Vind vakken op Stuvia

Op Stuvia vind je samenvattingen, oefenvragen en ander studiemateriaal voor al jouw vakken. Vind de samenvattingen die je nodig hebt aan de hand van je schoolvakken.

Studieboeken

Op Stuvia kun je ook zoeken op studieboeken. Gebruik jouw boekenlijst als startpunt om de beste samenvattingen, oefenexamens of aantekeningen te vinden.

Cursussen en examens

Heb je samenvattingen of aantekeningen nodig om te studeren voor een cursus of specifiek examen? Op Stuvia vind je allerlei documenten die studeren makkelijker maken.

Wat zijn de meest voorkomende taalfouten?

Studeertips - Wat zijn de meest voorkomende taalfouten?

De leerplicht is de wettelijke verplichting om kinderen onderwijs te laten volgen en is al sinds 1901 ingevoerd. Toch blijft de Nederlandse taal moeilijk en kan een taalfout snel gemaakt zijn. In dit artikel kun je de meest voorkomende taalfouten vinden, zodat je deze voortaan niet meer kunt maken.

Me moeder

Me is een voorbeeld van spreektaal die wordt overgenomen in onze schrijftaal. Maar correct is: mijn moeder. Mijn fiets, mijn broer, mijn kamer en mijn huisgenoten. Wil je het toch korter schrijven, dan is het m’n moeder.

Hun komen ook

Zij is de derde persoon meervoud, niet hun! Zij willen een boot kopen. Zij komen ook. Zij hebben dat gedaan. Hun willen een boek kopen is dus fout. Hun is vaak een bezittelijk voornaamwoord: zij gaan naar hun auto, of zij hebben hun huiswerk niet gemaakt.

Pubertijd

De correcte schrijfwijze van dit woord is puberteit.

Ik besef me

Dit is er waarschijnlijk eentje waarvan je niet wist dat je het fout deed. Het is namelijk ik besef of ik realiseer me. Ik besef me kan dus niet.

Persé

Vaak schrijft men dit als één woord, maar volgens de officiële spelling is alleen per se juist. Je schrijft het dus in twee woorden en zonder accent aigu.

Y in plaats van ij

‘‘Wil jy myn boek aangeven?’’ Hopelijk hoeven we hier geen verdere uitleg over te geven en was dit vroeger alleen geoorloofd in msn-taal.

Jou/jouw

Jou duidt het lijdend voorwerp van een zin aan, en jouw is bezittelijk. ‘Hé, is dat niet jouw tas?’, geeft aan dat de tas van jou is, het is bezittelijk. ‘Ik geef deze tas aan jou’, hierin is jou het lijdend voorwerp en komt er dus geen w achter. Deze regel geldt ook voor u, wat niet bezittelijk is, maar uw wel.

Vertellen tegen

Waarschijnlijk is dit er ook zo eentje die je niet wist, maar vanaf nu niet meer vergeet. Je vertelt iets aan iemand en je kunt iets tegen iemand zeggen. De correcte schrijfwijze is dus: vertellen aan of zeggen tegen.

Te veel of teveel

Te veel en teveel zijn allebei correct Nederlands. Te veel, in twee woorden, heeft de letterlijke betekenis ‘meer dan gewenst’. Je schrijft dus: ‘’Ik heb gisteren te veel gedronken’’ of ‘’Werk jij niet te veel?’’. Teveel in één woord, heeft de betekenis van ‘overmaat’. Je schrijft dus: ‘’Er is een teveel aan werknemers’’. Bij twijfel kun je kijken of je het woord kunt vervangen door ‘gebrek aan’ (teveel) of ‘te weinig’ (te veel).

Die/dat

“Die-woorden” verwijzen altijd naar “de-woorden” van een mannelijk, vrouwelijk of onzijdig geslacht, bijvoorbeeld:

  • De scooter: ‘’Daar staat de scooter die ik vanochtend heb geleend.’’
  • De man: ‘’Kijk naar de man die daar loopt!’’
  • De kinderen: ‘’Deze fietsen zijn van de kinderen die daar spelen.’’

“Dat-woorden” verwijzen naar “het-woorden” die personen aanduiden, bijvoorbeeld:

  • Het meisje: ‘’Zij is het meisje dat mij heeft geholpen.’’
  • Het buurmeisje: ‘’Daar is het buurmeisje dat naast mij woont.’’
  • Het egeltje: ‘’Kijk uit voor het egeltje dat daar loopt.’’

Zei zij dat

Zij betekent één vrouwelijk persoon of meerdere personen. Het woord zei is de verleden tijd van het werkwoord zeggen. De correcte schrijfwijze is dus: zij zei dat. De zin: “Zei zij dat” klopt dus niet, behalve als je hier een vraagteken achter zet. Zei zij dat? Ja, dat zei ze echt!

Hij wilt

Regelmatige werkwoorden krijgen in de tegenwoordige tijd bij hij een t: hij loopt, hij fietst, hij danst, maar de werkwoorden willen, zullen, mogen en kunnen zijn uitzonderingen. Je schrijft hier in de derde persoon enkelvoud, en dus schrijf je bij hij, hetzelfde als bij ik. Hij wilt is dus fout. De correcte schrijfwijze is hij wil. Wanneer je spreekt in jij-vorm, dan is jij wilt en jij wil allebei correct Nederlands. Jij wil gebruik je vaak in spreektaal en is informeler.

Na aanleiding van

Deze taalfout komt erg vaak voor, maar de correcte schrijfwijze is toch echt: naar aanleiding van. Naar aanleiding van is een vaste combinatie met de betekenis ‘als gevolg van/door’. De fout wordt vaak gemaakt omdat de slot-r van naar vaak niet of niet goed hoorbaar is. Je schrijft de volgende combinaties ook zo: naar mijn idee, naar mijn mening, naar verhouding.

Ik irriteer me aan

Je kunt je niet aan iets irriteren, maar je ergert je ergens aan, of iets kán je irriteren. Dus de correcte schrijfwijze is: het irriteert me of ik erger mij aan.

Ideëen

Bij de meervoudsvorm van idee komt er een trema op de laatste e. De correcte schrijfwijze is dus: ideeën.

Doe is normaal

De schrijfwijze doe is normaal kan niet. Het woord ‘is’, is enkel en alleen de derde persoon enkelvoud van het werkwoord ‘zijn’. De correcte schrijfwijze is dus: doe eens normaal. Je kunt het ook korter schrijven door er ‘s of ‘ns van te maken.

Barbeque

Het is een simpel woord maar het wordt vaak verkeerd geschreven. Dat komt voornamelijk door de Engelse benaming ‘BBQ’. De correcte schrijfwijze is: barbecue.

Daarentegen

Wanneer je een tegenstelling uit wil drukken wordt in spreektaal vaak het woord daarintegen gebruikt. Veel mensen schrijven het dus ook op deze manier op. Echter is de juiste spelling: daarentegen.

Als/dan

Als
Als je twee dingen vergelijkt en je wil gelijkheid aangeven, gebruik je vaak ‘even’, ‘zelfde’, of ‘zo’. A is even groot, sterk of duur als B. Dus ‘’Jan is even sterk als Hans’’ en ‘’Jan is zo groot als een reus’’.

Dan
Als je twee dingen vergelijkt en je wil het verschil aangeven, gebruik je vaak de vergrotende trap om het verschil te beschrijven. A is dan meer of minder groot, sterk of duur dan B. Dus ‘’Jan is sterker dan Hans’’ en ‘’Jan is nog groter dan een reus’’.

‘’Mijn broer is groter dan ik, maar even groot als mijn zus.’’            ‘’Een appel is zoeter dan een citroen, maar even zoet als een peer.’’

Als je de juiste schrijfwijzen in je oren knoopt, kan het bijna niet meer fout gaan.

Meer handige tips over het studentenleven krijgen? Volg ons dan op Instagram!

Geld verdienen met jouw samenvattingen?

Jouw samenvattingen verkopen kan snel en gemakkelijk op Stuvia, een internationaal leer- en deelplatform waar je geld kunt verdienen met jouw studiemateriaal.