Groepsdynamica
1 Groepsvorming en groepsontwikkeling
1.1 Groepsvorming
Belongingness hypothesis: alle mensen hebben een natuurlijke behoefte om
zich aan te sluiten bij anderen.
Relational value: mate waarin iemand zijn relatie met een ander als persoonlijk
waardevol ervaart. De waarde ligt op psychisch of emotioneel belang.
Door de belongingness hypothesis heeft groeplidmaatschap een positief effect op het
psychische welbevinden.
1.1.1 Basisfuncties van groepen
Groepen zijn om verschillende redenen functioneel. Men onderscheidt verschillende
basisfuncties/ voordelen die groepen vervullen:
» Affiliatie: groepen verbinden individuen met elkaar en voorzien daarmee in de
basale behoefte om ergens bij te horen en geaccepteerd te worden groep
vervult belongingness hypothesis
» Zekerheid: groep biedt zekerheid aan leden; individuen voelen zich sterker en
kunnen bedreigingen van buiten beter aan
» Intimiteit: groep zorgt voor mogelijkheid om plezierige, intensieve contacten
met anderen te onderhouden (vormt vaak basis voor hechte vriendschappen
» Sociale steun: groep is belangrijke bron van sociale steun bij problemen
elkaar opbeuren of aanmoedigen
» Sociale vergelijkingsinformatie: groep zorgt voor info over hoe vergelijkbare
andere mensen het doen
❊ neerwaartse sociale vergelijking: kijken naar anderen die slechter
presteren in een situatie, zorgt voor betere eigenwaarde
❊ opwaartse sociale vergelijking: optrekken aan anderen die beter
presteren
» Invloed: groep biedt mogelijkheid om invloed uit te oefenen doordat macht
van groep groter is dan individu
» Status: lidmaatschap van een groep die anderen belangrijk vinden, biedt
erkenning en status
» Productiviteit: groepen kunnen leden helpen door productiviteit te verhogen
en zo persoonlijke/ gezamenlijke doelen te realiseren
» Exploratie: groepen voorzien leden van info, nieuwe ideeën en nieuwe
ervaringen, waardoor ze mogelijkheid creëren om te leren
1.1.2 Verschillen in behoefte tot groepsvorming
De motivatie tot groepsvorming verschilt van persoon tot persoon. Een kenmerk dat
nauw samenhangt met je behoefte aan groepsvorming is introversie-extraversie.
Extraversie: mensen die op buitenwereld gericht zijn en gemakkelijk contact
leggen.
1
1 Groepsvorming en groepsontwikkeling
1.1 Groepsvorming
Belongingness hypothesis: alle mensen hebben een natuurlijke behoefte om
zich aan te sluiten bij anderen.
Relational value: mate waarin iemand zijn relatie met een ander als persoonlijk
waardevol ervaart. De waarde ligt op psychisch of emotioneel belang.
Door de belongingness hypothesis heeft groeplidmaatschap een positief effect op het
psychische welbevinden.
1.1.1 Basisfuncties van groepen
Groepen zijn om verschillende redenen functioneel. Men onderscheidt verschillende
basisfuncties/ voordelen die groepen vervullen:
» Affiliatie: groepen verbinden individuen met elkaar en voorzien daarmee in de
basale behoefte om ergens bij te horen en geaccepteerd te worden groep
vervult belongingness hypothesis
» Zekerheid: groep biedt zekerheid aan leden; individuen voelen zich sterker en
kunnen bedreigingen van buiten beter aan
» Intimiteit: groep zorgt voor mogelijkheid om plezierige, intensieve contacten
met anderen te onderhouden (vormt vaak basis voor hechte vriendschappen
» Sociale steun: groep is belangrijke bron van sociale steun bij problemen
elkaar opbeuren of aanmoedigen
» Sociale vergelijkingsinformatie: groep zorgt voor info over hoe vergelijkbare
andere mensen het doen
❊ neerwaartse sociale vergelijking: kijken naar anderen die slechter
presteren in een situatie, zorgt voor betere eigenwaarde
❊ opwaartse sociale vergelijking: optrekken aan anderen die beter
presteren
» Invloed: groep biedt mogelijkheid om invloed uit te oefenen doordat macht
van groep groter is dan individu
» Status: lidmaatschap van een groep die anderen belangrijk vinden, biedt
erkenning en status
» Productiviteit: groepen kunnen leden helpen door productiviteit te verhogen
en zo persoonlijke/ gezamenlijke doelen te realiseren
» Exploratie: groepen voorzien leden van info, nieuwe ideeën en nieuwe
ervaringen, waardoor ze mogelijkheid creëren om te leren
1.1.2 Verschillen in behoefte tot groepsvorming
De motivatie tot groepsvorming verschilt van persoon tot persoon. Een kenmerk dat
nauw samenhangt met je behoefte aan groepsvorming is introversie-extraversie.
Extraversie: mensen die op buitenwereld gericht zijn en gemakkelijk contact
leggen.
1