Hoofdstuk 3 ziektebeelden
3.1
Stoornis: afwijking in het lichaam, geest of het functioneren ervan.
Beperking: verminderd functioneren door gevolgen van ziekte of aandoening.
Acute ziekte: treed onverwacht en plotseling op en kan ook snel verdwijnen.
Chronische ziekte: ontstaat geleidelijk en kan langdurige klachten veroorzaken.
Acute ziekte kan ook overgaan in een chronische ziekte.
3.2 acute ziektebeelden:
Verkoudheid hoofdpijn, loopneus, zekere keel.
Virus en besmettelijk. Verzwakt je lichaam,
waardoor je infecties kan krijgen.
Gaat meestal over na 7 dagen.
Griep verkoudheid, koorts en spierpijn.
Virus en besmettelijk. Verzwakt je lichaam
waardoor je infecties kan krijgen.
Meestal in de winter. Mensen die kwetsbaar zijn,
krijgen de griepprik.
Allergische reactie Overgevoelige reactie van het lichaam.
Roodheid, zwelling, jeuk.
Allergeen: stof die overgevoelige reactie
veroorzaakt.
Histamine = behandeling.
Cerebraal Vasculair Accident (CVA) Ongeluk in de hersenen, bloedingen of stolsel in
bloedvaten.
Veroorzaakt door slechte vaten, te dik bloed, te
hoge bloeddruk.
Herseninfarct Is een CVA. Doorbloeding word onderbroken
door een bloedstolsel. Achter het stolsel komt
geen zuurstof waardoor het hersenweefsel
beschadigt.
Verlamming, warrig spreken/denken, tintelingen,
erge hoofdpijn, evenwicht stoornis.
Hersenbloeding Is een CVA. Bloedvat barst, hersenen worden
beschadigd doordat er bloed komt op plekken
waar het niet hoort. Vrijgekomen bloed gaat
stollen en de druk in de hersenen gaat omhoog.
Verlamming, warrig spreken/denken, tintelingen,
erge hoofdpijn, evenwicht stoornis.
Blaasontsteking Ontsteking van de blaaswand. Vaker bij vrouwen.
Brandende pijn tijdens het plassen, vaak moeten
plassen, sterk ruikende urine, zeurende pijn in
onderbuik.
Goed behandelbaar met antibiotica.
Hartinfarct/ hartaanval Bloedvat raakt plotseling afgesloten.
Pijn aan de borst, ongemak bovenlichaam,
kortademig.
3.1
Stoornis: afwijking in het lichaam, geest of het functioneren ervan.
Beperking: verminderd functioneren door gevolgen van ziekte of aandoening.
Acute ziekte: treed onverwacht en plotseling op en kan ook snel verdwijnen.
Chronische ziekte: ontstaat geleidelijk en kan langdurige klachten veroorzaken.
Acute ziekte kan ook overgaan in een chronische ziekte.
3.2 acute ziektebeelden:
Verkoudheid hoofdpijn, loopneus, zekere keel.
Virus en besmettelijk. Verzwakt je lichaam,
waardoor je infecties kan krijgen.
Gaat meestal over na 7 dagen.
Griep verkoudheid, koorts en spierpijn.
Virus en besmettelijk. Verzwakt je lichaam
waardoor je infecties kan krijgen.
Meestal in de winter. Mensen die kwetsbaar zijn,
krijgen de griepprik.
Allergische reactie Overgevoelige reactie van het lichaam.
Roodheid, zwelling, jeuk.
Allergeen: stof die overgevoelige reactie
veroorzaakt.
Histamine = behandeling.
Cerebraal Vasculair Accident (CVA) Ongeluk in de hersenen, bloedingen of stolsel in
bloedvaten.
Veroorzaakt door slechte vaten, te dik bloed, te
hoge bloeddruk.
Herseninfarct Is een CVA. Doorbloeding word onderbroken
door een bloedstolsel. Achter het stolsel komt
geen zuurstof waardoor het hersenweefsel
beschadigt.
Verlamming, warrig spreken/denken, tintelingen,
erge hoofdpijn, evenwicht stoornis.
Hersenbloeding Is een CVA. Bloedvat barst, hersenen worden
beschadigd doordat er bloed komt op plekken
waar het niet hoort. Vrijgekomen bloed gaat
stollen en de druk in de hersenen gaat omhoog.
Verlamming, warrig spreken/denken, tintelingen,
erge hoofdpijn, evenwicht stoornis.
Blaasontsteking Ontsteking van de blaaswand. Vaker bij vrouwen.
Brandende pijn tijdens het plassen, vaak moeten
plassen, sterk ruikende urine, zeurende pijn in
onderbuik.
Goed behandelbaar met antibiotica.
Hartinfarct/ hartaanval Bloedvat raakt plotseling afgesloten.
Pijn aan de borst, ongemak bovenlichaam,
kortademig.