Aardrijkskunde hoofdstuk 3 havo 4
Paragraaf 1
- Kolonie Brits-Indië
Rond 1900 is Groot-Brittannië 1 van de machtigste landen ter wereld. Het huidig India was 1 van de
overzeese kolonies.
India is net als andere overzeese rijksdelen een exploitatie-kolonie.
Groot-Brittannië verbeterde de infrastructuur om zo snel en veel mogelijk producten te kunnen
verplaatsen.
Australië was ook een kolonie van Groot-Brittannië. Het was een vestigingskolonie.
-Dekolonisatie
Door de 2de wereldoorlog en een wereldcrisis verloor Groot-Brittannië de grip op Brits-Indië. Onder
aanvoering van Mahatma Gandi is de dekolonisatie een feit.
Brits-Indië werd verdeel in 4 landen = India, Sri Lanka, Pakistan en Bangladesh.
India blijft wel lid van de Britse gemenebest = een vrijwillige overeenkomst tussen 53 onafhankelijke
staten.
Door de jaren van samenwerking is er een multiculturele samenleving in Groot-Brittannië ontstaan.
-Verstedelijking
1800 had Groot-Brittannië een plattelandssamenleving ruim 200 jaar later is dat helemaal veranderd
de mensen wonen nu veel meer in de stad. Die verandering is begonnen met de stoommachine die
kon mensen sneller van A naar B brengen.
In India is de verstedelijking later gekomen, toch wordt er verwacht dat Delhi & Mumbai de 2de en 3de
grootste stad worden van de wereld.
-Van industrie naar diensten
Zware industrie in Groot-Brittannië vielen na de 2de wereldoorlog in verval. Dat had te maken met dat
het te duur werd en de milieuwetgeving steeds strenger werd. Daardoor vond er de-industrialisatie
plaats.
De verandering had ook ruimtelijke gevolgen. De dienstverlenende bedrijven zitten liever in steden
met hoge opgeleiden mensen. Londen is zo een plek geworden een zeer belangrijke plek voor
bedrijven.
-Toenemende ongelijkheid
Londen heeft grote bedrijven die grote bedrijven trekken hoogopgeleiden mensen aan. Die verdienen
daar goed meer dan mensen buiten Londen er is een regionale ongelijkheid. Binnen Londen zijn er
ook verschillen. Voor een gewone Londenaar is het leven daar bijna niet te betalen door de hoge huis
prijzen. Alleen de rijke Londenaren kunnen daar wonen.
AARDRIJKSKUNDE HOOFDSTUK 3 HAVO 4 ALISHA ADITI MOHAN
, Aardrijkskunde hoofdstuk 3 havo 4
Paragraaf 2
- Ontwikkelingskenmerken
Welvaartspeil = is de kwaliteit van het leven van de inwoners van een land. Landen in Europa en
Noord-Amerika hebben de meest ontwikkelde landen. Afrika en Azië hebben juist weinig
ontwikkelingslanden. De ontwikkeling in nooit gelijk je heb plekken die minder goed zijn ontwikkeld
dan andere.
Je kan dit ongeveer bepalen door het BNP per inwoner, de beschikbare basisbehoeften (voedsel,
onderdak, onderwijs en gezondheidszorg), geboortecijfers of levensverwachting.
-Het bruto nationaal product
BNP (bruto nationaal product) = is de totale productie van goederen en diensten in een jaar van een
land uitgedrukt in geld. Met het BNP kan je het gemiddelde inkomen bereken door BNP: inwoners
van het land. Dit is aardig grof het is namelijk nooit allemaal gelijk sommige inwoners zijn rijker en
sommige juist armer.
Er is ook al inkomen verschil tussen regionale gebieden. In de stad verdien je meer dan op het
platteland. Dit moet je bruto regionaal product (brp).
Er zijn verschillend factoren die dit onbetrouwbaar kunnen maken
• Als er geen gegevens zijn bijv. Nederland heeft het centraal bureau voor statistiek in arme landen
word er een schatting gemaakt
• De wisselkoers de wisselkoers van een land ligt vaak niet gelijk met die van de wereld
• De koopkracht je kan met dollar veel meer kopen in arme landen dan in bijv. nl
-Human development index (hdi)
Het human development index wordt gemaakt aan de hand van 3 factoren = bnp per inwoner
(economisch), de levensverwachting (demografisch kenmerk) en analfabetisme (sociaal-cultureel
kenmerk) hoe dichter bij het cijfer 1 hoe beter de ontwikkeling.
India neemt op een middenmoot plaats. Dit is geen informatie over de ruimtelijke en sociale
verschillen in een land. In India is het verschil tussen snel ontwikkelde gebieden en gebieden met een
achterstand groot.
AARDRIJKSKUNDE HOOFDSTUK 3 HAVO 4 ALISHA ADITI MOHAN
Paragraaf 1
- Kolonie Brits-Indië
Rond 1900 is Groot-Brittannië 1 van de machtigste landen ter wereld. Het huidig India was 1 van de
overzeese kolonies.
India is net als andere overzeese rijksdelen een exploitatie-kolonie.
Groot-Brittannië verbeterde de infrastructuur om zo snel en veel mogelijk producten te kunnen
verplaatsen.
Australië was ook een kolonie van Groot-Brittannië. Het was een vestigingskolonie.
-Dekolonisatie
Door de 2de wereldoorlog en een wereldcrisis verloor Groot-Brittannië de grip op Brits-Indië. Onder
aanvoering van Mahatma Gandi is de dekolonisatie een feit.
Brits-Indië werd verdeel in 4 landen = India, Sri Lanka, Pakistan en Bangladesh.
India blijft wel lid van de Britse gemenebest = een vrijwillige overeenkomst tussen 53 onafhankelijke
staten.
Door de jaren van samenwerking is er een multiculturele samenleving in Groot-Brittannië ontstaan.
-Verstedelijking
1800 had Groot-Brittannië een plattelandssamenleving ruim 200 jaar later is dat helemaal veranderd
de mensen wonen nu veel meer in de stad. Die verandering is begonnen met de stoommachine die
kon mensen sneller van A naar B brengen.
In India is de verstedelijking later gekomen, toch wordt er verwacht dat Delhi & Mumbai de 2de en 3de
grootste stad worden van de wereld.
-Van industrie naar diensten
Zware industrie in Groot-Brittannië vielen na de 2de wereldoorlog in verval. Dat had te maken met dat
het te duur werd en de milieuwetgeving steeds strenger werd. Daardoor vond er de-industrialisatie
plaats.
De verandering had ook ruimtelijke gevolgen. De dienstverlenende bedrijven zitten liever in steden
met hoge opgeleiden mensen. Londen is zo een plek geworden een zeer belangrijke plek voor
bedrijven.
-Toenemende ongelijkheid
Londen heeft grote bedrijven die grote bedrijven trekken hoogopgeleiden mensen aan. Die verdienen
daar goed meer dan mensen buiten Londen er is een regionale ongelijkheid. Binnen Londen zijn er
ook verschillen. Voor een gewone Londenaar is het leven daar bijna niet te betalen door de hoge huis
prijzen. Alleen de rijke Londenaren kunnen daar wonen.
AARDRIJKSKUNDE HOOFDSTUK 3 HAVO 4 ALISHA ADITI MOHAN
, Aardrijkskunde hoofdstuk 3 havo 4
Paragraaf 2
- Ontwikkelingskenmerken
Welvaartspeil = is de kwaliteit van het leven van de inwoners van een land. Landen in Europa en
Noord-Amerika hebben de meest ontwikkelde landen. Afrika en Azië hebben juist weinig
ontwikkelingslanden. De ontwikkeling in nooit gelijk je heb plekken die minder goed zijn ontwikkeld
dan andere.
Je kan dit ongeveer bepalen door het BNP per inwoner, de beschikbare basisbehoeften (voedsel,
onderdak, onderwijs en gezondheidszorg), geboortecijfers of levensverwachting.
-Het bruto nationaal product
BNP (bruto nationaal product) = is de totale productie van goederen en diensten in een jaar van een
land uitgedrukt in geld. Met het BNP kan je het gemiddelde inkomen bereken door BNP: inwoners
van het land. Dit is aardig grof het is namelijk nooit allemaal gelijk sommige inwoners zijn rijker en
sommige juist armer.
Er is ook al inkomen verschil tussen regionale gebieden. In de stad verdien je meer dan op het
platteland. Dit moet je bruto regionaal product (brp).
Er zijn verschillend factoren die dit onbetrouwbaar kunnen maken
• Als er geen gegevens zijn bijv. Nederland heeft het centraal bureau voor statistiek in arme landen
word er een schatting gemaakt
• De wisselkoers de wisselkoers van een land ligt vaak niet gelijk met die van de wereld
• De koopkracht je kan met dollar veel meer kopen in arme landen dan in bijv. nl
-Human development index (hdi)
Het human development index wordt gemaakt aan de hand van 3 factoren = bnp per inwoner
(economisch), de levensverwachting (demografisch kenmerk) en analfabetisme (sociaal-cultureel
kenmerk) hoe dichter bij het cijfer 1 hoe beter de ontwikkeling.
India neemt op een middenmoot plaats. Dit is geen informatie over de ruimtelijke en sociale
verschillen in een land. In India is het verschil tussen snel ontwikkelde gebieden en gebieden met een
achterstand groot.
AARDRIJKSKUNDE HOOFDSTUK 3 HAVO 4 ALISHA ADITI MOHAN
