100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting Verloskunde Module 9: Hersenen en Zintuigen

Rating
4.0
(1)
Sold
3
Pages
44
Uploaded on
27-08-2021
Written in
2021/2022

Complete samenvatting van alle colleges + literatuur van module 9: hersenen en zintuigen.

Institution
Course











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Connected book

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Summarized whole book?
Yes
Uploaded on
August 27, 2021
Number of pages
44
Written in
2021/2022
Type
Summary

Subjects

Content preview

Samenvatting module 9 – Hersenen & Zintuigen

HC centraal en perifeer zenuwstelsel
Centraal zenuwstelsel = Hersenen + ruggenmerg
Perifeer zenuwstelsel = Alle neuronen buiten CSZ - Craniale zenuwen (naar de hersenen),
spinale zenuwen (ruggenmerg) en ganglia (zenuwknopen).
Zowel sensorische (vanuit de zintuigen) als motorische zenuwen (reactie naar de spieren).

Belangrijkste functie is regulatie en communicatie (in het lichaam, omgeving, homeostase).
Cellen communiceren dmv elektrische en chemische signalen. Deze zijn snel en specifiek.

De hersenen en het ruggenmerg krijgen sensorische input vanuit de zintuigen (extern) en
het interne milieu. Dit komt binnen via een sensorische cel in het ruggenmerg. De informatie
wordt verwerkt (integratie). Dit seintje gaat naar de hersenen en wordt daar verwerkt.
Vervolgens gaat het seintje via het ruggenmerg naar de motorische output. De motorische
cellen gaan naar het doelorgaan, je krijgt activatie van de effector.

Perifere (motorische) zenuwstelsel:
-Animale zenuwstelsel (somatisch), skeletspieren aansturen. Heb je zelf controle over!
Willekeurig. Aangestuurd door de grote hersenen.
-Autonoom zenuwstelsel (vegetatief), gladde spieren en hartspier. Onwillekeurig, geen
controle. Wordt vooral gecoördineerd door de medulla, hypothalamus en hersenstam.
Autonoom wordt onderverdeeld in:
*(ortho)sympathisch zenuwstelsel – Actie (fight & flight) (vooral de craniale zenuwen)
*Parasympatisch zenuwstelsel – Rust, herstellen

,In de hersenen zitten heel veel zenuwcellen (neuronen), deze communiceren met elkaar
dmv synapsen en impulsen. De presynaptische zenuwcel (de cel die de prikkel wil
doorgeven), laat blaasjes met neurotransmitters los in de synapsspleet. De volgende
zenuwcel (postsynaptische zenuwcel) ontvangt de prikkel.

Opbouw neuron:
-Dendriet, ontvangt impulsen en geeft deze door.
-Cellichaam, bevat organellen (mitochondriën)
-Celkern, DNA
-Axon, lange sliert die de impuls doorgeeft
-Synaps, uiteinde van de axon geeft de impuls
over naar de andere cel

Typen:
-Motor neuron, veel korte dendrieten daar komt
de informatie binnen.
De impuls gaat naar het cellichaam toe. Een
lange axon (met myelineschede) transporteert
via de synaps de actiepotentiaal naar de effector
(spier), daar worden neurotransmitters afgegeven.Het synaptische uiteinde van de axon bij
de spier is de motorische eindplaat. Belangrijk bij beweging.

-Sensorisch neuron, op alle zintuigen. informatie wat via een receptor is binnengekomen
wordt doorgegeven (bijv in de huid). Een hele lange dendriet (denderon met myeline) en
axonen, zorgt voor transport impuls naar cellichaam. Axon is korter zorgt voor transport
impuls naar effector of ander neuron.

-Schakel/inter neuron, ontvangt de informatie van sensorische zenuwcellen en bevinden zich
in de hersenen. Heel veel dendrieten kan heel veel verbindingen vormen. Relatief kort axon
met heel veel synaptische uiteinde waarmee veel verbindingen kunnen worden gevormd.
Geen myelineschede.

De steuncellen (gliacellen) ondersteunen de neuronen. Deze maken de hersenen steviger
en beschermen daardoor de zenuwcellen. Ze zorgen ook voor de voeding en
reparatie/opruiming van cellen. Daarnaast produceren ze myeline.
Soorten steuncellen/gliacellen:
-Schwanncellen, In het perifere zenuwstelsel heb je de Schwanncellen die zorgen voor de
myeline. Myeline zorgt ook voor bescherming van axon. Tussen elk myeline-segment zitten
de knopen van Ranvier.
-Oligodendrocyten, In het centraal zenuwstelsel vormen de oligodendrocyten de myeline. -
Microglia/astrocyten, zorgen voor bescherming en voeding van de neuronen in het CZS.
Ze houden ook de bloed-bersenbarrière in stand zodat er niet zomaar iets in de hersenen
kan komen. De microglia ruimen overige neurotransmitters op en hebben ook een
immuunfunctie.

,Doorgeven signalen:
Om te kunnen communiceren is een actiepotentiaal nodig. Er is een potentiaal verschil
(milivolt), dit wordt gescheiden door het celmembraan (membraanpotentiaal). De ionen gaan
verplaatsen (ionenflux) dit hangt af van het concentratieverschil en de permeabiliteit van het
membraan. De natrium-kalium pomp zorgt voor homeostase. Er ontstaat een rustpotentiaal
van -70 MV. Het verplaatsen van ionen kost eerst veel moeite, maar als daarna de
drempelwaarde is behaald kost het steeds minder moeite. Alle cellen hebben een
rustpotentiaal, alleen spiercellen en zenuwcellen kunnen een actiepotentiaal generen.

Normaal is de binnenkant - (weinig natrium, veel kalium) en de buitenkant + (veel natrium
weinig kalium).
Komt door:
-Actief transport van Na+ uit en K+ in de cel
over het membraan (na/k pomp)
-Gefaciliteerde diffusie van K+ uit en Na+ in
-Doorlaatbaarheid membraan is veel hoger voor
K+ dan voor Na+

De ionen zijn geladen deeltjes en die
veroorzaken het verschil. Verschil ontstaat door:
-Verschil in ion samenstelling van cytoplasma
en extracellulaire ruimte.
-Verschil in doorlaatbaarheid celmembraan voor
ionen
-Rustpotentiaal (-70 Mv) wordt in stand
gehouden door de natrium/kalium pomp


Actiepotentiaal: Kortdurende verandering in de rustpotentiaal door stimuli. Door de stimuli
ontstaan natrium kanalen.
1)Natriumconcentratie behaald de drempelwaarde waardoor het makkelijk de cel in kan.
Daarna gaat de Kalium eruit.
2)Een actiepotentiaal is altijd hetzelfde alleen de frequentie kan toenemen

, Er is eerst een rustpotentiaal van –70 MV. Natrium gaat de cel in en deze wordt steeds
positiever (depolarisatie). De actiepotentiaal ontstaat pas als de drempelwaarde is bereikt
en de prikkel dus sterk genoeg was. Sterke van de stimulus kan worden vastgesteld door de
frequentie. Hoe sterker de stimulus hoe hoger de frequentie van de impulsen. Dus hoe meer
actiepotentialen. Er is wel een max.
Als de drempelwaarde van -60 MV wordt bereikt gaat natrium steeds makkelijker de cel in.
De cel wordt positief tot +30/40 MV. De natriumkanalen gaan dicht en de kaliumkanalen
gaan open. Kalium gaat de cel uit (repolarisatie), de cel wordt extra negatief geladen
(hyperpolarisatie). Dit herstelt zich weer (elektrisch herstel). Het rustpotentiaal is terug.
Vanwege homeostase moeten alle kalium/natrium ionen weer terug naar de oorspronkelijke
plaats, dit doet de natrium kalium pomp. De normale situatie is weer terug (chemisch
herstel). Gedurende de refractaire periode kan een cel niet opnieuw of moeilijk worden
geprikkeld. De absolute periode - prikkeling is NIET mogelijk (hoge piek), relatieve periode -
prikkeling is alleen mogelijk als neuron sterk gestimuleerd wordt. Door de refractaire periode
kan de actiepotentiaal maar één kant op. Richting de hersenen. Om dit proces te versnellen
zijn er gliacellen die de myeline verzorgen. Daar komen ionen niet naar binnen of naar
buiten. De natrium ionen worden als het ware naar voren gedrukt. De zenuwen kunnen
hierdoor impulsen veel sneller doorgeven.

Prikkelgeleiding:

Het actiepotentiaal moet zich voortbewegen. Dit kan via 2 banen:
-Sensibele baan: Vanuit de receptoren in de huid, door de neuronen, via het ruggenmerg,
naar de hersenen.
-Motorische baan: Of van de hersenen, via het ruggenmerg naar de spier.

Het wisselen van natrium en kalium verplaatst zich over het gehele axon heen. Als er geen
myelineschede is dan zakt de elektrische impuls af. Je verliest energie. De ionkanaaltjes
moeten heel dicht bij elkaar zitten, het gaat heel langzaam. Bij een myelineschede isoleer je
het axon. Je verliest geen energie. Het gaat veel sneller. In de ‘open’ stukjes zitten de
kanaaltjes.

Reviews from verified buyers

Showing all reviews
2 year ago

4.0

1 reviews

5
0
4
1
3
0
2
0
1
0
Trustworthy reviews on Stuvia

All reviews are made by real Stuvia users after verified purchases.

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
yaroushkawitte Hogeschool InHolland
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
72
Member since
4 year
Number of followers
40
Documents
9
Last sold
1 month ago

3.6

7 reviews

5
0
4
4
3
3
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions