Samenvatting Belangrijkste informatie filosofie en onderzoek

3 thema’s

- Welzijn en geluk = aristoteles, seneca, mill, focault
- Maatschappij kritiek = fromm, arendt
- Zingeving = heidegger, kierkegaard, levinas, baart

Filosofie is het bevragen van vanzelfsprekendheden, een oefening in denken, verwondering, Veel
vanzelfsprekendheid

Social work is normatief beroep, gedragsregels bij bepaalde waarden. Daarom moet social werker
filosofie kennen.



Lyotard: grote en kleine verhalen

- Vroeger grote verhalen
- Tegenwoordig kleine verhalen, niemand weet precies alles van de werkelijkheid. Geen 1
sluitend verhaal

Geluk:

Aristoteles

- Geluk is hoogste doel, door gelukkig te zijn
- Hoe word ik gelukkig? Planten, beesten zijn gelukkig, stellen die vraag niet. Mensen moeten
natuur volgen om gelukkig te zijn.
- Onze natuur is rationele natuur, redelijkheid, wij denken na over dingen.
- Dat doe je door optimaal gebruik te maken van je rationaliteit, niet te veel en niet te weinig
doen.
- Optimaal gebruik maken van rationaliteit/redelijkheid = deugd = Tussenweg tussen te veel en
te weinig
- Je kiest welke waarde je voorop wil stellen. Je vind een middenweg daarin
- We worden onvolmaakt/ongelukkig geboren. Door zelfontplooiing/weg waar we aan werken
om gelukkig te zijn.
- Gevoel is belangrijk

Seneca

- Rationaliteit te gebruiken, maar…. Om dat te gebruiken is rationaliteit belangrijkste.
- Gevoel doet er niet toe, kun je niet bewijzen.
- Rationaliteit is hoogste goed. We moeten alles wat niet met rationaliteit uit ons leven
verbannen. Emoties en gevoelens moeten weg.
- Je moet je emoties niet laten meespelen om gelukkig te zijn. wat er extern ook gebeurt moet
je met je rationaliteit gebruiken. (voorbeeld regen, niet boos worden, maar rationaliteit dus
geen paraplu pakken, accepteren dat je nat wordt)
- Genot = gevoel dus geluk is geen genot
- Berusten in je lot
- Als boeddhist, laat alles over me heen komen, met rationaliteit erover heen stappen

Beide zeggen rationaliteit is belangrijkste, nadenken

, Mill/bentham:

- Genot is geluk = hedonisme
- Pijn en genot duiden wat we behoren te doen en bepalen wat we zullen doen
- Gelukkig zijn is een rekensom. Lijstje van dingen waar je gelukkig van wordt. Als je meer
leuke dingen hebt dan ben je gelukkig.
- Utilisme = niet egoistisch = elke handeling beoordeelt dat de meeste aantal betrokkenen er
gelukkig van wordt.
- Genieten, dus genot is meetbaar. Je kunt meten hoe gelukkig iemand is door hoeveel genot
iemand heeft.
- Kwantitatief = cijfertjes
- Maar ook kwalitatief, dus van sommige dingen ervaar je meer geluk dan van andere dingen.
- Mill zegt, kunst en cultuur is beter dan uitgaan
- Geluk en genieten kun je alleen maar in vrijheid doen. Je moet vrij zijn om jezelf te kunnen
ontplooien naar een gelukkig persoon.
- Als je je vasthoudt aan gewoontes en tradities vlak je af, je moet zelf in vrijheid kiezen waar
je gelukkig van wordt.



Foucault: (seks met minderjarige jongens voor geld.

- We moeten terug naar dat we ons leven als een kunstwerk zien.
- Terugkeer naar levenskunst
- Dat doen we door een verhouding van onszelf aannemen en onszelf in praktijk proberen te
verbeteren
- Onszelf is een veranderlijk begrip.
- Buiten jezelf treden en terugkijken naar de persoon die je daar ziet zitten/staan
- Hoe kan die persoon beter zijn.
- Hoe?: door te experimenteren wie wij zijn met nieuwe levensvormen.
- Vrijheidspraktijken: experimenteren met nieuwe levensvormen en identiteiten
- Bijvoorbeeld: Student die altijd te laat is, kom een keer op tijd en zie wat dat met je doet
- Als een schilder met schilderij, stap terug en kijken waar nog een likje verf kan aanbrengen