Vraag 1 (op 5 punten)
a) In welk artikel vinden we de 3 gronden van de bestuurdersaansprakelijkheid terug?
Art. 2:56
b) Som deze 3 gronden ook op
- de in artikel 2:51 bedoelde personen en andere personen die ten aanzien van de
rechtspersoon werkelijke bestuursbevoegdheid hebben of gehad zijn jegens de
rechtspersoon aansprakelijk voor fouten begaan in de uitoefening van hun opdracht. Ze zijn
wel enkel aansprakelijk voor beslissingen, daden of gedragingen die zich kennelijk buiten de
normale beslissingen van een voorzichtige bestuurder. Dus aansprakelijkheid op grond van
bestuurdersfout.
- Indien het bestuursorgaan een college vormt is hun aansprakelijkheid voor de beslissingen
of nalatigheden van dit college hoofdelijk.
- Zelfs indien het bestuursorgaan geen college vormt, zijn diens leden zowel jegens de
rechtspersoon als jegens derde hoofdelijk aansprakelijk voor alle schade die het gevolg is van
overtredingen van de bepalingen van dit wetboek of van de statuten van de rechtspersoon.
Dus individuele aansprakelijkheid.
c) Geef de wettekst in dat artikel dat het criterium van de marginale toetsing beschrijft.
2.51
d) Geef ook nog een voorbeeld hiervan in de praktijk
Een gemeente besluit om tot onteigening over te gaan. Dit is een individuele
bestuurshandeling van deze gemeente, waartegen beroep mogelijk is bij de Raad van Staat.
Deze kan echter alleen controleren dat de onteigening conform de wet is gegaan en kan niet
over de onteigening zelf beoordelen. Het enige dat de rechter dus kan doen is controleren
dat de beslissing niet kennelijk onredelijk is.
Vraag 2 (op 5 punten)
In de precontractuele fase van een aankoop van een magazijn kan een bedrijf kiezen om een optie te
nemen.
a) Leg uit wat dit juridisch betekent?
Dit gaat over een eenzijdige verkoopbelofte, hierbij stemt de verkoper/belover de verkoop
toe van een onroerend goed aan de koper, dit tegen welbepaalde of bepaalbare
voorwaarden. De koopovereenkomst komt pas tot stand wanneer de begunstigde gebruik
maakt van zijn recht om de koop binnen een bepaalde termijn al dan niet te sluiten.
a) In welk artikel vinden we de 3 gronden van de bestuurdersaansprakelijkheid terug?
Art. 2:56
b) Som deze 3 gronden ook op
- de in artikel 2:51 bedoelde personen en andere personen die ten aanzien van de
rechtspersoon werkelijke bestuursbevoegdheid hebben of gehad zijn jegens de
rechtspersoon aansprakelijk voor fouten begaan in de uitoefening van hun opdracht. Ze zijn
wel enkel aansprakelijk voor beslissingen, daden of gedragingen die zich kennelijk buiten de
normale beslissingen van een voorzichtige bestuurder. Dus aansprakelijkheid op grond van
bestuurdersfout.
- Indien het bestuursorgaan een college vormt is hun aansprakelijkheid voor de beslissingen
of nalatigheden van dit college hoofdelijk.
- Zelfs indien het bestuursorgaan geen college vormt, zijn diens leden zowel jegens de
rechtspersoon als jegens derde hoofdelijk aansprakelijk voor alle schade die het gevolg is van
overtredingen van de bepalingen van dit wetboek of van de statuten van de rechtspersoon.
Dus individuele aansprakelijkheid.
c) Geef de wettekst in dat artikel dat het criterium van de marginale toetsing beschrijft.
2.51
d) Geef ook nog een voorbeeld hiervan in de praktijk
Een gemeente besluit om tot onteigening over te gaan. Dit is een individuele
bestuurshandeling van deze gemeente, waartegen beroep mogelijk is bij de Raad van Staat.
Deze kan echter alleen controleren dat de onteigening conform de wet is gegaan en kan niet
over de onteigening zelf beoordelen. Het enige dat de rechter dus kan doen is controleren
dat de beslissing niet kennelijk onredelijk is.
Vraag 2 (op 5 punten)
In de precontractuele fase van een aankoop van een magazijn kan een bedrijf kiezen om een optie te
nemen.
a) Leg uit wat dit juridisch betekent?
Dit gaat over een eenzijdige verkoopbelofte, hierbij stemt de verkoper/belover de verkoop
toe van een onroerend goed aan de koper, dit tegen welbepaalde of bepaalbare
voorwaarden. De koopovereenkomst komt pas tot stand wanneer de begunstigde gebruik
maakt van zijn recht om de koop binnen een bepaalde termijn al dan niet te sluiten.