit zijn triggers voor veranderingen en nieuwe discussie punten
- Vaak een economische of politieke
- De formele organisatie is het hedendaagse dominante organisatie principe
Arabische lente
- Het systeem van Egypte, Syrië. Libië etc. werd doormiddel van media en technologie door iedereen
besproken
- Echter geen bloeiende democratieën en emancipatie in deze landen door Arabische Lente
- De landen zijn failed states en failed organisations. Er is geen hoger opgeleide middenklasse,
infrastructuur, etc. waardoor de landen goed georganiseerd kunnen worden
Continuïteit en verandering of continue verandering?
- Tegenwoordig geen organigrammen meer, steeds meet bottom-up organiseren
- CSR is de tegenhanger van Risk managent en crisismanagement, CSR is bedoeld om crisissen te
voorkomen en dus om risk management en crisis management te voorkomen
- Organisaties veranderen door interne dynamiek, interactie met elkaar, en door interactie met de
samenleving.
Hoofdvragen in dit vak
- Wat wordt er nou precies bedoeld met ‘organiseren’?
Er is pas sprake van een organisatie als er een beslis orde aan ten grondslag ligt
(organisations as decided orders)
- En hoe zijn ‘organiseren’ en ‘de samenleving’ gerelateerd aan elkaar
Niet-formele en niet-organisationele middelen van ordenen
- Instituties
1
,- Netwerken
- Marketen
- Associaties
- Clubs en verenigingen
- (Virtuele) technologieën
- Onafhankelijke professionals
- (sub)culturen
- Families, kinship relaties
- Sociale bewegingen
- Ondernemersschap
Orders
- We proberen coördinatie tussen markten, kennisuitwisseling en politieke systemen aan te brengen.
We gaan niet van orde naar chaos, we veranderen de orde
- Emergente orde: instituties, netwerken vs. Besliste orde: organisaties
Meyer & Bromley
- Organiseren wordt een globaal fenomeen
- Significantie van het actor zijn (decided order)
- Toenemende aantal van organisaties
- Meer georganiseerde velden
- Organisaties zijn geformaliseerd
- Organisationeel bereik is aan het uitbreidden
- Worden organisaties allesomvattend en uitbuitende ‘Big Brother’?
Uitleg van deze organisationele uitbreidding (Meyer & Bromley)
- Cultureel en politiek proces, de organisatie als dominante cultuur formatie.
- Het principe van organiseren zelf is de verklarend krijgt. Organisaties versterken zichzelf.
- Culturele rationalisering
Kenmerken van de moderne organisatie (Meyer & Bromley)
- Blik naar buiten gericht
- Wereldsamenleving als locus
- Verantwoordelijkheid bij het rationele individu, empowered hoog opgeleide professionals
- Accountancy bedrijven rationaliseren organisaties
- Autoriteit, actorhood, CSR
- Netwerken, lerende flexibele organisaties die interacteren met de omgeving en reflecteren.
constructief en positief dat de organisatie uitbreidt
Video: Het brein van de bankier
- 4.30-5.40; 6.35-10.05; 14.00-18.15; 19.40-20.45; 22.20off
- Identificeer tenminste drie organisationele processen die relevant zijn voor de bankencrisis
- Wat zie jij als het beslissende proces?
- Bankers are “Psychopaths” (not legal but criminal)
2
, - “Something wrong with the rules”
- Biology of “risk-taking” (testosteron)
- Not a rational but a narcotic experience (“addiction”)
- Monopoly money (dissociation from reality)
- Complex products (derivatives)
- Pursuit of self-interest/ Winner effects/ heroes
- Model builders (restricted worldview)
- What about: ‘rationalization’, ‘standardization’, ‘actorhood’ and ‘responsibility’. ... ??
- Casino Capitalism?!
Onthouden
- Globalization produces a world of agentic, empowered, rationalized, standardized, complex and
professionally managed organizations (Meyer and Bromley, 2013)
College 2 – CSR (en rozen casus)
- Rasche et al bouwt voort op Ahrne en Brunsson, Rasche et al passen Ahrne en Brunsson toe op CSR.
Partiële organisatie toegepast op CSR dus.
Organisatie als een dominant proces:
- Meyer & Bromley: ‘een wereldwijde explosie van organisaties en organiseren’
In getallen
In domeinen
In intensiteit
- De toenemende dominantie over het sociale leven vanuit grote organisaties en hun satellieten en
branches. Zoals banken, Google en Microsoft
Formalisering, professionalisering en standaardisering
Karakteristieken van hedendaagse formele organisatie (Meyer en Bromley)
- Identiteit: soevereiniteit, burgerschap (verantwoordelijkheid), controle en informatie (monitoring
en sanctionering)
- Doel-eind doelgerichtheid: middelen, doelen, bronnen (mensen, financiering, kennis, voorbeeld
Microsoft)
- Dus twee hoofddimensies met drie kenmerken
- Organisaties gaan zich gedragen als een actor, ze creëren een eigen identiteit. De means-end
purposiveness gaat over de productiekant van de organisatie, over de te bereiken doelen en
productieprocessen, hoe je doelen en middelen bij elkaar brengt en een strategie maakt.
- Diepere definitie dan Ahrne en Brunsson
Belangrijkste organisatie elementen (definitie van Ahrne & Brunsson
Lidmaatschap
Hiërarchie
Regels
Monitoring
Sanctionering
3
