Infectieziekten
Alle kiemen van Microbiologie goed kennen!
Hoofdstuk 1: Centraal zenuwstelsel
Centraal zenuwstelsel
Ruggenmerg en hersenen
Hersenvliezen = meninges
- Dura mater = hard hersenvlies
- Subarachnoïdale ruimte cerebrospinaal vocht (CSF)
o Aanvoer van voedingsstoffen naar CSF via pia mater
o Afvoer van CSF via arachnoïdale villi naar sinus sagittalis superior
o CSF zorgt voor bescherming van hersenen tegen schokken en bevat
voedingsstoffen voor hersenen
o CSF wordt aangemaakt door chorioïde plexus epitheel
- Pia mater = zacht hersenvlies
Bloed-hersenbarrière:
- Enkel toegankelijk voor kleine moleculen
- Neuronen maken zelf nooit contact met bloedvat contact via astrocyten
- Endotheelcellen van bloedvat bevatten geen openingen
Bloed-CSF barrière:
- In subarachnoïdale ruimte is er ook contact tussen CSF en bloedvat uitwisseling
- Endotheelcellen van bloedvat bevatten kleine openingen contact mogelijk
Meningitis vs. encefalitis
Encefalitis = ontsteking van de hersenen
Meningitis = ontsteking van de hersenvliezen
1
,1. Bacteriële meningitis *
Symptomen Dringende interventie!
Koorts (>38,5°C) bijna iedereen
Hoofdpijn >5 jaar
Nekstijfheid bijna iedereen
- Kan aangetoond worden via bepaalde testen
Braken vooral bij kleine kinderen
- Ontsteking produceert vocht kan niet weg bij hersenen gaat naar GI-stelsel
Bewustzijnsverandering
Convulsies (slechts bij enkele gevallen)
Doofheid (soms bij kleine kinderen)
Leeftijd <1 jaar
Symptomen minder duidelijk arts
Koorts
Sufheid
Prikkelbaarheid
Huiduitslag
Bomberende fontanel
- Duurt 1-1,5 jaar vooraleer volledig dichtgegroeid
- Druk kan langs opening verlagen
Kiemen
Streptococcus pneumoniae (pneumokok)
Neisseria meningitidis (meningokok)
Haemophilus influenzae
Listeria monocytogenes
Streptococcus agalactiae
Streptococcus pneumoniae
Gram positief
Facultatief anaeroob
Katalase negatief
Virulentiefactoren:
- Dik kapsel (92 serotypen)
o Bevat dezelfde structuren als in ons lichaam wordt niet/later opgemerkt door
immuunsysteem (kiemen worden niet gefagocyteerd)
- IgA protease antilichamen worden afgebroken
- Pneumolysine:
o Remming trilhaarfunctie (in longen) en daling van oxidatieve burst
- Fosforylcholine:
o Stimulatie van endocytose in pneumokok
Reservoir:
- In bovenste luchtwegen (nasofarynx) enkel bij mens (besmetten elkaar, vooral kleine
kinderen)
2
,Neisseria meningitidis
Gram negatief
Diplococ
Aeroob
Virulentiefactoren:
- Polysacharide kapsel (13 serotypes) A, B, C, Y en W135
- Lipo-oligosachariden (LOS ipv. LPS)
- Fimbriae
- IgA protease
Reservoir:
- In bovenste luchtwegen (nasofarynx) enkel bij mens (besmetten
elkaar, vooral kleine kinderen)
LPS (zie Microbiologie)
Opgebouwd uit 3 delen:
- O-antigen hexosen
- Core-antigen heptosen en octosen
- Diglucosamine met:
o Kort keten vetzuren (C14)
o Fosfaatgroep
Veroorzaakt septische shock wanneer in bloed
- Lage bloeddruk
- Orgaanfalen
- …
Haemophilus influenzae
Gram negatief
Kleine pleomorfe stafylokok
Vroeger dacht men dat deze bacterie de griep veroorzaakte niet waar, wordt veroorzaakt
door een virus!!
Haemophilus:
- Bloed nodig vaan groei
- Kweken op bloedagar (5-10% bloed aanwezig) = chocolade agar
Virulentiefactoren:
- Polysacharide kapsel (6 serotypes) a, b, c, d, e, f
Reservoir:
- In bovenste luchtwegen (nasofarynx) enkel bij mens (besmetten elkaar, vooral kleine
kinderen)
3
, Listeria monocytogenes
Gram positief
Stafylokok
Facultatief intracellulair (niet obligaat)
Peritriche flagellen (over heel oppervlak) voor chemotaxis
Groeit goed tussen 3-45°C dus ook in koelkast
Belangrijkste virulentiefactor = Listeriolysine O
- Enzym dat fagosoom openbreekt geen fusie met lysosoom (geen afbraak)
- Opname door naburige macrofaag (intracellulair)
- Bacterie polymeriseert actine vorming van pseudopode (= actineflagel)
- Bacterie kan van de ene cel naar de andere cel gaan, zonder vrij te komen in omgeving
geen detectie door immuunsysteem
Reservoir:
- Dieren (vb. koe niet-gepasteuriseerde melk)
- Grond
- Water
Streptococcus agalactiae
Gram positief
Streptokok
Synoniem: Groep B streptococcus (GBS)
- Onderscheid maken door α-, β-, γ-hemolyse
Indeling van streptokokken volgens Lancefield:
- Hoofdletters: A tot H en K tot V
- Volgens antigene eigenschappen van polysachariden op celwand
Reservoir:
- Commensaal in vagina, GI-stelsel en luchtwegen
- Besmetting kan plaatsvinden bij bevalling
4
Alle kiemen van Microbiologie goed kennen!
Hoofdstuk 1: Centraal zenuwstelsel
Centraal zenuwstelsel
Ruggenmerg en hersenen
Hersenvliezen = meninges
- Dura mater = hard hersenvlies
- Subarachnoïdale ruimte cerebrospinaal vocht (CSF)
o Aanvoer van voedingsstoffen naar CSF via pia mater
o Afvoer van CSF via arachnoïdale villi naar sinus sagittalis superior
o CSF zorgt voor bescherming van hersenen tegen schokken en bevat
voedingsstoffen voor hersenen
o CSF wordt aangemaakt door chorioïde plexus epitheel
- Pia mater = zacht hersenvlies
Bloed-hersenbarrière:
- Enkel toegankelijk voor kleine moleculen
- Neuronen maken zelf nooit contact met bloedvat contact via astrocyten
- Endotheelcellen van bloedvat bevatten geen openingen
Bloed-CSF barrière:
- In subarachnoïdale ruimte is er ook contact tussen CSF en bloedvat uitwisseling
- Endotheelcellen van bloedvat bevatten kleine openingen contact mogelijk
Meningitis vs. encefalitis
Encefalitis = ontsteking van de hersenen
Meningitis = ontsteking van de hersenvliezen
1
,1. Bacteriële meningitis *
Symptomen Dringende interventie!
Koorts (>38,5°C) bijna iedereen
Hoofdpijn >5 jaar
Nekstijfheid bijna iedereen
- Kan aangetoond worden via bepaalde testen
Braken vooral bij kleine kinderen
- Ontsteking produceert vocht kan niet weg bij hersenen gaat naar GI-stelsel
Bewustzijnsverandering
Convulsies (slechts bij enkele gevallen)
Doofheid (soms bij kleine kinderen)
Leeftijd <1 jaar
Symptomen minder duidelijk arts
Koorts
Sufheid
Prikkelbaarheid
Huiduitslag
Bomberende fontanel
- Duurt 1-1,5 jaar vooraleer volledig dichtgegroeid
- Druk kan langs opening verlagen
Kiemen
Streptococcus pneumoniae (pneumokok)
Neisseria meningitidis (meningokok)
Haemophilus influenzae
Listeria monocytogenes
Streptococcus agalactiae
Streptococcus pneumoniae
Gram positief
Facultatief anaeroob
Katalase negatief
Virulentiefactoren:
- Dik kapsel (92 serotypen)
o Bevat dezelfde structuren als in ons lichaam wordt niet/later opgemerkt door
immuunsysteem (kiemen worden niet gefagocyteerd)
- IgA protease antilichamen worden afgebroken
- Pneumolysine:
o Remming trilhaarfunctie (in longen) en daling van oxidatieve burst
- Fosforylcholine:
o Stimulatie van endocytose in pneumokok
Reservoir:
- In bovenste luchtwegen (nasofarynx) enkel bij mens (besmetten elkaar, vooral kleine
kinderen)
2
,Neisseria meningitidis
Gram negatief
Diplococ
Aeroob
Virulentiefactoren:
- Polysacharide kapsel (13 serotypes) A, B, C, Y en W135
- Lipo-oligosachariden (LOS ipv. LPS)
- Fimbriae
- IgA protease
Reservoir:
- In bovenste luchtwegen (nasofarynx) enkel bij mens (besmetten
elkaar, vooral kleine kinderen)
LPS (zie Microbiologie)
Opgebouwd uit 3 delen:
- O-antigen hexosen
- Core-antigen heptosen en octosen
- Diglucosamine met:
o Kort keten vetzuren (C14)
o Fosfaatgroep
Veroorzaakt septische shock wanneer in bloed
- Lage bloeddruk
- Orgaanfalen
- …
Haemophilus influenzae
Gram negatief
Kleine pleomorfe stafylokok
Vroeger dacht men dat deze bacterie de griep veroorzaakte niet waar, wordt veroorzaakt
door een virus!!
Haemophilus:
- Bloed nodig vaan groei
- Kweken op bloedagar (5-10% bloed aanwezig) = chocolade agar
Virulentiefactoren:
- Polysacharide kapsel (6 serotypes) a, b, c, d, e, f
Reservoir:
- In bovenste luchtwegen (nasofarynx) enkel bij mens (besmetten elkaar, vooral kleine
kinderen)
3
, Listeria monocytogenes
Gram positief
Stafylokok
Facultatief intracellulair (niet obligaat)
Peritriche flagellen (over heel oppervlak) voor chemotaxis
Groeit goed tussen 3-45°C dus ook in koelkast
Belangrijkste virulentiefactor = Listeriolysine O
- Enzym dat fagosoom openbreekt geen fusie met lysosoom (geen afbraak)
- Opname door naburige macrofaag (intracellulair)
- Bacterie polymeriseert actine vorming van pseudopode (= actineflagel)
- Bacterie kan van de ene cel naar de andere cel gaan, zonder vrij te komen in omgeving
geen detectie door immuunsysteem
Reservoir:
- Dieren (vb. koe niet-gepasteuriseerde melk)
- Grond
- Water
Streptococcus agalactiae
Gram positief
Streptokok
Synoniem: Groep B streptococcus (GBS)
- Onderscheid maken door α-, β-, γ-hemolyse
Indeling van streptokokken volgens Lancefield:
- Hoofdletters: A tot H en K tot V
- Volgens antigene eigenschappen van polysachariden op celwand
Reservoir:
- Commensaal in vagina, GI-stelsel en luchtwegen
- Besmetting kan plaatsvinden bij bevalling
4