Hierbij een zeer uitgebreide samenvatting voor de cursus WFT-Basis. De stof die hierin behandeld wordt, is helemaal up-to-date en kan dus perfect gebruikt worden ter voorbereiding op het WFT-Basis examen vanuit uw werkgever of voor een tentamen op school!
Dit bestand wordt geüpdatet en zal dus ...
Hello. Too bad you're not very happy with the summary. What did you miss in the summary? Of course, I want to make the summary optimal for everyone, so I'm open to feedback:)
By: laura-lucardie • 1 year ago
By: femke913 • 1 year ago
Translated by Google
It would be useful if the lindenhaeghe chapters were kept instead of random chapters, I'm now reading in chapter 5 about things that only appear in the course material, and there could sometimes have been more explanation
,Inhoudsopgave
Hoofdstuk 1: professioneel gedrag ......................................................................................................... 4
Hoofdstuk 2: integriteit ........................................................................................................................... 8
Hoofdstuk 3: adviesvaardigheden ......................................................................................................... 13
Hoofdstuk 4: de financiële sector .......................................................................................................... 14
4.1, aanbieders en distributeurs van financiële producten .............................................................. 16
4.2, toezicht op financieel dienstverleners (functioneel toezicht en strafrechtelijk toezicht) ......... 19
4.3, klachten over de financiële dienstverlening............................................................................... 20
Hoofdstuk 5: WFT .................................................................................................................................. 23
Hoofdstuk 6: de financiële positie van de klant .................................................................................... 28
Hoofdstuk 7: de juridische positie van de klant .................................................................................... 30
Hoofdstuk 8: inkomstenbelasting ......................................................................................................... 32
Hoofdstuk 9: erfrecht en successiewet ................................................................................................. 36
9.1, erfrecht ....................................................................................................................................... 36
9.2, erfbelasting (successiewet) ........................................................................................................ 37
9.3, schenkbelasting (successiewet).................................................................................................. 38
Hoofdstuk 10: betalen en sparen .......................................................................................................... 40
10.1, betalen...................................................................................................................................... 40
10.2, sparen ....................................................................................................................................... 42
Hoofdstuk 11, beleggen ........................................................................................................................ 44
Hoofdstuk 12: lenen .............................................................................................................................. 47
12.1, consumptief krediet ................................................................................................................. 47
12.2, crowdfunding ........................................................................................................................... 50
12.3, hypothecair krediet .................................................................................................................. 50
12.4, rente ......................................................................................................................................... 54
12.5, verstrekken van krediet ............................................................................................................ 54
Hoofdstuk 13: verzekeringen (1) ........................................................................................................... 57
13.1, wat is verzekeren? .................................................................................................................... 57
13.2, verschillende risico’s en verzekeringen ................................................................................... 57
13.3, afsluiten van een verzekering................................................................................................... 59
13.4, mededelingsplicht .................................................................................................................... 61
13.5, het einde van de verzekering ................................................................................................... 62
13.6 schade-, levens & zorgverzekeringen ........................................................................................ 63
13.7, particuliere en sociale verzekeringen....................................................................................... 65
13.8, indeling binnen de verzekeringsbranche ................................................................................. 66
2
,Hoofdstuk 14: verzekeringen (2) ........................................................................................................... 67
14.1, schadeverzekeringen voor particulieren .................................................................................. 67
14.2, verzekeringen voor bedrijven................................................................................................... 69
14.3, levensverzekeringen ................................................................................................................. 70
14.4, pensioensverzekeringen ........................................................................................................... 72
14.5, arbeidsongeschiktheidsverzekeringen ..................................................................................... 73
14,6 persoonlijke ongevallenverzekering.......................................................................................... 75
14.7, zorgverzekering ........................................................................................................................ 75
14.8,verzekeringsvormen die niet onder wft vallen ......................................................................... 77
3
,Hoofdstuk 1: professioneel gedrag
Wat is adviseren?
De wet financieel toezicht geeft de volgende definitie van adviseren:
Adviseren is het in de uitvoering van een beroep of bedrijf aanbevelen van een of meerdere specifieke
financiële producten aan een bepaalde consument.
Als iemand dus een advies geeft over een financieel product, is diegene een adviseur volgens de wet.
Een persoon is dus geen adviseur volgens wft als diegene:
• Een algemene aanbeveling doet. Er wordt hierbij algemene uitleg gegeven en er wordt geen
specifiek product geadviseerd.
• Algemene informatie geeft over producten. Ook als dit tot verkoop leidt is dit volgens wft
geen advies.
• Schades begeleidt. Een persoon die uitsluitend schades begeleidt is geen adviseur.
Doorverwijzen naar anderen
Als je te weinig over een onderwerp weet, is het verstandiger om de klant door te verwijzen naar
collega’s of derden, zoals de notaris (voor bijvoorbeeld testamenten of erfrecht) of een
accountant (voor bijvoorbeeld het wijzigen van de rechtsvorm).
Wft-regels
• De klant moet voldoende en juist zijn geïnformeerd
De adviseur moet alleen feitelijk juiste informatie verstrekken en moet de klant altijd zelf laten
beslissen. Ook moet de adviseur de taal aanpassen per klant. Klanten die er niet veel van af weten zal
de adviseur dus geen vaktaal moeten voorschotelen.
➢ Precontractuele fase
Dit is de periode vóór het afsluiten van de overeenkomst, er is dan meer behoefte aan informatie.
➢ Postcontractuele fase
Dit is de periode na het afsluiten van de overeenkomst. Als er tijdens de looptijd wijzigingen
optreden, moet de adviseur de klant op de hoogte stellen. Voor bepaalde levensverzekeringen is een
adviseur verplicht om de klant elk jaar te informeren over de opgebouwde waarde.
• De adviseur moet zich houden aan adviesregels
In het advies moet de adviseur rekening houden met de informatie die de adviseur van de klant heeft
gekregen over de situatie. De belangrijkste informatie komt in een klantprofiel. Deze regels gelden
alleen voor impactvolle producten, dus niet voor dingen als een schadeverzekering.
De adviesregels gaan uit van het ‘ken-uw-klant-principe’. Dit houdt in dat er eerst klantonderzoek
gedaan moet worden, de informatie daarna geanalyseerd moet worden (risicoprofiel maken),
vervolgens een advies opgesteld moet worden en dit advies dan aan de klant toegelicht moet
worden.
Het klantprofiel
• De huidige en toekomstige financiële situatie, alleen vragen naar inkomsten die zeker zijn.
• De kennis van en ervaring met het geadviseerde product.
• De doelstellingen ofwel wensen.
• De risicobereidheid van de klant, hoeveel risico is de klant bereid te nemen? Risicotolerantie
is het risico dat de klant kan lopen en risicoperceptie het risico dat de klant wil lopen.
Er wordt gekeken naar al bestaande risico’s en risico’s die kunnen komen door het afsluiten van dit
financiële product.
4
,Het adviestraject
1. Kennismaking
2. Inventarisatie
3. Beeldvorming, informatie verder uitwerken en uitgebreide inventarisatie doen.
4. Advies geven, op basis van het beeld dat is ontstaan, geeft de adviseur zijn advies.
5. Nazorg
Dienstverleningsdocument (DVD)
De adviseur moet dit document in de precontractuele fase actief en aantoonbaar verstrekken aan de
klant. Het is een informatief document over de aard van de dienstverlening, de beloning die er
tegenover staat en de belangen die van invloed kunnen zijn op de diensteverlening.
Dit document is verplicht voor alle producten die onder het provisieverbod vallen. Het
provisieverbod is van toepassing op: complexe financiële producten, hypothecaire kredieten,
uitvaartverzekeringen, overlijdensrisicoverzekeringen en inkomensverzekeringen. Uitzonderingen
zijn schadeverzekeringen en consumptief krediet tot €1.000.
Beloningen kunnen direct of indirect zijn. Direct is vanaf de klant en indirect is vanaf de aanbieder.
Het DVD moet worden ingericht rondom de vraag van de klant.
Factuur of declaratie opstellen
Er moet verplicht een factuur worden opgesteld als het gaat om het leveren aan ondernemers of
rechtspersonen.
Btw moet alleen worden berekend als het niet de bedoeling is dat de klant daarna een financieel
product zal gaan afnemen. Als er de intentie is om met het advies ook te bemiddelen, dan hoeft er
geen btw in rekening te worden gebracht op het gegeven advies. In bijvoorbeeld de
klantovereenkomst moet dan staan dat er een intentie tot bemiddelen is. Op de factuur moet dan
komen te staan dat er een btw-vrijstelling is voor het geven van advies.
In de factuur staan:
• De gegevens van het bedrijf waar de adviseur werkzaam is, KvK nummer bijvoorbeeld.
• NAW-gegevens van de klant.
• Gegevens over de factuur zelf:
➢ Datum
➢ Nummer
➢ Geleverde dienst
➢ Prijs, ook btw vermelden
➢ Betalingstermijn
➢ Reiskostenvergoeding indien afgesproken met klant
De adviseur moet de factuur binnen 15 dagen na afloop van de maand/de periode waarin de
werkzaamheden zijn verricht opstellen. Die periode waarin de werkzaamheden zijn verricht mag niet
langer dan een jaar zijn.
De adviseur hoeft bij te late of geen betaling geen aanmaning te sturen en kan direct incassokosten
in rekening brengen bij de klant.
Het klantdossier
Elke klant krijgt een klantdossier dat onderhouden wordt. Een klantdossier moet reproduceerbaar
zijn. Dit houdt in dat de adviseur achteraf kan aantonen hoe er tot een bepaald advies is gekomen.
5
,In het klantdossier staan:
• Het klantprofiel.
• Analyses en berekeningen.
• Overwegingen voor het gegeven advies en motivering.
• Afspraken over nazorg.
• Eventueel een aantekening als de klant een beslissing heeft genomen die niet overeenkomt
met het advies van de adviseur.
De medische gegevens mogen alleen worden opgenomen als die noodzakelijk zijn voor de opdracht.
Volgens wft is de bewaarplicht van het klantdossier 5 jaar, maar voor de zorgplicht is het verstandig
om dit langer te houden.
Eenvoudige producten
• Producten die makkelijk te begrijpen zijn voor consumenten
➢ Betaalrekeningen
➢ Spaarrekeningen
➢ Elektronisch geld
➢ Consumptief krediet tot €1.000
➢ Schadeverzekeringen
Complexe producten
• Dit zijn producten waarvan de aard, gevolgen en risico’s voor de gemiddelde consument niet
te overzien zijn. Vaak is dit een combinatie van meerdere financiële producten. Soorten
financiële producten zijn bijvoorbeeld beleggen, sparen, verzekeren en lenen. Al de waarde
van zeker 1 van deze producten afhangt van de ontwikkelingen in de markt, is het complex.
Hieronder een paar voorbeelden:
➢ Een recht van deelneming in niet verhandelbare beleggingen.
➢ Een levensverzekering, behalve natura-uitvaartverzekering.
➢ Een combinatie van een hypothecair krediet met een levensverzekering of
spaarrekening.
➢ Een beleggingsobject of beleggingsverzekering.
➢ Een lijfrentespaarrekening en lijfrentebeleggingsrecht.
Impactvolle producten
• Dit zijn producten die ingrijpende gevolgen kunnen hebben voor de consument.
➢ Alle complexe producten +
▪ Financiële instrumenten.
▪ Krediet waarvan de kredietsom meer dan €1.000 bedraagt.
▪ Hypothecair krediet.
▪ Verzekeringen in verband met het geheel of gedeeltelijk wegvallen van het
inkomen van de klant.
▪ Effectenkrediet
Informatiebronnen voor consumenten
Er zijn meer partijen dan enkel financiële dienstverleners die informatie kunnen bieden over
financiële producten. Het AFM, NIBUD, de consumentenbond en brancheorganisaties zijn hier
voorbeelden van.
6
,Het AFM (Autoriteit Financiële Markten) is de onafhankelijke gedragstoezichthouder voor de gehele
financiële sector. Dit betekent dat zij toezicht houden op aanbieders van financiële producten en
adviseurs, bemiddelaars en overige partijen die zich in die wereld begeven.
Het NIBUD (Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting) is een onafhankelijke stichting die
informatie verstrekt en voorlichting geeft over financiële kwesties. Denk hierbij bijvoorbeeld aan
schuldhulpverlening, fiscale wetgeving en financiële opvoeding.
De consumentenbond is een vereniging die opkomst voor de belangen van de consument. Zij willen
dat consumenten beter in staat zijn zich te verdedigen tegen oneerlijk gedrag.
7
,Hoofdstuk 2: integriteit
Integriteit = de persoonlijke eigenschap die inhoudt dat iemand zich eerlijk en oprecht gedraagt.
Zonder integriteit vertrouwen klanten bedrijven vaak niet.
Een financiële dienstverlening die is aangesloten bij een brancheorganisatie moet zich houden aan
die regels van de brancheorganisatie.
Een financieel dienstverlener kan onderstaande middelen inzetten voor integere bedrijfsuitvoering:
• Procesbeschrijvingen.
• Incidentenregeling, beschrijving van hoe een financiële dienstverlener omgaat met
ongewenste gedragingen.
• Collegiaal overleg.
• Voorbeeldgedrag, directie moet goeie voorbeeld geven.
• Vertrouwenspersoon.
• Klokkenluidersregeling, de regeling die aangeeft hoe een persoon het niet integer handelen
kan melden.
Handelen in het belang van de klant
Het is voor een consument vaak lastig om de kwaliteit van een financieel product in te schatten en de
gevolgen van financiële producten te overzien. Hiervoor wordt vaak gebruik gemaakt van adviseurs.
De adviseur moet hierbij alleen producten aanbieden die een toegevoegde waarde zijn voor de klant.
Daarnaast dient de adviseur te adviseren om over te stappen of het niet te kopen van een bepaald
financieel product als dat beter is voor de klant, ook als dit slecht is voor het bedrijf waarvoor de
adviseur werkt.
Bij klantenbelang doet de adviseur wat de klant nodig heeft. Ook kan de adviseur het bedrijfsbelang
vooropstellen, dit betekent dat de adviseur alle voordelen voor het bedrijf meepakt. Het
vooropstellen van het klantenbelang werkt het best als bedrijfsvoering.
Integer omgaan met klantgegevens/persoonsgegevens (AVG)
Gegevens zijn klantgegevens als het gaat om natuurlijke personen die te identificeren zijn.
De gegevens mogen niet gebruikt worden voor andere doeleinden dan waarvoor ze bedoeld zijn, er
moet zorgvuldig mee worden omgegaan. Hiervoor is de Algemene Verordening
Gegevensbescherming (AVG) in werking getreden.
Een dienstverlener mag alleen persoonsgegevens verzamelen als het doel voor het verzamelen van
de gegevens duidelijk beschreven is. Er mogen niet meer gegevens worden gevraagd dan dat er
noodzakelijk is voor de overeenkomst. Daarnaast mogen de persoonsgegevens niet doorgestuurd
worden naar andere partijen als dit niet noodzakelijk is.
De klant moet er toestemming voor geven dat persoonsgegevens verwerkt worden en de klant kan
deze toestemming op elk gewenst moment weer intrekken (dit kan bijvoorbeeld niet voor gegeven
advies, dat advies moet 5 jaar lang gereconstrueerd kunnen worden, daarna kan het wel verwijderd
worden).
Een dienstverlener moet informatie verschaffen over hun privacybeleid.
Transparantieplicht
Financiële dienstverleners moeten hun klanten laten weten wat er met hun persoonsgegevens gaat
gebeuren. Dit hoeft echter niet als het wordt verstrekt/vastgelegd door een wettelijke plicht.
8
, Bijzondere gegevens
Het opvragen van bijzondere gegevens, zoals medische gegevens, mag alleen als het noodzakelijk is
voor de uitvoering of het beheer van de verzekering.
Uitwisseling van dit soort bijzondere persoonsgegevens is niet toegestaan, zelfs niet binnen dezelfde
maatschappij.
Verzekerden kunnen altijd bezwaar aantekenen tegen het vastleggen van bepaalde bijzondere
persoonsgegevens.
Strafrechtelijke persoonsgegevens
Financieel adviseurs mogen deze gegevens verwerken als de betrokkene hiervoor toestemming heeft
gegeven. Daarnaast mag het verwerkt worden als de betrokkene gegevens over de veroordeling(en)
zelf openbaar heeft gemaakt of als het nodig is voor de uitoefening van een rechtsvordering.
Daarnaast mag er bij de aanvraag van een verzekering worden gevraagd naar eventuele
strafrechtelijke zaken uit het verleden. Het gaat hierbij om de afgelopen 8 jaar, strafrechtelijke
gegevens die langer dan 8 jaar geleden zijn hoeft een klant niet te melden.
Recht van verzet
Een klant kan bezwaar maken tegen gegevensverwerking als het wordt gebruikt voor
marketingdoeleinden. De dienstverlener moet dan vaak direct stoppen.
Rechten klant wat betreft correcties persoonsgegevens
Een klant mag gegevens inzien en correcties aangeven. De financieel dienstverlener moet binnen 4
weken schriftelijk laten weten of de gegevens worden aangepast. Als de financieel dienstverlener
niet ingaat op het verzoek moet er een motivatie bij.
Burgerservicenummer (BSN)
Het BSN mag pas verwerkt worden als iemand klant is geworden. Van aspirant-klanten mag dit nooit.
Het BSN mag door een aanbieder of tussenpersoon worden verwerkt als dat noodzakelijk is voor het
verrichten van een rechtshandeling, bijvoorbeeld voor het afsluiten van een zorgverzekering.
Het BSN moet worden gewist als het geen redelijk doel meer dient na de totstandkoming van een
overeenkomst.
Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme
Deze wet dient te voorkomen dat instellingen betrokken raken bij misdrijven als witwassen en
financiering van terrorisme.
Witwassen = het omzetten van geld van criminele herkomst naar geld met een ogenschijnlijk legale
herkomst zodat het weer gebruikt kan worden in het legale financiële circuit.
Terrorismefinanciering = het financieel steunen van terroristische groeperingen of personen.
Iedereen die onder de Wwft-plicht valt is verplicht een klantonderzoek te doen om zo te achterhalen
wie de klant is, waarvoor diegene het geld gebruikt en waar het geld vandaan komt. De Wwft eist dat
de bank een risicoprofiel en een klantprofiel opstelt en onderhoudt per klant. Cliëntonderzoek moet
dus bij nieuwe klanten worden gedaan, maar ook bij individuele transacties van boven de €15.000 (of
meerdere transacties waar een verband tussen bestaat met een totaal van minsten €15.000).
Daarnaast moet het worden gedaan als er twijfel is over de betrouwbaarheid van eerder verkregen
gegevens van de klant en als het risico met betrekking tot betrokkenheid bij deze praktijken aanwezig
is (dit geldt dus ook voor bestaande klanten).
9
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller bryancuperus. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.72. You're not tied to anything after your purchase.