Geachte studenten.
Dit tentamen bestaat uit 30 vragen van drie alternatieven en een open vraagstuk.
De gokdrempel is 9 vragen. Bij 20 vragen goed heb je een 5,5 voor je mc-deel.
Het open vraagstuk telt voor 30% mee in het tentamencijfer.
Succes!
Versie A
1. In hoeverre maakt management accounting gebruik van gegevens, afkomstig van
andere vakonderdelen?
a. Management accounting gebruikt gegevens van externe verslaggeving.
b. Management accounting gebruikt gegevens van financiering.
c. Management accounting gebruikt zowel gegevens van externe verslaggeving
als van financiering.
2. Wat behoort niet tot de doeleinden van management accounting?
a. Het geven van een juist beeld van vermogen en resultaat.
b. Het maken van kostencalculaties ten behoeve van de kostprijs- en
winstbepaling.
c. Het verschaffen van relevante informatie over kosten en opbrengsten om tot
juiste beslissingen te komen.
3. Uit de boekhouding over afgelopen kwartaal van een onderneming komen de
volgende gegevens tevoorschijn
1. Inkoopwaarde verkopen: €120.000
2. Inkopen €130.000
3. Betalingen aan leveranciers: €125.000
4. Aflossingen: € 15.000
5. Afschrijvingen: € 25.000
6. Gemaakte bedrijfskosten: € 45.000
7. Betaalde bedrijfskosten: € 40.000
Welk kostenbedrag komt uit hoofde van deze gegevens ten laste van het
resultaat over afgelopen kwartaal?
a. €185.000
b. €190.000
c. €195.000
1
Dit tentamen bestaat uit 30 vragen van drie alternatieven en een open vraagstuk.
De gokdrempel is 9 vragen. Bij 20 vragen goed heb je een 5,5 voor je mc-deel.
Het open vraagstuk telt voor 30% mee in het tentamencijfer.
Succes!
Versie A
1. In hoeverre maakt management accounting gebruik van gegevens, afkomstig van
andere vakonderdelen?
a. Management accounting gebruikt gegevens van externe verslaggeving.
b. Management accounting gebruikt gegevens van financiering.
c. Management accounting gebruikt zowel gegevens van externe verslaggeving
als van financiering.
2. Wat behoort niet tot de doeleinden van management accounting?
a. Het geven van een juist beeld van vermogen en resultaat.
b. Het maken van kostencalculaties ten behoeve van de kostprijs- en
winstbepaling.
c. Het verschaffen van relevante informatie over kosten en opbrengsten om tot
juiste beslissingen te komen.
3. Uit de boekhouding over afgelopen kwartaal van een onderneming komen de
volgende gegevens tevoorschijn
1. Inkoopwaarde verkopen: €120.000
2. Inkopen €130.000
3. Betalingen aan leveranciers: €125.000
4. Aflossingen: € 15.000
5. Afschrijvingen: € 25.000
6. Gemaakte bedrijfskosten: € 45.000
7. Betaalde bedrijfskosten: € 40.000
Welk kostenbedrag komt uit hoofde van deze gegevens ten laste van het
resultaat over afgelopen kwartaal?
a. €185.000
b. €190.000
c. €195.000
1