Week 1:
Wat is een merk?
Een merk is: een naam, term, teken, symbool of ontwerp of een combinatie hiervan, die
bedoeld is om de producten of diensten van een aanbieder of groep aanbieders te
identificeren en ze te onderscheiden van die van de concurrentie.
Sterke merken vertegenwoordigen enorme waarde, vaak meer dan fysieke bezittingen van
een bedrijf.
Merken vervullen verschillende functies: ze bieden consumenten gemak bij aankoop,
betrouwbaarheid en een middel tot zelfexpressie(de manier waarop iemand zijn of haar
persoonlijkheid, waarden, voorkeuren en identiteit naar buiten brengt. Dit kan gebeuren via
kleding, gedrag, kunst, taal en zelfs via de merken die iemand kiest. Door bijvoorbeeld een
bepaald merk kleding, telefoon of auto te gebruiken, laat iemand zien wie hij is of hoe hij
graag gezien wil worden).
Voor bedrijven helpen sterke merken met onderscheid, continuïteit, prijszetting en
productintroducties.
Marketingcommunicatie heeft zich door de jaren heen ontwikkeld als reactie op
veranderingen in productie en marktomstandigheden. Acht fasen kunnen worden
onderscheiden:
1. Direct contact met de klant – In de gildetijd werd op bestelling geproduceerd, met
veel persoonlijk contact tussen ambachtslieden en klanten. Later verschoof de focus
naar productieoptimalisatie.
2. Communicatie via tussenhandel – Tijdens de industriële revolutie verdween direct
klantcontact, en tussenhandelaren namen marketingcommunicatie over.
3. Zoeken naar onderscheid – Toen concurrentie groeide, werd verkoop belangrijker en
ontstond de behoefte aan unique selling points (USP’s).
4. Eerste gerichte reclamecampagnes – Vanaf de jaren ’50 kwamen
marketingcampagnes op, gericht op kortetermijnpromotie.
5. Grote reclamebudgetten – In de jaren ’60 kwam consumentenmarketing op, met
focus op sterke merken en grootschalige campagnes.
6. Meer marketingcommunicatie-instrumenten – Vanaf de jaren ’80 werden naast
reclame ook sponsoring, PR en online marketing ingezet.
7. Een-op-eencommunicatie – Door digitalisering en data-analyse werd persoonlijke
communicatie mogelijk, zoals e-mails en social media.
8. Invloed van de ontvanger – Consumenten hebben tegenwoordig zelf invloed op
merkperceptie, bijvoorbeeld via reviews en influencers.
Wat is een merk?
Een merk is: een naam, term, teken, symbool of ontwerp of een combinatie hiervan, die
bedoeld is om de producten of diensten van een aanbieder of groep aanbieders te
identificeren en ze te onderscheiden van die van de concurrentie.
Sterke merken vertegenwoordigen enorme waarde, vaak meer dan fysieke bezittingen van
een bedrijf.
Merken vervullen verschillende functies: ze bieden consumenten gemak bij aankoop,
betrouwbaarheid en een middel tot zelfexpressie(de manier waarop iemand zijn of haar
persoonlijkheid, waarden, voorkeuren en identiteit naar buiten brengt. Dit kan gebeuren via
kleding, gedrag, kunst, taal en zelfs via de merken die iemand kiest. Door bijvoorbeeld een
bepaald merk kleding, telefoon of auto te gebruiken, laat iemand zien wie hij is of hoe hij
graag gezien wil worden).
Voor bedrijven helpen sterke merken met onderscheid, continuïteit, prijszetting en
productintroducties.
Marketingcommunicatie heeft zich door de jaren heen ontwikkeld als reactie op
veranderingen in productie en marktomstandigheden. Acht fasen kunnen worden
onderscheiden:
1. Direct contact met de klant – In de gildetijd werd op bestelling geproduceerd, met
veel persoonlijk contact tussen ambachtslieden en klanten. Later verschoof de focus
naar productieoptimalisatie.
2. Communicatie via tussenhandel – Tijdens de industriële revolutie verdween direct
klantcontact, en tussenhandelaren namen marketingcommunicatie over.
3. Zoeken naar onderscheid – Toen concurrentie groeide, werd verkoop belangrijker en
ontstond de behoefte aan unique selling points (USP’s).
4. Eerste gerichte reclamecampagnes – Vanaf de jaren ’50 kwamen
marketingcampagnes op, gericht op kortetermijnpromotie.
5. Grote reclamebudgetten – In de jaren ’60 kwam consumentenmarketing op, met
focus op sterke merken en grootschalige campagnes.
6. Meer marketingcommunicatie-instrumenten – Vanaf de jaren ’80 werden naast
reclame ook sponsoring, PR en online marketing ingezet.
7. Een-op-eencommunicatie – Door digitalisering en data-analyse werd persoonlijke
communicatie mogelijk, zoals e-mails en social media.
8. Invloed van de ontvanger – Consumenten hebben tegenwoordig zelf invloed op
merkperceptie, bijvoorbeeld via reviews en influencers.