Commerciële Contracten c.s. jurisprudentie rechtsregels
HC 1: Inleiding. Bijzonder karakter en uitleg van commerciële contracten
Meyer Europe/Pontmeyer
Bij de uitleg van contractsbepalingen dient als uitgangspunt beslissend gewicht te worden
toegekend aan de meest voor de hand liggende taalkundige betekenis van de woorden,
gelezen in het licht van de overige, voor de uitleg relevante bepalingen. Dit is vatbaar voor
tegenbewijs.
Lundiform/Mexx
Ook indien bij de uitleg van een overeenkomst groot gewicht toekomt aan de taalkundige
betekenis van de gekozen bewoordingen, kunnen de overige omstandigheden van het geval
meebrengen dat een andere (dan de taalkundige) betekenis aan de bepalingen van de
overeenkomst moet worden gehecht. Beslissend is immers de zin die partijen in de gegeven
omstandigheden over en weer redelijkerwijs aan deze bepalingen mochten toekennen en
hetgeen zij te dien aanzien redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten. Dit stelt de rechter
in staat om, vooralsnog zonder een inhoudelijke beoordeling van de stellingen van partijen, te
komen tot een voorshands oordeel aangaande de uitleg van de overeenkomst. Vervolgens zal
de rechter evenwel dienen te beoordelen of de partij die een andere uitleg van de
overeenkomst verdedigt, voldoende heeft gesteld om tot bewijs dan wel tegenbewijs te
worden toegelaten.
Valerbosch/X
De rechter die een overeenkomst moet uitleggen kan daarbij tot het voorlopige oordeel komen
dat een daarin voorkomende bepaling moet worden uitgelegd overeenkomstig de taalkundige
betekenis daarvan. Voor een zodanig voorlopig oordeel is niet vereist dat partijen over de tekst
van de bepaling hebben onderhandeld of bij de onderhandelingen zijn bijgestaan door
(juridisch) deskundigen. Evenmin is vereist dat de overeenkomst is gesloten tussen
professionele partijen of dat de aard van de transactie of de omvang en gedetailleerdheid van
de overeenkomst aanleiding geven tot zodanig voorlopig oordeel. Het is aan de rechter om te
beoordelen welk gewicht daarbij moet worden gehecht aan het al dan niet aanwezig zijn van
deze omstandigheden, mede gelet op eventuele overige, op dat moment gebleken
omstandigheden van het geval.
HC 2: De precontractuele verhouding bij commerciële contracten
CBB/JPO
Ieder van de onderhandelende partijen is vrij de onderhandelingen af te breken, tenzij dit op
grond van het gerechtvaardigd vertrouwen van de wederpartij in het totstandkomen van de
overeenkomst of in verband met de andere omstandigheden van het geval onaanvaardbaar
zou zijn. Er moet rekening worden gehouden met de mate waarin en wijze waarop wegloper
aan het ontstaan van het vertrouwen heeft bijgedragen en met diens gerechtvaardigde
belangen en rekening houden met onvoorziene omstandigheden. Dit is een strenge tot
terughoudendheid nopende maatstaf.
McCourt/Tennor
Volgens de NCC is Haviltex van toepassing bij beoordeling of contract tot stand is gekomen.
Vervolgens wijst de NCC op de hoedanigheid van partijen. In deze context heeft handtekening
van een vertegenwoordigingsbevoegde ‘officer’ grote betekenis en gewicht. De conclusie was
, dat de deal nog niet rond was, want de TA was nog niet getekend. De verschillende afgelegde
verklaringen kunnen hieraan niet afdoen. Dit alles mede in het licht van de LOI die een binaire
optie bood: tekenen en de koopprijs/niet-tekenen en de break fee betalen.
HC 3: SPA – koopprijs
Ingenium/Intrum Justitia c.s.
Intrum Justitia kon na de transactie zelfstandig het beleid van Buckaroo bepalen. Haar
handelen behoefde niet te zijn gericht op het verschuldigd worden van earn out-betalingen.
Wel diende zij rekening te houden met hetgeen is opgenomen in de commercial letter, terwijl
de mogelijkheid van een schadevergoeding wegens schending van een verplichting in de
commercial letter niet werd uitgesloten. Of, en zo ja, welke verplichtingen in de commercial
letter zijn opgenomen, valt aan de hand van artikel 4 niet te beantwoorden.
Conclusie A-G inzake CoBe/Staples
De AG is het eens met het hof dat het bij uitleg gaat om wat is voortgekomen uit het arrest
Lundiform/Mexx.
Zolang de gestelde uitleg door de wederpartij niet is betwist, volstaat dat het ‘wat’ van die
uitleg wordt gesteld, maar zodra die betwisting wel plaatsvindt, wordt de aannemelijkheid van
de gestelde uitleg (af te wegen tegen de aannemelijkheid van een alternatieve uitleg) en dus
het ‘waarom’ van de aan de vordering ten grondslag gelegde contractsinhoud wel degelijk van
belang.
HC 4: voorwaarden en pre-completion covenants in SPA’s
Nordian 14 mei 2020
Door geen W&I-verzekering af te sluiten heeft Nordian de vervulling van de voorwaarde in het
Signing Protocol van het afsluiten van een W&I-verzekering belet. (r.o. 4.6) Nordian heeft niet
in redelijkheid kunnen besluiten om geen W&I-verzekering aan te gaan en dat de redelijkheid
en billijkheid derhalve meebrengen dat de voorwaarde als vervuld moet worden beschouwd
(r.o. 4.9). Het Signing Protocol verplicht Nordian slechts tot het tekenen van de SPA en nog niet
tot daadwerkelijke uitvoering van de SPA. In dat licht bezien valt niet in te zien waarom [eisers]
naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid ongewijzigde instandhouding van het Signing
Protocol niet mag verwachten (r.o. 4.10). De partijen hebben de mogelijke gevolgen van de
Corona-crisis besproken en afgesproken dat zij geen material adverse change clause of een
specifieke corona clausule op nemen in de SPA. Nordian komt derhalve geen beroep toe op
onvoorziene omstandigheden (art. 6:258 BW) (r.o. 4.16). Nordian wordt gevorderd om de SPA
te tekenen binnen twee werkdagen na het vonnis (r.o. 4.18).
Nordian 14 september 2020
Nordian heeft onvoldoende aannemelijk gemaakt dat zij aan haar inspanningsverplichting
heeft voldaan (‘voldoende haar best heeft gedaan’) (r.o. 9.7), maar het is niet alleen aan
Nordian te verwijten dat de financieringsvoorwaarde is ingeroepen. Dus art. 6:23 BW gaat hier
niet op (r.o. 10.3).
Sandscape/KPE
Als uitgangspunt moet beslissend gewicht worden toegekend aan de meest voor de hand
liggende taalkundige betekenis (r.o. 3.9). In r.o. 3.10 wordt dit toegepast op de casus.
HC 1: Inleiding. Bijzonder karakter en uitleg van commerciële contracten
Meyer Europe/Pontmeyer
Bij de uitleg van contractsbepalingen dient als uitgangspunt beslissend gewicht te worden
toegekend aan de meest voor de hand liggende taalkundige betekenis van de woorden,
gelezen in het licht van de overige, voor de uitleg relevante bepalingen. Dit is vatbaar voor
tegenbewijs.
Lundiform/Mexx
Ook indien bij de uitleg van een overeenkomst groot gewicht toekomt aan de taalkundige
betekenis van de gekozen bewoordingen, kunnen de overige omstandigheden van het geval
meebrengen dat een andere (dan de taalkundige) betekenis aan de bepalingen van de
overeenkomst moet worden gehecht. Beslissend is immers de zin die partijen in de gegeven
omstandigheden over en weer redelijkerwijs aan deze bepalingen mochten toekennen en
hetgeen zij te dien aanzien redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten. Dit stelt de rechter
in staat om, vooralsnog zonder een inhoudelijke beoordeling van de stellingen van partijen, te
komen tot een voorshands oordeel aangaande de uitleg van de overeenkomst. Vervolgens zal
de rechter evenwel dienen te beoordelen of de partij die een andere uitleg van de
overeenkomst verdedigt, voldoende heeft gesteld om tot bewijs dan wel tegenbewijs te
worden toegelaten.
Valerbosch/X
De rechter die een overeenkomst moet uitleggen kan daarbij tot het voorlopige oordeel komen
dat een daarin voorkomende bepaling moet worden uitgelegd overeenkomstig de taalkundige
betekenis daarvan. Voor een zodanig voorlopig oordeel is niet vereist dat partijen over de tekst
van de bepaling hebben onderhandeld of bij de onderhandelingen zijn bijgestaan door
(juridisch) deskundigen. Evenmin is vereist dat de overeenkomst is gesloten tussen
professionele partijen of dat de aard van de transactie of de omvang en gedetailleerdheid van
de overeenkomst aanleiding geven tot zodanig voorlopig oordeel. Het is aan de rechter om te
beoordelen welk gewicht daarbij moet worden gehecht aan het al dan niet aanwezig zijn van
deze omstandigheden, mede gelet op eventuele overige, op dat moment gebleken
omstandigheden van het geval.
HC 2: De precontractuele verhouding bij commerciële contracten
CBB/JPO
Ieder van de onderhandelende partijen is vrij de onderhandelingen af te breken, tenzij dit op
grond van het gerechtvaardigd vertrouwen van de wederpartij in het totstandkomen van de
overeenkomst of in verband met de andere omstandigheden van het geval onaanvaardbaar
zou zijn. Er moet rekening worden gehouden met de mate waarin en wijze waarop wegloper
aan het ontstaan van het vertrouwen heeft bijgedragen en met diens gerechtvaardigde
belangen en rekening houden met onvoorziene omstandigheden. Dit is een strenge tot
terughoudendheid nopende maatstaf.
McCourt/Tennor
Volgens de NCC is Haviltex van toepassing bij beoordeling of contract tot stand is gekomen.
Vervolgens wijst de NCC op de hoedanigheid van partijen. In deze context heeft handtekening
van een vertegenwoordigingsbevoegde ‘officer’ grote betekenis en gewicht. De conclusie was
, dat de deal nog niet rond was, want de TA was nog niet getekend. De verschillende afgelegde
verklaringen kunnen hieraan niet afdoen. Dit alles mede in het licht van de LOI die een binaire
optie bood: tekenen en de koopprijs/niet-tekenen en de break fee betalen.
HC 3: SPA – koopprijs
Ingenium/Intrum Justitia c.s.
Intrum Justitia kon na de transactie zelfstandig het beleid van Buckaroo bepalen. Haar
handelen behoefde niet te zijn gericht op het verschuldigd worden van earn out-betalingen.
Wel diende zij rekening te houden met hetgeen is opgenomen in de commercial letter, terwijl
de mogelijkheid van een schadevergoeding wegens schending van een verplichting in de
commercial letter niet werd uitgesloten. Of, en zo ja, welke verplichtingen in de commercial
letter zijn opgenomen, valt aan de hand van artikel 4 niet te beantwoorden.
Conclusie A-G inzake CoBe/Staples
De AG is het eens met het hof dat het bij uitleg gaat om wat is voortgekomen uit het arrest
Lundiform/Mexx.
Zolang de gestelde uitleg door de wederpartij niet is betwist, volstaat dat het ‘wat’ van die
uitleg wordt gesteld, maar zodra die betwisting wel plaatsvindt, wordt de aannemelijkheid van
de gestelde uitleg (af te wegen tegen de aannemelijkheid van een alternatieve uitleg) en dus
het ‘waarom’ van de aan de vordering ten grondslag gelegde contractsinhoud wel degelijk van
belang.
HC 4: voorwaarden en pre-completion covenants in SPA’s
Nordian 14 mei 2020
Door geen W&I-verzekering af te sluiten heeft Nordian de vervulling van de voorwaarde in het
Signing Protocol van het afsluiten van een W&I-verzekering belet. (r.o. 4.6) Nordian heeft niet
in redelijkheid kunnen besluiten om geen W&I-verzekering aan te gaan en dat de redelijkheid
en billijkheid derhalve meebrengen dat de voorwaarde als vervuld moet worden beschouwd
(r.o. 4.9). Het Signing Protocol verplicht Nordian slechts tot het tekenen van de SPA en nog niet
tot daadwerkelijke uitvoering van de SPA. In dat licht bezien valt niet in te zien waarom [eisers]
naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid ongewijzigde instandhouding van het Signing
Protocol niet mag verwachten (r.o. 4.10). De partijen hebben de mogelijke gevolgen van de
Corona-crisis besproken en afgesproken dat zij geen material adverse change clause of een
specifieke corona clausule op nemen in de SPA. Nordian komt derhalve geen beroep toe op
onvoorziene omstandigheden (art. 6:258 BW) (r.o. 4.16). Nordian wordt gevorderd om de SPA
te tekenen binnen twee werkdagen na het vonnis (r.o. 4.18).
Nordian 14 september 2020
Nordian heeft onvoldoende aannemelijk gemaakt dat zij aan haar inspanningsverplichting
heeft voldaan (‘voldoende haar best heeft gedaan’) (r.o. 9.7), maar het is niet alleen aan
Nordian te verwijten dat de financieringsvoorwaarde is ingeroepen. Dus art. 6:23 BW gaat hier
niet op (r.o. 10.3).
Sandscape/KPE
Als uitgangspunt moet beslissend gewicht worden toegekend aan de meest voor de hand
liggende taalkundige betekenis (r.o. 3.9). In r.o. 3.10 wordt dit toegepast op de casus.
